Breaking news

MotoGP-fabrikanten wijzen voorstel Ducati resoluut af

Een meerderheid van de MotoGP-fabrikanten is tegen het terugschroeven van het aantal motoren per rijder om kosten te besparen. Ducati was als initiator van dit plan de enige voorstander, heeft Motorsport.com vernomen.

Marc Marquez, Repsol Honda Team

Foto door: Gold and Goose / Motorsport Images

Het coronavirus heeft de planning van het MotoGP-wereldkampioenschap flink overhoop gegooid. De eerste acht races zijn inmiddels afgelast of uitgesteld en dat betekent dat de teams op dit moment geen inkomsten hebben. Dorna Sports heeft als gevolg daarvan een financieel steunpakket uitgerold voor de onafhankelijke MotoGP-teams, Aprilia en KTM, als ook de teams in Moto2 en Moto3 voor de komende drie maanden.

Het is nog niet duidelijk wanneer het seizoen alsnog kan herbeginnen, ook wordt gevreesd voor de economisch impact van de crisis. Om de gevolgen op te vangen hebben fabrikanten, tevens de leden van de MSMA, een digitale conferentie gehouden om te praten over bezuinigingen. Tijdens die vergadering heeft Ducati voorgesteld om het aantal motoren per rijder terug te schroeven van twee naar een. Daarmee zou men op een lijn komen met de rijders in Moto2 en Moto3, die gedurende het weekend ook maar een machine in hun box hebben. Dit voorstel is naar verluidt door de andere vijf fabrikanten geblokkeerd.

In gesprek met de Italiaanse krant La Stampa zei Ducati’s algemeen manager Gigi Dall’Igna: “Deze crisis gaat grote gevolgen hebben voor motoren. Alle ideeen die we hebben om kosten te besparen moeten nu in de praktijk gebracht worden. Ik denk dat een van die voorstellen is om een motor per rijder te hebben in de MotoGP. We zijn de enige categorie waar we twee motoren hebben en ik zie niet in hoe de show in Moto3 of Superbikes minder aantrekkelijk is omdat men minder motoren heeft. Ik ben een technicus en houd van ontwikkelen. Ik ben altijd tegenstander geweest van het beperken van ontwikkeling, maar nu is het anders. Onze toekomst hangt af van het inperken van kosten.”

In een interview met Motorsport.com beargumenteerde Yamaha’s teammanager Massimo Meregalli waarom hij geen voorstander is van het voorstel: “Ik ben tegen omdat de motoren eigenlijk al klaar zijn”, aldus Meregalli. “Het is waar dat je geld kunt besparen met het gebruik van onderdelen, maar de investering is al gedaan en dat is dus meer een probleem dan een voordeel. Er komen zeker geen negentien races [dit jaar], dus dat gaat ons al wat opleveren. Ik zie niets in het idee om het aantal machines terug te schroeven, ook niet in de andere klassen. Het missen van een sessie of het eind van een sessie zou betekenen dat er technisch schade geleden wordt, maar dat komt ook het spektakel niet ten goede.”

Ondanks de felle tegenstand van de andere fabrikanten moet de Grand Prix Commission – dat uiteindelijk een besluit neemt over het reglement – zich nog buigen over het voorstel. Gezien de hoeveelheid tegenstanders lijkt het echter aannemelijk dat het voorstel het niet haalt. Wat naar alle waarschijnlijk wel doorgaat is dat men in 2021 ook gaat rijden met de motoren voor 2020. De ontwikkeling wordt bevroren totdat het tijd is om te beginnen aan de motoren voor 2022.

Zie ook:

Met medewerking van Matteo Nugnes en Lewis Duncan

Sluit je aan bij de Motorsport community

Praat mee
Vorig artikel Espargaro kon in 2015 naar Ducati: "Maar ging naar Suzuki"
Volgend artikel Officieel: MotoGP bevriest ontwikkeling motoren

Beste reacties

Er zijn nog geen reacties. Wil je er één schrijven?

Meld je gratis aan

  • Snel toegang tot je favoriete artikelen

  • Stel alerts in voor breaking news en je favoriete coureurs

  • Laat je horen met de reactiemodule

Motorsport prime

Ontdek premium content
Abonneer

Editie

Nederland