Magnussen geniet van DPi-bolide na ‘makkelijk te besturen’ F1-auto

De overstap van een Formule 1-auto naar een prototype in het IMSA is Kevin Magnussen goed bevallen, mede doordat de wagen niet zo makkelijk te besturen is als in F1. Ook helpt het mee dat hij met zijn nieuwe werkgever mee kan doen om de prijzen.

#1 Chip Ganassi Racing Cadillac DPi: Kevin Magnussen, Chip Ganassi

Foto door: Michael L. Levitt / Motorsport Images

Na 119 Grands Prix tussen 2014 en 2020 is voor Magnussen een nieuw hoofdstuk van zijn racecarrière begonnen. Haas F1 had geen plek meer voor hem en daarmee komt zijn tijd in de Formule 1 voorlopig ten einde. Afgelopen week begon de 28-jarige Deen aan zijn nieuwe uitdaging: het IMSA-kampioenschap in dienst van Chip Ganassi Racing. Samen met vaste teamgenoot Renger van der Zande racet hij in een Cadillac DPi-V.R en komend weekend debuteert hij in de 24 uur van Daytona. Vorig weekend kreeg Magnussen zijn eerste kans om te racen in een prototype. Hoewel die auto’s veel minder geavanceerd zijn dan het materiaal waarin hij racete in de F1, haalde hij daar veel voldoening uit.

“Ik geniet echt van de Cadillac”, vertelde Magnussen. “Ik heb het gevoel dat ik terug ga naar de dingen die mij in eerste instantie blij maakten dat ik een coureur ben. Dit klinkt misschien vreemd, maar de auto is niet makkelijk te besturen en dat is goed. Formule 1-auto’s zijn fantastisch en de snelste auto’s ter wereld, en ik ben heel dankbaar dat ik mijn droom kon verwezenlijken door in F1 te rijden. Maar de auto’s zijn eigenlijk eenvoudig te besturen. Als je een willekeurige goede coureur in een F1-auto zet, zou hij hetzelfde zeggen. De elektronische systemen controleren het gros van de prestaties van de auto. Met de Cadillac heb je als coureur veel meer controle.”

Lees ook:

'Plezier' in samenwerking met Van der Zande en Dixon

Een ander nieuw aspect is dat Magnussen in de IMSA moet samenwerken met zijn teamgenoten. Op Daytona is dat niet alleen met Van der Zande, maar ook met zesvoudig IndyCar-kampioen Scott Dixon. Het vergt een andere werkwijze. “In de Formule 1 is je teamgenoot je belangrijkste tegenstander. De beste manier om een van de topteams te bereiken is door je teamgenoot te verslaan, dus je wilt hem niet helpen omdat je daarmee je eigen carrière in de weg kan zitten”, aldus Magnussen. “Dit is anders. Ik beleef veel plezier aan de samenwerking met Renger en Scott. Als je vragen hebt of als ze iets zien dat je beter of sneller kan maken, dan doen ze hun best om je te helpen. Dat geldt ook voor mij, het is een echte teamprestatie.”

Tijdens zijn eerste bezoek aan de werkplaats van Chip Ganassi Racing raakte Magnussen onder de indruk van de professionaliteit van het team. “Ze zijn duidelijk toegewijd aan winnen. Natuurlijk wil ieder team winnen, maar in gesprekken met Mike [Hull] en Chip [Ganassi] werd duidelijk dat ze alleen racen om te winnen. Ze zijn niet tevreden met een tweede plaats of een plek op het podium. Toen ik begon met racen en in het eerste deel van mijn carrière racete ik ook alleen om te winnen. Daarom wilde ik racen en op die manier boek je ook progressie. Maar in F1 heb je geen kans om te winnen als je niet bij het topteam. Je doel is dan om in de top-tien te eindigen en punten te scoren.”

VIDEO: Van der Zande geeft kijkje achter de schermen bij Chip Ganassi Racing

Sluit je aan bij de Motorsport community

Praat mee
Vorig artikel Preview: Vijf klassen vol strijd in 24 uur van Daytona
Volgend artikel VeeKay heeft zin in 24 uur van Daytona: "Ik houd van inhalen"

Beste reacties

Er zijn nog geen reacties. Wil je er één schrijven?

Meld je gratis aan

  • Snel toegang tot je favoriete artikelen

  • Stel alerts in voor breaking news en je favoriete coureurs

  • Laat je horen met de reactiemodule

Motorsport prime

Ontdek premium content
Abonneer

Editie

Nederland