Hypermodern trainingscentrum voor coureurs geopend in Nederland

Er klinkt gevloek door het Gate2 Aerospace & Maintenance-gebouw aan de Ericssonstraat in Rijen. De kreet komt uit een grijze bol die beneden staat opgesteld naast een helikopter, die daar voor trainingsdoeleinden staat. Op een verhoging in de futuristisch ogende ‘dome’ staat een monocoque opgesteld, die bemand wordt door Roy Geerts. De 23-jarige coureur uit Veldhoven, die vorig jaar uitkwam in de Renault Sport Trophy en daarin één overwinning wist te boeken, trapt en stuurt alsof zijn leven er vanaf hangt. Hij brulde zichzelf zojuist even vermanend toe na een klein foutje die hem waarschijnlijk een tiende van een seconde heeft gekost. Op de holle binnenwand is te zien hoe een Formule Renault 2.0-bolide op hoge snelheid over het circuit van Valencia raast.

Op de plek waar zich normaal gesproken het rechterachterwiel bevindt, zit Atze Kerkhof, een voormalig shorttracker die na zijn carrière op het ijs uitgroeide tot een grootheid in de simracewereld. In 2013 mocht hij een dag met een Formule 3-auto van Van Amersfoort Racing testen op het circuit van Barcelona en ontdekte hij dat er, afgezien van het fysieke aspect, nauwelijks verschil zit tussen het rijden met een echte auto en een wagen die is opgebouwd uit enen en nullen. Sindsdien zet Kerkhof zijn ervaring als topsporter en skills als racer in de virtuele wereld in om coureurs op het echte circuit naar betere resultaten te coachen. Dat deed hij tot voor kort nog met zijn eigen Racing Driver Services, tegenwoordig doet hij dit voor Adrenaline Control, dat hij samen met Patrick Wouters heeft opgericht. Bij Adrenaline Control vullen Kerkhof, met zijn kwaliteiten op het gebied van racetraining, en Wouters, met zijn technische expertise met betrekking tot simulatoren dankzij zijn jarenlange ervaring in de trainingsindustrie voor luchtvaartgerelateerde opleidingen, elkaar perfect aan.

Op twee beeldschermen waarop realtime telemetrie-informatie wordt weergegeven, houdt Kerkhof de verrichtingen van Geerts nauwlettend in de gaten. Af en toe volgt er een aanwijzing over de koptelefoon, als hij ziet dat de voormalig Formule Renault 1.6-kampioen ergens nog wat tijd laat liggen. Om de zoveel ronden gaat het beeld op pauze en duiken Kerkhof en Geerts samen in de telemetrie, waarbij de data van de coach als referentie wordt genomen. Kerkhof: “Kijk, als je daar iets minder hard inremt, dan kun je eerder op het gas gaan en dan win je weer een tiende.”

Betere rijtechniek

Over hoe Kerkhof te werk gaat, vertelt hij even later in de koffiehoek op de tweede etage, die uitkijkt over de gehele faciliteit: “Ik laat coureurs meestal eerst vijftien tot twintig rondjes rijden om ze naar hun eigen limiet te laten komen. Dan rijden ze aan het einde een rondje van bijvoorbeeld 1.34.0. Ze gaan dan bij elke bocht bijna op het gras, omdat ze dan met hun eigen manier van rijden aan de grenzen van hun mogelijkheden zitten. Vervolgens laat ik ze zien dat ze met een iets andere rijstijl een 1.32.5 kunnen rijden, alleen maar door net even wat anders met de auto om te gaan.” 

Kerkhof leert coureurs vooral beter om te gaan met de gewichtsverplaatsing die plaatsvindt in de auto onder het remmen en accelereren. “Als je daar beter mee omgaat, dan laat je de wagen beter tot zijn recht komen en kom je ook eerder achter de ware limiet van de auto. Het wordt dan ook makkelijker voor de coureur om constant op die limiet te rijden. Zodra een coureur die knop in zijn brein heeft omgezet, dan kan hij de volgende keer dat hij het circuit opgaat de auto binnen een paar rondjes naar zijn limiet trappen, eerder voelen waar het probleem in de setup zit en ook de juiste feedback aan zijn engineer geven.” Een betere rijtechniek leidt zo dus ook naar een betere afstelling van de auto. Kerkhof: “Als je een rijstijl hebt die, zonder dat je het doorhebt veel onderstuur creëert, dan zeg je waarschijnlijk tegen je engineer dat je meer voorvleugel wil om meer grip aan de voorkant te krijgen. Maar dat hoeft dus helemaal niet het probleem te zijn.”

Unieke technologie

In de simulator van Adrenaline Control wordt gebruik gemaakt van een doorontwikkelde versie van het simulatieprogramma rFactor, genaamd Automobilista, en in samenwerking met Heusinkveld Engineering zelf ontwikkelde modellen van auto's. Volgens Kerkhof is het daarmee een van de meest geavanceerde simulatoren die er in dit deel van Europa te vinden is. Ondanks dat de huidige setup afdoende is om coureurs uit zowel de formuleseries als de GT-klassen aan hun rijtechniek te laten werken, streeft Adrenaline Control ernaar om de beleving nog realistischer te maken voor de rijders. Dit zal in eerste instantie niet gebeuren middels het simuleren van beweging, al zitten er al wel ‘butt kickers’ onder het platform die de monocoque laten trillen wanneer er over de kerbstones wordt gereden, maar door het verder perfectioneren van wat de coureur waarneemt.

Zo wordt de monocoque straks uitgerust met een uniek 'augmented reality'-systeem, waarbij uitsluitend het virtuele circuit direct in het vizier van de coureur wordt geprojecteerd, zodat alles nog levensechter wordt. Ook voor het gebrek aan g-krachten komt er op termijn een oplossing: een speciaal G-cueing pak dat de krachten die een coureur onder het rijden op zijn lichaam voelt, kan nabootsen. Het pak wordt tevens voorzien van een soort van verwarmingssysteem, zodat zelfs de warmte in de auto kan worden gesimuleerd.

De bedoeling is dat er nog een tweede simulator met een GT-cockpit bijkomt. Niet dat een professionele GT-coureur in de huidige sim niet prima aan zijn rijstijl zou kunnen schaven. Kerkhof: “In principe klopt het ‘field of view’ ook als je met een GT-auto in onze huidige sim rijdt. Of je nou in een formulecockpit of een GT-cockpit zit, je ziet precies hetzelfde op het scherm als je ook in het echt zou zien. Het is alleen zo dat je in een formuleauto ligt en in een GT-auto iets meer rechtop zit, wat van invloed is op de manier waarop je op de rem trapt. Om die reden willen we er ook een GT-cockpit bij zetten. Om ook dat kleine verschil nog te laten verdwijnen.”

Driver Maturity Model

De technologie waarmee wordt gewerkt en de plannen om die verder te ontwikkelen mogen dan indrukwekkend zijn, simulatortraining is slechts één van de onderdelen van de opleiding die Adrenaline Control aan coureurs aanbiedt. Er is ook aandacht voor fysieke training, mentale training, theorie en telemetrie-analyse. Om de vooruitgang die een coureur boekt te kunnen volgen, heeft Adrenaline Control een Driver Maturity Model ontwikkeld, waarbij een rijder op verschillende punten een score krijgt toegekend en op een bepaald niveau wordt gezet, zodat in een oogopslag te zien is waar een coureur nog aan moet werken om zich te kunnen verbeteren.

Naast Geerts heeft Adrenaline Control ook Nick Catsburg al over de vloer gehad. De coureur uit het wereldkampioenschap toerwagens is een fervent simmer en racet online voor hetzelfde team als Kerkhof; het in simkringen bekende Team Redline, waar Max Verstappen sinds vorig jaar zomer ook deel van uitmaakt. Gezien de beperkte mogelijkheden om op de baan te testen, is de simulator voor deze mannen de ideale plek om circuits te leren, aan hun racevaardigheden te werken en inhaalacties te oefenen, zodat ze zich tijdens de raceweekenden volledig op het afstellen van de auto en de gevechten op de baan kunnen focussen. De nationale autosportbond KNAF ziet eveneens de meerwaarde in van het project en zal de coureurs uit haar talententeam naar de hangar in Gilze-Rijen sturen.

Adrenaline Control mikt echter niet alleen op Nederlandse coureurs. “Onze markt zit in de Benelux en Duitsland", verduidelijkt Atze Kerkhof. "Zandvoort en Assen zijn om de hoek, Spa-Francorchamps en Zolder liggen in de buurt, net als de Nürburgring, de Hockenheimring, Oschersleben en de Lausitzring. Al die circuits liggen binnen twee, drie uur rijden van waar wij zitten. Voor een coureur die in deze regio actief is in de autosport, is dit dus de perfecte plek.” Wanneer de onderneming in Nederland een succes is, moeten er bovendien vestigingen van Adrenaline Control op andere plekken in de wereld komen. Kerkhof met een brede grijns: "Dan moeten we dus op zoek naar nieuwe Atze's."

Tegen het einde van het interview meldt Geerts, die ook dit jaar in de Renault Sport Trophy te bewonderen is, zich boven. Hij heeft zojuist een 1.32.2 gereden. Een halve seconde sneller dan de tijd waarmee hij de simulatorsessie was begonnen.