Interview: Richard Verschoor, toptalent wacht op resultaat

Vorig jaar was hij hot property: iedereen wilde een beetje van Richard Verschoor, de jonge Nederlander die in de voetsporen van Max Verstappen zou treden. De tiener uit Benschop reed een haast perfect eerste seizoen in de autosport en bekroonde deze met titels in de Noord-Europese én de Spaanse variant van de Formule 4. Als klap op de vuurpijl werd hij al in de lente aangesteld als Red Bull-junior.

Het geluk lachte Verschoor toe: Red Bull plaatste de Utrechter kort na zijn zestiende verjaardag in de Formule Renault 2.0, wat gezien kon worden als een mooie stap omhoog. Bovendien mocht de talentvolle coureur zijn winter spenderen in Nieuw-Zeeland: als deelnemer aan de Toyota Racing Series verschilden de maanden januari en februari voor Verschoor in het bijzonder aan die van menig leeftijdsgenoot.

Het seizoen 2017 wil echter niet vlotten, zo erkent de 16-jarige in gesprek met GPUpdate.net. Als we Verschoor in de garage van MP Motorsport op het TT Circuit in Assen treffen - vlak nadat hij zijn eerste zege sinds 12 februari heeft weten te boeken - is de jongeling openhartig. "Het is dit jaar gewoon niet goed genoeg, mijn prestaties zijn onder de maat."

"Een jaartje rijpen is niet verkeerd"

Eén van de verklaringen is volgens Verschoor het feit dat zijn broodheer in de Formule Renault 2.0 Eurocup met liefst drie rookies rijdt - naast hemzelf zijn ook collega's Jarno Opmeer en Neil Verhagen nieuw in de klasse. "Waar veel andere teams beschikken over één of twee coureurs met ervaring en dat aanvullen met een nieuweling, daar hebben wij deze bezetting. Als die andere coureurs het goed doen en jij bent de enige rookie, dan kan je naar hun data kijken en jezelf aan hen optrekken. Stel ik ben de snelste, dan heb ik in dit team niets aan de data van mijn teamgenoten." 

Verschoor denkt dat het algemene beeld van de FR2.0 te eenvoudig is. "Het is als beginneling in deze klasse oprecht lastig." Maar: had hij dan niet een kleinere stap kunnen maken? Was het niet beter geweest om eerst een jaartje in bijvoorbeeld de Duitse Formule 4 te rijpen, of naar de Euroformula Open te verkassen? "Ik had geen keuze", is het Red Bull-talent eerlijk. "Maar daar wil ik wel aan toevoegen dat ik oprecht geloof dat dit de juiste weg voor mij was. Vergeet niet dat ik vorig jaar nog maar 15 was en een jaartje rijpen in de Formule Renault hoeft helemaal niet verkeerd te zijn."

Dromen mag en natuurlijk wil Verschoor Formule 1-coureur worden, maar realisme is op zijn plaats. "We weten allemaal dat de Formule 1-coureurs van tegenwoordig niet zo heel rap verkassen uit de serie. Er zitten wel een paar rijders aan de deur te rammelen, zoals Charles Leclerc, maar zover ben ik nog lang niet. Max Verstappen, Daniel Ricciardo en Carlos Sainz zitten gebeiteld op de plaats die ik uiteindelijk wil en zij hebben allemaal geen haast. Ik moet gewoon zorgen dat ik het beste uit mezelf haal, om mijn kansen op termijn te vergroten. Als we de boel gaan overhaasten, werkt mij dat alleen maar tegen."

"Ik moet gewoon winnen"

Het enige probleem is: de topresultaten blijven uit. Een zesde plaats was het grootste wapenfeit van Verschoor, die na zeven van de tien raceweekends op een teleurstellende elfde plek in de stand om het kampioenschap staat. Klassementsleider Sacha Fenestraz heeft ruim tweehonderd punten meer dan de Utrechter, die flink de balen heeft. "Ik heb mezelf niet kunnen laten zien dit seizoen en dat is een klotengevoel. Ik hoop dat ik in de laatste drie weekends nog wel even een sterke indruk kan achterlaten, of anders volgend jaar kan uitblinken. Mocht dat lukken dan kunnen mijn kansen natuurlijk aardig openliggen - ik moet gewoon winnen."

"Dat ik problemen ondervind met mijn wagen erken ik, maar de details gooien wij niet in de media. Die bespreek ik met mijn engineer. Setuptechnisch is het soms gewoon lastig, er komt een hoop nieuwe dingen kijken bij het besturen van deze wagens. Rijderstechnisch kan het ook weleens lastig zijn en ook al probeer ik me zo snel mogelijk aan te passen, als de auto niet compleet comfortabel aanvoelt dan kan je wel denken dat je op de limiet gaat - maar eigenlijk ga je dan op de verkeerde limiet."

Met een petje met daarop het bekende Red Bull-logo op gaat Verschoor over straat, het logo van de energiedrankjesgigant is onmiskenbaar aan de jongeling verbonden. Dat wil nog weleens jaloezie opleveren bij de concurrenten, al is Verschoor de eerste om toe te geven dat het wennen is om ineens over zo'n status te beschikken. "Bijvoorbeeld: toen ik op de Hungaroring achteraan moest starten omdat ik mijn snelste kwalificatieronde had gereden tijdens een code rood, kwam ik vast te zitten achter mensen die denken dat ze wereldkampioen kunnen worden, maar in werkelijkheid knokken om de 25ste plaats. Ze zien je Red Bull-logo opdoemen en ze willen koste wat kost voor je blijven."

Balen van gemiste kans

Het zijn van een Red Bull-junior brengt wel extra druk met zich mee en ook dat ondervindt Verschoor. "Vorig jaar ging alles goed en dan is iedereen fan, maar nu krijg je gewoon heel veel kritiek over je heen. Ik ben niet iemand die dat zo allemaal over zich heen laat komen - ik bijt wel van me af - maar soms is het wel lastig." Zo baalde Verschoor als een stekker dat hij naast de TRS-titel greep, een kampioenschap dat menigeen al aan hem had toegeschreven. "Ik had persoonlijk niet verwacht dat het zo slecht zou gaan", zegt hij, terwijl hij de titel op twaalf punten miste. "Die gasten die daar races wonnen die rij ik er gewoon uit, maar door één fout heb ik zeventig punten laten lopen."

"Ik heb geen idee wat ik volgend jaar ga doen, daar wordt nog niet over gesproken. Ik weet niet of ik volgend jaar nog steeds bij Red Bull zit. Ik ben niet bang aangelegd, maar probeer ook gewoon realist te zijn. Ik weet heus dat als het niet beter wordt dan dit, dat ik eruitvlieg. Helmut Marko is allesbehalve op zijn achterhoofd gevallen en hij kijkt gewoon wat goed is. Als zijn keuze niet op mij valt, dan moet ik dat accepteren. Ik moet het maar gewoon laten zien - ik ga er niet van uit dat ik gewipt word, ik hoop het ook niet, maar ik moet presteren."

Of er veel feedback wordt verstrekt vanuit Red Bull? "Nee, eigenlijk niet zo heel veel. Na de race bel ik Dr. Marko op of hij belt mij, en dan bespreken we de wedstrijd. Langer dan een minuutje duurt dat vrijwel nooit. De ene keer is hij blij, de andere keer niet. Milton Keynes (de Red Bull-fabriek, red.) bezoek ik gemiddeld één keer per maand, daar hebben we geen vaste afspraken over. Ik doe dan wat simulatiewerk. Ik hoop gewoon dat ik nog een podium kan pakken in die laatste drie weekends, dat ik het geluk een beetje aan mijn zijde heb. Het is maar net wat voor baan je voor je kiezen krijgt en of het totaalpakket een beetje goed ligt. In principe kan het gewoon heel goed gaan."

Door: René Oudman

[photo,310654,left,]