Geblesseerde WEC-rijders krabbelen langzaam op

Tréluyer kruipt achter het stuur van de #7 Audi R18 nadat hij de wedstrijden op de Nürburgring en Mexico City moest missen vanwege een blessure die hij na een mountainbikeongeluk had opgelopen. “Lichamelijk gezien gaat alles prima, alsof er nooit iets is gebeurd. Ik kon in de auto springen en er was geen probleem om er weer uit te komen”, zei Tréluyer, die in de eerste training nog op hoge snelheid spinde.

“Alles ging goed, behalve dat ik niet zo lekker reed [grinnikt], dus ik moet in m’n ritme komen. Maar met de auto lijkt alles oké. We zitten dichtbij Porsche, hebben verbeteringen aan de auto doorgevoerd en we hopen er dit keer voor te zitten. Het team heeft in korte tijd tussen de races geweldig werk geleverd. En er is nog meer ruimte voor verbetering.”

Davidson vastberaden

De blessure van Davidson was recenter. Door een mechanisch probleem crashte hij zes weken geleden met zijn Toyota. Een paar ribben geven nog altijd wat problemen, maar hij is vastberaden om te racen.

“Als ik heel eerlijk ben heb ik nog wel wat last, dus ik ben niet in perfecte conditie om te rijden”, gaf Davidson toe. “Maar ik ben wel in staat om het weekend te voltooien. Het was goed om weer terug in de auto te stappen. Je moet jezelf weer op snelheid brengen zoals Benoît zei in plaats van de lichamelijke kant die voor problemen zorgt.”

“Het is overigens een geweldige baan om terug te keren, de auto voelt heel anders dan vorig jaar omdat we veel verbeteringen hebben doorgevoerd. Het verandert de manier waarop je op dit circuit kunt aanvallen.”