Analyse

Analyse: De valkuilen van een Formule 1-seizoen met 24 races

De Formule 1-teams maken zich zorgen over de expansiedrift van de sport. We bespreken de voornaamste struikelblokken van een langer kampioenschap.

De startopstelling

Foto door: Jerry Andre / Motorsport Images

Het Formule 1-seizoen 2020 wordt drukker dan ooit. De Grand Prix van Nederland keert terug op de kalender en het F1-circus reist voor het eerst af naar Vietnam. Silverstone en Mexico-Stad hebben nieuwe deals getekend terwijl men de komende jaren ook te in Spanje en Italië hoopt te blijven racen, en op de langere termijn ook weer in Duitsland. Daarnaast heeft Miami een voorcontract getekend voor een race in 2021.

De F1-teams hebben voor 2020 ingestemd met een kalender van 22 races, al is de verwachting dat het programma de komende jaren nog verder wordt uitgebreid. De bazen van de sport willen namelijk nog een aantal nieuwe evenementen aan de kalender toevoegen. Toen Motorsport.com diverse teambazen vroeg naar de kostenimplicaties en de gevolgen voor het motorgebruik bij een verdere groei van de kalender, liet Ferrari F1-teambaas Mattia Binotto doorschemeren dat hij voor het seizoen 2021 rekent op 24 races. Diverse teams hebben reeds hun zorgen geuit over de expansiedrift van de sport. We bespreken de belangrijkste onderwerpen die een rol gaan spelen.

De commerciële belangen van de teams

De financiële structuur van de Formule 1 gaat in 2021 op de schop, maar ook na deze hervorming blijven alle teams een puntje van de inkomstentaart ontvangen. Een toename van het aantal GP’s zal ook tot een toename van de kosten voor logistiek en onderdak leiden. “Als je kijkt naar het grotere plaatje, is het voor ons belangrijk om het aantal races niet nog verder te gaan vergroten”, zei McLaren-teambaas Andreas Seidl. “Uiteraard hebben we begrip voor het commerciële oogpunt maar ik denk dat het ook belangrijk is dat we de exclusiviteit voor de evenementen behouden. Het wordt niet per se beter als we meer en meer races toevoegen.”

Nederland en Vietnam hebben naar verluidt goedkopere deals gesloten dan onder de vorige Formule 1-eigenaren mogelijk zou zijn geweest. Ook de Britse GP werd gered na het terugbrengen van de 'fee'. Dat houdt in dat het totale inkomen mogelijk niet evenredig groeit met het aantal races, waardoor er onbalans ontstaat tussen de extra uitgaven van de teams en de extra inkomsten vanuit de nieuwe races. Opvallend genoeg lijkt dat met een groei naar 22 evenementen wel goed uit te pakken. Williams’ waarnemend teambaas Claire Williams: “Er is veel over gesproken. Vanuit financieel perspectief moeten we er gewoonweg voor zorgen dat alles klopt, dat alle kosten gedekt worden. We zijn nu op een punt aanbeland dat dat lijkt te lukken.”

Motorlimieten en beperkte testmogelijkheden

Een toename van de hoeveelheid races zal ook leiden tot het gebruik van meer motoren, aangezien de krachtbronnen en componenten geen oneindige levensduur hebben. Dat zorgt weer voor hogere kosten en mogelijk meer gridstraffen. Momenteel mogen er drie krachtbronnen voor een seizoen van 21 GP’s gebruikt worden. Als dit aantal groeit naar 23 of 24, zal er iets moeten veranderen aan de regelgeving. Red Bull Racing-teambaas Christian Horner liet weten dat “het logisch is om het aantal toegestane power units en componenten te vergroten”. De Honda- en Renault-aangedreven teams bevonden zich tijdens de zomerpauze van het seizoen 2019 al op de limiet, waardoor ze in het tweede deel heel wat gridstraffen opgelegd kregen. Volgens Horner “is het veel gevraagd om met dezelfde hoeveelheid onderdelen een langer seizoen af te werken”, ook al blijft de technologie zich ontwikkelen.

Een van de opties is om de testmogelijkheden nog verder terug te brengen. De afgelopen tien jaar is het aantal wintertestdagen drastisch ingeperkt: van meerdere dagen op meerdere circuits gedurende de gehele winter naar slechts twee officiële, collectieve tests van in totaal acht dagen met één auto per team. Vanaf 2020 wordt het aantal testdagen in de aanloop naar het seizoen nog verder teruggebracht. Horner: “In plaats van motoren te gebruiken voor tests kunnen we, door de in-season en pre-season tests iets in te perken, een krachtbron vrijmaken die de teams toch al zouden gaan gebruiken.” Binotto kan zich daarin vinden: “Dat zou een geweldig idee kunnen zijn.”

Impact op personeel

De impact van de 21 races tellende kalender op de medewerkers is dit jaar minder groot dan in 2018 het geval was, met name door het schrappen van de Europese ‘triple header’. De beslissing om de GP’s in Frankrijk, Oostenrijk en Groot-Brittannië achter elkaar te laten plaatsvinden, schoot bij velen in het verkeerde keelgat. Deze serie zorgde volgens Williams voor een “logistieke nachtmerrie”. De teams zouden de zekerheid hebben gekregen dat een dergelijk concept niet nogmaals wordt doorgevoerd. “Ik denk dat dat veel personeelsleden heeft gebroken”, aldus de teambaas. “Vanuit logistiek perspectief is het een nachtmerrie, een ramp. We namen allemaal tijdelijke motorhomes mee naar Oostenrijk. Dat zag er niet geweldig uit maar het is ook niet goed voor de kosten.”

Dat heeft wel tot gevolg dat het raceseizoen verlengd moet worden: eerder beginnen of later eindigen. Het seizoen 2019 duurt tot begin december en medio maart 2020 draaien de nieuwe Formule 1-bolides alweer de eerste ronden. Het rouleren van personeel is volgens de teams niet ideaal. Bovendien moet het personeelsbestand met het budgetplafond voor 2021 al ingekrompen worden. “Ik maak me niet al te druk over de motorelementen, ik maak me meer zorgen over de teamleden”, zei Alfa Romeo’s teammanager Beat Zehnder. “Als klein team zitten we met 21 races al aan onze limiet. Elke extra race maakt het nog moeilijker. We moeten dan gaan overwegen het aantal raceteamleden te vergroten en een rotatiesysteem op te zetten.” Seidl erkent dat de teams waarschijnlijk organisatorische veranderingen moeten doorvoeren. Hij benadrukt dat de F1-bazen “niet te veel mogen vragen” van het personeel. 

De jacht van de Formule 1 op een uitgebreidere kalender is begrijpelijk maar strookt niet helemaal met de wensen om de kosten te verlagen en de levensduur van onderdelen en motoren te verlengen. Of dit opgelost kan worden hangt ervan af van de regelmakers. Kunnen zij de teams overtuigen met passende compromissen, of houden ze vast aan hun plannen en verplichten ze de deelnemers simpelweg zich ernaar te schikken?

Met medewerking van F1-verslaggever Scott Mitchell

Sluit je aan bij de Motorsport community

Praat mee
Vorig artikel Villeneuve: "Kvyat geen optie voor Red Bull volgend jaar"
Volgend artikel Grosjean: "Split-screen tijdens F1-races zou heel gaaf zijn"

Beste reacties

Er zijn nog geen reacties. Wil je er één schrijven?

Meld je gratis aan

  • Snel toegang tot je favoriete artikelen

  • Stel alerts in voor breaking news en je favoriete coureurs

  • Laat je horen met de reactiemodule

Motorsport prime

Ontdek premium content
Abonneer

Editie

Nederland