Rossi: “Ik sta in de top-tien, maar ben niet heel blij”

Rossi eindigde de eerste training van vrijdag op de twaalfde plaats nadat hij veel tijd verloor vanwege een kapotte sensor in het voorwiel. In de middag maakte de Italiaan de verloren tijd nog enigszins goed, maar hij was van mening dat hij een achterstand bleef houden ten opzichte van de concurrentie.

“Ik sta nu uiteindelijk deze middag wel in de top-tien, maar vanochtend hadden we een probleem met de eerste motor en verloren we wel vijftig minuten”, verklaarde Rossi. “Dat zorgt voor vertraging en achterstand, want iedereen maakt stappen als ze op het circuit zijn. In de middag was het tegen het einde van de sessie beter en de kwalificatiesim was niet heel slecht. Dat ik in de top-tien sta betekent niet dat ik heel tevreden ben. Ik ben niet snel genoeg, m’n racepace is niet fantastisch en er is een gat ten opzichte van de snelste rijders.”

Vooral op het vloeiende en snelle deel van het circuit ontbreekt het bij Rossi nog een beetje aan tempo. “We hebben nog veel werk te doen, want vooral op het snelste deel van het circuit voel ik me niet heel comfortabel. Ik ben niet zo sterk als ik zou willen. We werken aan de afstelling, we hebben gewerkt aan de banden, maar alles ligt nog open. We blijven werken en gaan het zien. Het belangrijkste is om sterker te worden, want het is nu niet geweldig.”

Bepaalde coureurs klaagden gedurende de dag over het hobbelige circuit, maar voor Rossi leverde dat vrijdag geen problemen op. “Het is niet zo slecht, zeker niet nu het weer heel goed is. In Assen heb je altijd veel grip, het is nu eenmaal hobbelig en dat maakt het lastig. Vooral op het stuk waar Lorenzo vanochtend crashte heb je veel hobbels. Het is ook een aangepast circuit, niet hoe het vroeger was. Wanneer je op deze baan rijdt, voel je dat het vroeger anders was. Het is voor de veiligheid aangepast. Nu is het snel en moeilijk, maar over het algemeen is er niets mis met dit circuit.”

Met medewerking van David Gruz