Werken in de Formule 1 als… Race-engineer bij Sauber

Mijn baan houdt in:

“Ik ben race-engineer bij het Sauber Formule 1-team en verantwoordelijk voor de auto van Marcus Ericsson. Ik werk nauw samen met een groep van zes engineers en zes monteurs. Simpel gezegd is het mijn taak om deze auto zo hard mogelijk te laten gaan.”

Mijn werkschema tijdens een raceweekend:

“Normaal gesproken komen we op donderdag aan op het circuit. Dat is vrij laat als je het vergelijkt met de andere teams, maar het werkt. De afstelling van de auto wordt een dag van tevoren aangeleverd door de fabriek en bij aankomst spelen we ook wat van deze informatie door naar onze bandenman. Er staan vervolgens meteen wat meetings op het programma met betrekking tot ons plan voor de banden, de strategie en de afstelling van de auto. Ook nemen we met de coureur het programma voor de vrijdag door, zodat hij op de hoogte is van wat we tijdens elke run willen gaan doen. Daarna brengen we de auto naar de weegbrug van de FIA, waar ze kijken of de auto wel aan alle regels voldoet.”

“Op vrijdag melden we ons heel vroeg op het circuit zodat we een uur voor de start van de eerste vrije training nog een meeting kunnen hebben, om er zeker van te zijn dat iedereen over de juiste informatie beschikt en weet wat er die dag op het programma staat. Na de eerste sessie hebben we een briefing en na de tweede sessie hebben we er ook weer een aantal. Die op vrijdagavond zijn erg belangrijk omdat we dan alle informatie hebben van de twee trainingen, waarmee we aan de slag kunnen. We kunnen dan ons plan voor de rest van het weekend bespreken, en natuurlijk onze strategie voor de race.”

Foto: LAT Images

“De zaterdag en zondag lijken erg op elkaar, behalve dat we op zaterdagochtend nog een extra sessie op de baan hebben. Voor de kwalificatie hebben we dan nog een vergadering om door te nemen hoe we de banden gaan prepareren en hoe we elke run gaan aanpakken. Na de kwalificatie gaan we weer met elkaar zitten om te bespreken wat we geleerd hebben en om onze strategie voor de race te bepalen, aangezien we dan onze startpositie weten. Op zondagochtend is er ook nog een briefing.”

Het belangrijkste aan mijn werk is:

“Dit zal je misschien verrassen, maar het technische gedeelte is eigenlijk niet eens het belangrijkste aan mijn werk. Het gaat er bij mijn functie niet om dat je specialist bent op één specifiek gebied. Ik heb immers engineers die alle verschillende zaken ten aanzien van de auto coveren. Ik moet van alles een beetje weten om te kunnen begrijpen wat iedereen tegen me zegt. Dus ik denk dat goed kunnen communiceren het belangrijkste is aan mijn werk. Ik heb in mijn functie ook met veel verschillende mensen te maken: monteurs, engineers, de coureur, de teamleiding. Het is belangrijk dat je goed met al deze mensen om kunt gaan en uit elk individu het maximum kunt halen. “

Zonder deze drie dingen ben ik nergens:

“Allereerst mijn laptop. Die staat vol belangrijke informatie van de verschillende afdelingen. Daarna komt mijn stopwatch. Die is van essentieel belang op de grid. De laatste voorbereidingen op de race zijn bijna een militaire operatie. Alles moet kloppen en timing is daarbij cruciaal. Hoewel de teammanager dat ook al doet, houd ik alles wat er rond de auto gebeurt in de gaten. Wanneer de banden op de auto gaan, wanneer de coureur in de wagen stapt en ga zo nog maar even door. Ik gebruik een stopwatch om in de gaten te houden dat alles op tijd gebeurt. Ik hoef mensen niet te vertellen wat ze moeten doen, want alles gaat eigenlijk automatisch, maar we moeten heel precies zijn en er zeker van zijn dat alles soepel verloopt. Tot slot heb ik een ouderwetse pen nodig voor het maken van aantekeningen.”

Foto: Sauber F1 Team

De mensen met wie ik altijd in contact sta, zijn:

“Op de eerste plaats natuurlijk de coureur en daarna komt waarschijnlijk mijn performance engineer. Hij is degene die alle data verzamelt die we gebruiken om de afstelling te bepalen.”

Als er geen race is dan:

“Als we terug in de fabriek zijn na een race, besteden we één of twee dagen aan het analyseren van het raceweekend dat achter ons ligt. Alles wordt dan nog een keer besproken: wat we verkeerd hebben gedaan, wat we goed hebben gedaan, waar we ons nog kunnen verbeteren. Uiteindelijk produceren we dan een groot rapport, waarin alle informatie is verzameld. Een deel daarvan sturen we ook naar de coureur. Na die twee dagen verleggen we onze focus naar het volgende evenement.”

Zonder mij:

“Zonder een race-engineer kan een team eigenlijk niet functioneren. Het is een vrij belangrijke functie. Je bent een beetje wat een dirigent voor een orkest is. Ik organiseer de workflow van de groep mensen die aan één van de twee auto’s werkt. Dat is niet iets wat je in je eentje doet, maar alle informatie komt bij mij binnen, ik coördineer de boel en ik vertel de anderen wat er moet gebeuren.”

Foto: LAT Images

De Formule 1 is:

“Zeer veeleisend. Het is een fantastische sport en ik droomde er als kleine jongen al van om hier te werken. Ik was acht jaar toen mijn vader me meenam naar Monaco voor mijn eerste Grand Prix. Ik kan me elk klein detail van dat weekend nog herinneren. Sindsdien is het altijd mijn doel geweest om als engineer in de Formule 1 te werken. Ik wist al snel dat ik geen coureur wilde worden, maar het technische aspect van de Formule 1 heeft me altijd geïntrigeerd. De technische uitdaging hier is gigantisch. Maar werken in de Formule 1 neemt heel veel van je tijd in beslag. Ik heb een jong gezin, maar ben heel veel op pad. Dat is vermoeiend en zwaar. Op televisie zie je mooie dames en glimmende auto’s, maar daarmee zie je maar een klein deel van deze wereld. In de Formule 1 wordt heel hard gewerkt, weinig geslapen en heb je constant stress. Ik wil niet negatief zijn, maar de mensen moeten begrijpen dat het niet alleen maar rozengeur en maneschijn is. Het is zeer veeleisend, maar ook zeer uitdagend en zeer interessant.”

Via onze Formule 1-verslaggever Oleg Karpov