Yamaha-teambaas looft Van der Mark: “Hele jaar sterk en weinig fouten”

Van der Mark sloot zijn tweede seizoen als fabrieksrijder bij Yamaha af met een derde plaats in het kampioenschap. De coureur stond tien keer op het podium en pakte de dubbel op Donington Park waar hij voor het eerst op het hoogste schavot mocht klimmen. De Nederlander heeft daarmee een vitale rol gespeeld in de ontwikkeling van Yamaha in WSBK en dat is niet onopgemerkt gebleven bij zijn teambaas van Crescent Racing, dat het project voor Yamaha runt.

“Michael heeft zijn leercurve ook dit seizoen door kunnen zetten, hij heeft tot nu toe ieder jaar een stap kunnen zetten. Dat gaat al zo vanaf het moment dat hij als Supersport-kampioen zijn debuut maakte op een Superbike”, zei Denning tegenover WorldSBK.com. “Hij heeft dit jaar laten zien dat hij zelfs in moeilijke situaties goed is. Het is een paar keer voorgekomen dat we in Superpole 1 zaten of buiten de top-tien stonden en dat hij toch nog op zondag naar het podium mocht. Zijn prestaties zijn het hele jaar sterk geweest en hij heeft maar weinig fouten gemaakt.”

Van der Mark heeft ambities uitgesproken om volgend seizoen een nieuwe stap te maken met zijn renstal. Hoe graag Denning ook mee zou willen dingen om de wereldtitel, hij kent de sterke punten van met name Jonathan Rea en Kawasaki. “Het is eenvoudig om dat te zeggen,” voegde Denning toe op de vraag of Yamaha voor de wereldtitel kan gaan in 2019, “maar met de vorm van Jonathan Rea en het pakket dat hij heeft is het een geweldige opgave om die stap te maken op twee gebieden. Ten eerste valt het op technisch vlak niet mee om dat te doen, maar ook de rijders moeten het vertrouwen hebben dat het mogelijk is. Het wordt een grote uitdaging voor iedereen om die stap te maken naar het niveau waar Jonathan nu staat. We kunnen alleen werken met de zaken die we hebben om dit pakket beter te maken en de rijders te helpen meer vertrouwen krijgen.”

Om de gewenste vooruitgang te boeken is het voor Yamaha vooral zaak om de minder goede weekenden te verbeteren. “Als we iets constanter kunnen worden, zou dat al een enorme stap zijn. Op bepaalde circuits zijn we heel goed geweest en konden we winnen of op het podium staan, op andere circuits stonden we verder. Dat komt eraan, we weten waar we ons moeten verbeteren en met de beide rijders die nog jong zijn en zich nog altijd verbeteren, hebben we ons volledige potentieel nog niet benut.”