Hoe het sterke punt van Ducati in Qatar juist een probleem werd

Enea Bastianini’s overwinning in de Grand Prix van Qatar was goed en slecht nieuws voor Ducati. De doorbraak van de Italiaan op het 2021-model van de Gresini-motorfiets en het matige optreden van de fabrieksrijders, suggereren dat Ducati vooralsnog geen voordeel heeft van de enorme bezetting van de MotoGP-grid. Er is werk aan de winkel voor de Italianen.

Francesco Bagnaia, Ducati Team

Foto door: Akhil Puthiyedath

De wintertesten in Sepang en Mandalika gaven al een indicatie dat de nieuwe Ducati in de eerste races niet zo sterk zou zijn als misschien gedacht. De uitkomst van de Grand Prix van Qatar was echter een stuk minder rooskleurig dan iemand ook maar had kunnen bedenken. Gresini-coureur Enea Bastianini schreef een razendsnelle editie van de Qatarese GP op zijn naam. Hij was aan de finish maar liefst elf seconden sneller dan de winnaar van vorig jaar. Het circuit gaf blijkbaar veel meer grip. Lange tijd zat Bastianini in het spoor van Honda-coureur Pol Espargaro, maar toen de Italiaan de duimschroeven aandraaide kon niemand hem bijhouden.

Normaal gesproken zou dit een feestdag geweest zijn voor Ducati, de motorleverancier van het team dat het levenswerk is van wijlen Fausto Gresini. De teambaas overleed vorig jaar aan corona, kort nadat hij zijn plannen voor de breuk met Aprilia kenbaar had gemaakt. De emoties waren duidelijk voelbaar in het Gresini-kamp, maar Ducati hield een bitter gevoel over aan de openingsrace van het seizoen. Eindelijk werd zichtbaar waar kopman Francesco Bagnaia al maanden voor had gewaarschuwd. De machine waarmee Bastianini zondagavond in Qatar won was al zo verschrikkelijk sterk, dat het nog maar de vraag is of het team daar met de nieuwe GP22 overheen kan komen. In de GP van Qatar waren de verhoudingen duidelijk: de GP22 was geen schim van de GP21.

Tekst loopt door onder de foto

Johann Zarco was zondag de beste Ducati GP22-rijder in de Grand Prix van Qatar. De Fransman werd achtste.

Johann Zarco was zondag de beste Ducati GP22-rijder in de Grand Prix van Qatar. De Fransman werd achtste.

Foto: Gold and Goose / Motorsport Images

Johann Zarco was op de achtste plaats de eerste Desmosedici GP22 aan de finish, hij pakte wereldkampioen Fabio Quartararo op de streep met een marge van slechts zeven duizendsten. Zarco eindigde op ruim tien seconden van de racewinnaar, wat duidt op gemiddeld een halve seconde tijdverlies per seconde. Ducati moet bepaalde dingen rechtzetten en dat moet snel gebeuren. Het probleem is dat er meerdere oplossingen zijn. De fabrieksrijders van Ducati stapten aan de vooravond van de Grand Prix van Qatar nog over op een andere specificatie van de GP22-kachtbron, een combinatie van de GP21 met een aantal updates. Het kwam op initiatief van Bagnaia, maar dat had ook invloed op Jack Miller. Het was een ingrijpende verandering voor de fabrieksformatie. Het team heeft acht motoren op de grid, drie daarvan zijn het model van vorig jaar. De beide Pramac rijders Johann Zarco en Jorge Martin en VR46-coureur Luca Marini hebben de GP22. Het team heeft met Miller en Bagnaia nu een derde type motor op de grid, een zogenaamde hybride.

De motor van Bastianini is al een jaar volop ontwikkeld en het is daarom op zich wel te verklaren dat die machine op dit moment sterker is dan het nieuwe model. Maar het verschil tussen de ‘oude’ en nieuwe machine is op dit moment wel heel groot. Dat is niet alleen een observatie van buitenaf, ook vanuit het team wordt dat erkend. Bagnaia en Miller, de belangrijkste kaarten die Ducati trekt om mee te doen voor de wereldtitel, hebben in Qatar nog een groot deel van het weekend besteed aan het testen van nieuwe onderdelen. Het werk in voorbereiding op de race bleef er daardoor bij, tot grote spijt van Bagnaia.

Het is een vreemde tegenstelling. Ducati heeft meer motoren op de grid dan welk merk dan ook, maar slaagt er blijkbaar niet in om de werkdruk te spreiden met de andere (fabrieks)motoren.

Tekst loopt door onder de foto

Francesco Bagnaia lag op de negende plaats toen hij crashte en Jorge Martin meenam in zijn val.

Francesco Bagnaia lag op de negende plaats toen hij crashte en Jorge Martin meenam in zijn val.

Foto: MotoGP

“We hebben eerder acht motoren ingezet”, liet Ducati’s algemeen manager Gigi Dall’Igna in het voorseizoen weten. “Het is een kwestie van goed organiseren, ik denk dat we daarvoor een goede groep hebben. Het is zeker belangrijk omdat we meer informatie kunnen verzamelen. Niet alleen dat, we hebben ook de optie om meer onderdelen te testen.” Juist dat laatste is waar Ducati op dit moment mee de mist is ingegaan, stelt Bagnaia. “Ik ben geen testrijder, ik ben hier om te winnen”, reageerde de vice-kampioen van 2021 zondagavond geïrriteerd. “We zijn gewoon niet goed genoeg voorbereid. We hebben vijf testdagen gehad en dat was bedoeld om te voorkomen dat we het tijdens raceweekenden moeten doen. Voorheen was het satellietteam verantwoordelijk voor een deel van het werk. Als we op deze manier doorgaan, dan wordt het heel moeilijk om de resultaten van vorig jaar te evenaren. Als we willen winnen, dan moet ik mezelf kunnen concentreren op het winnen van races.”

Geconfronteerd met de uitspraken van de rijder die net zijn handtekening heeft gezet onder een nieuw tweejarig contract, stelt teammanager Davide Tardozzi dat er inderdaad wat schort aan de werkwijze van Ducati. “We moeten kritisch op onszelf zijn”, aldus Tardozzi. “De verantwoordelijkheid hiervoor ligt bij Ducati, niet bij Pecco. We hebben 100 procent vertrouwen in hem, dit mag niet weer gebeuren.”

Met zijn frustraties heeft Bagnaia een duidelijk signaal afgegeven naar Ducati. Hij beschikte vorig jaar over een ongenaakbare motor, won vier van de laatste zes races en lijkt nu alle ‘sterke punten’ verloren te hebben. Dat laatste wordt ook onderschreven door Jorge Martin.

Er is werk aan de winkel voor Ducati. Zeker nu Honda, Suzuki, KTM en Aprilia grote stappen voorwaarts gezet hebben, moet Ducati snel handelen om de gemaakte fouten in de eerste maanden van dit jaar recht te zetten. Op dit moment moet men vertrouwen op de Enea Bastianini, die met de tweederangs Ducati flink aan de weg timmert.

Meer over Bastianini, Ducati en de GP van Qatar:
Neemt Enea Bastianini de Ducatisten op sleeptouw nu hij de eerste wedstrijd van het seizoen gewonnen heeft?

Neemt Enea Bastianini de Ducatisten op sleeptouw nu hij de eerste wedstrijd van het seizoen gewonnen heeft?

Foto: MotoGP

Sluit je aan bij de Motorsport community

Praat mee
Vorig artikel Marquez mist vertrouwen, maar is content met vijfde plek in Qatar
Volgend artikel Gardner niet te spreken over rijstijl Binder: "Het was een drama"

Beste reacties

Er zijn nog geen reacties. Wil je er één schrijven?

Meld je gratis aan

  • Snel toegang tot je favoriete artikelen

  • Stel alerts in voor breaking news en je favoriete coureurs

  • Laat je horen met de reactiemodule

Motorsport prime

Ontdek premium content
Abonneer

Editie

Nederland