Miller weigert 'oudere Ducati' te accepteren voor 2020

Miller vecht samen met Danilo Petrucci voor een zitje bij het fabrieksteam van Ducati, maar zijn hoop op promotie kreeg een flinke knauw toen zijn voormalig teamgenoot een overwinning boekte in Mugello. De situatie van Miller is verder onder druk komen te staan omdat Francesco Bagnaia een clausule in zijn contract heeft laten opnemen waarin staat dat hij in 2020 op een GP20 gaat rijden. Nu Petrucci’s plek bij het fabrieksteam zeker lijkt, moet de huidige verbintenis van satellietteam Pramac opengebroken worden om voor volgend seizoen de beschikking te hebben over twee van de nieuwste machines.

Miller verwacht rond de Dutch TT een beslissing en is stellig dat hij geen genoegen neemt met een oudere motor dan Bagnaia als hij bij Pramac blijft. “Daar zou ik niet mee akkoord gaan”, zei de Australiër op de vraag of hij terug zou willen naar een GP19. “Ik denk dat ik mijn leertijd gehad heb, ik heb een fabrieksmachine nodig om met deze rijders te vechten. Ik heb op satellietmotoren gereden en ik weet hoe het is om op een oudere motor te rijden. Dat is niet eenvoudig. Zeker op dit niveau in de MotoGP met de wetenschap hoe groot de ontwikkelingen zijn. Als je een jaar achterstand hebt wat betreft de motor, sta je op achterstand. Als ik hier blijf, is het mijn doel om de eerste rijder te zijn. Ik denk dat ik dat verdien, maar het moet ook zo zijn.”

Eenjarig contract

Ondanks de onzekerheid over zijn positie bij Pramac, gelooft Miller dat er genoeg kansen zijn dat ook hij volgend jaar een GP20 tot zijn beschikking krijgt. Hij stelt echter wel dat hij dan een eenjarig contract wil tekenen om weer in lijn te komen met de contracten van andere fabrieksrijders. “Het is een financiële kwestie, maar ik heb het gevoel dat ik mezelf bewezen heb. Ik verdien de motor nu al”, vertelde hij. “Danilo pakte zijn eerste podium in Le Mans, ik stond met dezelfde motor al in Texas op het podium. Ik voel dat ik mezelf bewezen heb om bij een satellietteam op een fabrieksmachine te zitten. Ik heb het gevoel dat ik op de nieuwste Ducati hoor te rijden. Ik denk dat ze dat bij Ducati ook denken. Ze zijn niet gek, ze weten wat ze doen en daar hebben we over gesproken. Ik denk dat we op een lijn zitten, nu is het wachten op wat de plannen zijn. Als ik bij Pramac blijft, wil ik zeker een eenjarig contract, zodat ik voor een contract het jaar daarna kan rijden. Daar ga ik hard voor werken. Dat geeft me een goede kans en ik moet weer in hetzelfde ritme komen met de anderen, mijn laatste drie contracten waren met hele beperkte mogelijkheden.”

Met medewerking van Valentin Khorounzhiy