Rins geeft toe: "Meer de limiet zoeken in kwalificatie"

Suzuki-rijder Rins had grote problemen met de snelle runs op Termas de Rio Hondo. Hij kwam Q1 niet door en moest vervolgens van de zestiende plaats vertrekken, zijn slechtste startpositie sinds de Grand Prix van Aragon in 2017. De Spanjaard maakte echter grote indruk in de race en klom op naar de vijfde plaats. “Het tempo was niet anders dan tijdens de vierde vrije training, dat is alles”, zei Rins, die voor het weekend nog bestempeld werd als een van de favorieten. “Het is duidelijk, je hebt het kunnen zien, dat we in een betere positie aan de race moeten beginnen. We moeten de kwalificatie verbeteren, maar verder hebben we geen probleem. In de kwalificatie moet ik meer op de limiet gaan rijden zodat de motor ook meer op de limiet zit.”

Rins gaf toe dat zijn matige kwalificatie hem uiteindelijk een plek op het podium heeft gekost nadat hij nog enkele ronden achter de Ducati van Danilo Petrucci zat. “Ik verloor aan het eind van de race veel tijd ten opzichte van de Ducati, zeker met Petrucci, anders had ik nog aan kunnen sluiten bij het duel tussen [Andrea] Dovizioso en [Valentino] Rossi en had ik voor het podium kunnen vechten”, voegde hij toe. “Het lijkt erop dat de kwalificatiesnelheid nog een zwakte is van de Suzuki omdat de situatie van teamgenoot Joan Mir vergelijkbaar was met die van mij. We moeten dat verbeteren, want het is erg lastig om altijd maar achteraan te starten.”

Mir heeft weekend om snel te vergeten

Terwijl Rins opstoomde naar een vijfde plaats had Joan Mir in Argentinië weekend om snel te vergeten. De voormalig Moto3-wereldkampioen moest in de achterhoede starten, maar had de hele race grote problemen. Tegen het eind van de wedstrijd vloog de Spanjaard nog eens van de baan waarna hij in de pits kwam met een vermoedelijk bandenprobleem. “Ik ben heel erg teleurgesteld”, zei Mir. “Vanaf de eerste ronde had ik geen enkele grip, niets voelde goed. Het probleem werd steeds maar slechter, ik kon mijn rondetijden uit de eerste vrije training niet eens benaderen. Het is spijtig, we hadden wel tempo om in de top-tien te eindigen en een mooie comeback te maken. Maar het lukte niet. Het enige dat we kunnen doen is het checken van de data, leren en zorgen dat het niet weer gaat gebeuren.”

Met medewerking van Federico Faturos