Formule E zal privéteams beschermen tegen grote fabrikanten

Het elektrische formulewagenkampioenschap werd drie jaar geleden opgericht met tien onafhankelijke teams. Drie van die teams, e.dams, Abt Schaeffler en Virgin Racing, begonnen in het tweede seizoen een samenwerking met een autofabrikant. Jaguar volgde een seizoen later, ook BMW begon een technische samenwerking met Andretti Racing. Nissan neemt volgend seizoen het stokje over van Renault bij e.dams. Sommige Formule E-teams zijn daarentegen nog wel volledig onafhankelijk, zoals Techeetah en Dragon Racing.

Volgens Alejandro Agag, CEO van de Formule E, is de aantrekkingskracht van het kampioenschap voor de grote fabrikanten enorm en is het belangrijk om de controle te houden. Budgetten liepen in de afgelopen twee jaar op van 10 miljoen euro tot 20 tot 30 miljoen euro. “We moeten ons houden aan de regels die we opgesteld hebben”, zei Agag in gesprek met Motorsport.com. “Er is een hele belangrijke regel die ik wil naleven en dat is het beschermen van de privéteams. We hebben veel grote bedrijven die de sport op ieder moment weer kunnen verlaten. Nu zijn we groot en populair, maar hoe ziet dat er over een tijdje uit? Als je op de lange termijn wilt blijven bestaan, moet je de mogelijkheid openhouden om privateers met een klein budget toegang te geven tot het kampioenschap. Om dat te kunnen moet er een systeem zijn waarmee dat mogelijk is, wat de fabrikanten ook willen.”

Formule E hanteert een maximale kostprijs voor de aandrijflijn die fabrikanten leveren aan onafhankelijke teams. Dit zal ook komend seizoen van kracht blijven, hoewel de prijs voor een raceklare wagen omhoog zal gaan van 440.000 euro naar 800.000 euro. Dit komt omdat de klasse dan afstapt van het principe dat er twee auto’s per race gebruikt worden. Fabrikanten krijgen de vraag voor welke prijs ze kunnen leveren aan privéteams als deze interesse tonen voor de productie van een aandrijflijn, de daadwerkelijke prijs daarvoor staat nog niet vast.

Geen vergelijking met Formule 1

Audi Motorsport-directeur Dieter Gass zei in gesprek met Motorsport.com dat het kampioenschap momenteel een goede balans en werksfeer heeft met de fabrikanten, maar stelde ook dat het kan veranderen als meer fabrikanten aanschuiven. Agag zei daarover: “Tot nu toe hebben we nog geen negatieve druk gevoeld. Integendeel, het is allemaal positief en eensgezind. Het maakt niet uit in welke richting we geduwd worden, we moeten bij ons eigen routeboek blijven en ons houden aan de regels. Ik garandeer dat we de controle kunnen behouden. Het is makkelijker om vanaf nul te beginnen. De Formule 1 is al jaren en jaren bezig. Partijen hebben een aandeel en proberen dat uit te breiden, ze willen in ieder geval niets uit handen geven. Alle Formule E-fabrikanten willen winnen en zijn klaar om de middelen in te zetten die nodig zijn, maar toch is het anders.”

Met medewerking van Anthony Rowlinson en Scott Mitchell