Blog: Hoe het is om in de beroemde tunnel van Monaco te staan

Motorsport.com-verslaggever Erwin Jaeggi schrijft blogs over wat hij zoal meemaakt tijdens zijn werk als Formule 1-journalist. Deze keer gaat het over het stratencircuit van Monaco, een baan die sinds het eerste bezoek van de Formule 1 in 1929 eigenlijk nauwelijks is veranderd.

Max Verstappen, Red Bull Racing RB15

Max Verstappen, Red Bull Racing RB15

Dom Romney / Motorsport Images

Een jaar geleden. Zaterdag. Monaco. De tunnel. In de verte klinkt het geluid van een snel opschakelende Formule 1-auto. Ik grijp snel in mijn linker broekzak naar mijn mobiele telefoon om de snel naderende bolide op de gevoelige plaat vast te leggen, terwijl ik ondertussen in mijn rechter broekzak naar mijn oordoppen graai. Dat laatste vergeefs.

Al snel realiseer ik me dat mijn oordoppen zich nog keurig opgeborgen in het voorvak van mijn rugzak bevinden. En die staat anderhalve kilometer verderop, aan de andere kant van de haven onder mijn desk in het mediacentrum. Het kabaal in de tunnel zwelt snel aan tot epische proporties. Dan maar vingers in de oren, om de kans op permanente gehoorschade nog enigszins beperkt te houden. Aan de andere kant van de vangrail schiet in een flits een Toro Rosso voorbij. Ik voel de rijwind tegen mijn lichaam slaan. Ik schat de afstand tussen mijzelf en de auto op een meter of twee. Shit. Geen foto.

Normaal gesproken volg ik de vrije trainingen op de schermen in het mediacentrum, zodat ik niets van de actie hoef te missen. Wel zo praktisch, aangezien ik meestal ook de verslagen schrijf tijdens de Grand Prix-weekenden en de coureurs aan het einde van de dag moet ondervragen over wat er zich op de baan heeft afgespeeld. Voor het laatste oefenuur in Monaco maak ik echter graag een uitzondering. Nergens sta je namelijk zo dicht langs de baan als in Monaco, dus als ik de wagens een keer goed van dichtbij wil zien tijdens het seizoen, moet ik hier mijn kans grijpen. Bovendien gaat het tijdens de mediasessies op zaterdag toch vooral over de kwalificatie en de race, die een dag later plaatsvindt. Ik vraag een collega of hij het verslag van de training op zich kan nemen en haal bij de receptie een geel hesje, waaraan de marshals kunnen zien dat ik van de media ben.

 

De wandeling naar de beroemde tunnel neemt ongeveer een kwartier in beslag, dus ik ga kort voor de start van de sessie al op pad. De perszaal bevindt zich in Monaco in het gebouw naast de Formule 1-paddock, die gesitueerd is op de parkeerplaats aan de buitenkant van Rascasse. Om bij de tunnel te komen moet je eerst de paddock oversteken naar de haven, waar naast de kleinere jachten het kolossale Red Bull Energy Station ligt aangemeerd. Vervolgens loop je over de kade naar Rascasse, om daarna rechtsaf achter de tribunes langs richting het zwembad te gaan. De eerste wagens zijn inmiddels de baan opgekomen en ik blijf even staan bij het ingaan van het zwembadgedeelte, waar de coureurs hun wagens met flink wat vaart door de bocht smijten. Een imposant gezicht, vooral als er nog gecorrigeerd moet worden. Het is verleidelijk om hier wat langer te blijven hangen, maar helaas duurt de training maar een uur, dus na de eerste vliegende ronden besluit ik verder te gaan.

En eigenlijk begint dan ook pas het mooiste deel van de wandeling, met rechts van je de meest luxueuze jachten en links van je niet meer dan een vangrail met daarboven een hek tussen jou en de baan. Na een paar minuten kom ik aan bij de Nouvelle Chicane, misschien wel de beste locatie om de wagens te aanschouwen. Na met hoge snelheid uit de tunnel te zijn geknald remmen de auto’s hier fors af voor de langzame links-rechts-combinatie. Aan de buitenkant van de chicane kijk je recht de cockpit in en zie je hoe de coureurs hard aan de bak moeten om hun wagens soepel door deze krappe serie bochten te krijgen. Als we nog even verder lopen, komen we bij de plek aan waar de fotografen met hun buik plat op de grond liggen om de wagens vanuit een zo laag mogelijke hoek te fotograferen, met links de haven en rechts de onbetaalbare appartementen op de achtergrond. Omdat hier ook reddingsvoertuigen staan opgesteld om in geval van nood de baan op te gaan, staat er hier geen vangrail. Je kunt bij wijze van spreken zo het circuit op lopen.

 

Om van deze plek bij de tunnel te geraken, moet je naar de stoep zien te komen die omhoog loopt naar het ultramoderne, zwaar uit de toon vallende gebouw van de Monaco Yacht Club. En daarvoor moet je praktisch de baan op, want de enige doorgang bevindt zich waar de vangrail bij de ingang van de chicane ophoudt. Aangezien daar in het verleden ook wel wagens tegen de baanafzetting zijn gebotst - zo herinner ik me nog goed hoe de Amerikaan Conor Daly in 2011 tijdens een GP3-race bij het aanremmen voor de chicane op een achterligger botste en bijna verticaal in het hekwerk vloog - voelt dit niet als een heel veilige route, maar er zal wel geen andere oplossing zijn geweest. Enkele meters verder durf ik wel even stil te staan en maak ik voorover gebukt door de vangrail een foto van Romain Grosjean, die net de tunnel uit komt gestoven.

En dan sta ik in de tunnel. Voor nu mijn eindbestemming. Er lopen twee marshals langs me met grote oorkappen op. Ze werpen een flauwe glimlach mijn kant op. Heb je er weer één zonder oordoppen, zie ik ze denken. Onhandig sta ik met twee vingers in mijn oren en mobiel in één hand te kijken hoe een handvol wagens voorbij vliegt. Om met mijn neus zo bovenop de actie te staan, blijft een speciale ervaring. In Monaco zie je pas goed hoe monsterlijk hard het gaat, anders dan op banen waar je tientallen meters van het asfalt staat, en besef je weer even hoe ongelooflijk knap het is wat de coureurs eigenlijk klaarspelen in de auto's, ook al zit diegene in een Williams die de hele tijd achteraan het veld bungelt.

 

Uiteindelijk probeer ik toch maar een paar foto’s te maken. Met mijn linkerhand houd ik één oor afgedekt, terwijl ik het andere oor opoffer om met mijn rechterhand een paar kiekjes te maken. Elke wagen die voorbij raast, veroorzaakt een zware pijnscheut en na een aantal onscherpe foto’s vind ik het wel mooi geweest. Ik sla de actie nog even gade vanuit de chicane, totdat er een rode vlag wordt gezwaaid en ik van een Vlaamse journalist hoor dat even verderop Max Verstappen met zijn Red Bull in de vangrail is gecrasht. De hoogste tijd om terug te wandelen naar het perscentrum.

Een paar weken later piepen mijn oren nog steeds. Gelukkig hebben we de foto's nog...

Erwin Jaeggi (1981) schrijft over de Formule 1 sinds 2004. Hij was hoofdredacteur van GPUpdate.net alvorens in 2016 de overstap te maken naar Motorsport.com. Zijn favoriete race op de kalender is de Grand Prix van Monaco. De beste catering vind je volgens hem op het Circuit of the Americas in Austin. In de auto luistert Erwin afwisselend naar poppunk en BNR. Zijn vrije tijd brengt hij het liefste door met zijn vrouw Dania en zoontje James.

Sluit je aan bij de Motorsport community

Praat mee
Vorig artikel Vettel na P4 in kwalificatie: "Het was een zware en rare dag"
Volgend artikel Ferrari geeft toe: "Risico uitschakeling Leclerc in Q1 onnodig"

Beste reacties

Er zijn nog geen reacties. Wil je er één schrijven?

Meld je gratis aan

  • Snel toegang tot je favoriete artikelen

  • Stel alerts in voor breaking news en je favoriete coureurs

  • Laat je horen met de reactiemodule

Motorsport prime

Ontdek premium content
Abonneer

Editie

Nederland