Interview

Red Bull-fotograaf Rys exposeert in Amsterdam: “Ik daag mezelf constant uit"

Vladimir Rys, de huisfotograaf van Red Bull Racing, was dinsdag in Amsterdam voor de opening van Gravity, zijn eerste solo-expositie. Motorsport.com sprak met hem over zijn unieke stijl, het leven als F1-fotograaf en respect krijgen in de garage.

Vladimir Rys, fotograaf

Sutton Images

Hoe is het om hier bij de opening van je eerste eigen expositie te zijn?
“Heel leuk. Amsterdam is een van mijn favoriete steden. Ik ben hier een paar keer eerder geweest. Om de kans te krijgen om dit te doen op zo’n mooie plek - in Gallery 5&33 in het Art’otel in hartje Amsterdam - is prachtig. Ik ben heel erg dankbaar hiervoor. Hopelijk valt de expositie in de smaak. Max Verstappen is natuurlijk een superster in Nederland, dus ik hoop dat veel mensen naar mijn foto’s komen kijken.”

Waarom heb je gekozen voor Amsterdam?
“Het is in Amsterdam, omdat Gallery 5&33 en Art’otel contact met me hadden gezocht en hadden aangeboden om hier deze expositie te houden. Nadat ik de galerie en de ruimte had gezien, zei ik: 'Laten we het doen.' Daarnaast hebben we met Max natuurlijk een toekomstige Nederlandse wereldkampioen in de Formule 1. Het leek me daarom een goede match. Vervolgens zijn we het gaan organiseren.”

Zit er een foto tussen die extra speciaal voor je is?
“Ik heb niet één foto die speciaal voor me is. Ik zeg altijd dat mijn beste foto mijn volgende foto is. Dat is wat mij als fotograaf drijft en motiveert. Maar er zitten wel een paar foto’s tussen die ik bijzonder goed gelukt vind, zoals die van Michael Schumacher met de hand van koning Juan Carlos van Spanje. Er zijn ook nog een paar anderen die ik heel erg mooi vind, maar ik kan geen favoriet aanwijzen. Ik vond het al moeilijk genoeg om een selectie van 21 foto’s te maken om hier op te hangen. Als je dertien jaar als Formule 1-fotograaf werkzaam bent, zijn er natuurlijk heel veel foto’s die je wel geslaagd vindt. Aan de andere kant ben ik nooit helemaal tevreden. Ik blijf altijd aan mezelf twijfelen. Op die manier blijf ik altijd mijn eigen grenzen verleggen in een poging nog originelere en betere foto’s te maken.”

Er hangen hier niet alleen Red Bull-foto’s.
“Klopt. Red Bull heeft ons wel goed geholpen. Ik werk al elf jaar lang heel fijn samen met Red Bull in de Formule 1. Red Bull Nederland heeft ons hier en daar bijgestaan om dit van de grond te krijgen. Maar het idee is altijd geweest om een overzicht van al mijn werk te geven en dus niet alleen van de foto’s die ik voor Red Bull maak. Je ziet hier dus ook andere teams en coureurs aan de muur. Ik denk dat het ook een beetje monotoon zou zijn geworden als we alleen Red Bull hadden genomen. Ik heb ook foto’s van bijvoorbeeld Michael Schumacher van toen hij nog bij Ferrari reed. Het zou jammer zijn om die niet te laten zien.”

Hoe ben je begonnen met het maken van foto’s?
“Ik ben begonnen toen ik dertien of veertien was. Mijn opa was professioneel fotograaf, maar ik heb hem nooit gekend, omdat hij overleed toen ik één jaar oud was. Ik vond zijn camera en ben daar vervolgens een beetje mee gaan spelen. Ik wilde daarna graag cameraman worden, dus ik ben heel veel gaan lezen over cinematografie en fotografie. Naar verloop van tijd begon fotografie me toch meer te trekken. Om een heel verhaal in één foto te vangen was een uitdaging die mij heel erg aansprak. Zo werd ik fotograaf. Tijdens mijn studie kreeg ik mijn eerste baan als fotograaf en vanaf daar ging het verder.”

Vladimir Rys expositie in Amsterdam
De RB11 van Daniel Ricciardo gezien in het oog van een monteur.

Foto: Vladimir Rys - Red Bull Content Pool

“Op een gegeven moment kreeg ik een job aangeboden in Duitsland [bij Getty Images] en ben ik daar naartoe verhuisd. Mijn toenmalige baas vroeg me of ik naar de Formule 1 wilde gaan, maar ik had daar in eerste instantie niet echt veel trek in. Ik wist natuurlijk wel wie Michael Schumacher en Ayrton Senna waren, maar ik zat nou niet bepaald elke race voor de tv. Ik was dus niet heel enthousiast en mijn baas stuurde daarom een collega. Na drie of vier races kwam hij echter weer bij me en zei hij dat ik het jaar erna Formule 1 moest gaan doen, omdat mijn stijl van fotograferen naar zijn idee goed bij de sport paste. Ik kon niet twee keer nee tegen hem zeggen, dus zo ben ik bij de Formule 1 beland.”

“Mijn eerste race was Melbourne, 2005. Ik herinner me nog goed hoe de auto’s daar voor me stonden, het lawaai dat de wagens maakten en de geur van de benzine. De hele buzz die daar hing, ik werd er gelijk helemaal in meegezogen. En er opende zich ook ineens een nieuwe wereld van fotografie voor me. Er diende zich een compleet nieuw onderwerp aan voor mij als fotograaf en ik ben hier nog lang niet klaar mee. Ik probeer elk jaar beter te worden. Je krijgt natuurlijk ook steeds meer ervaring. Op circuits waar je al eerder bent geweest, weet je bij welke bocht je moet staan en op welk tijdstip van de dag. Ik ben me dus nog steeds aan het ontwikkelen als fotograaf en daarom blijft dit werk ook zo spannend voor me.”

Wat zijn de grootste uitdagingen die bij het werk als Formule 1-fotograaf komen kijken?
“Het reisschema. Ik vlieg tachtig tot negentig keer per jaar. Je brengt dus veel tijd op vliegvelden en in vliegtuigen door. Je bent veel onderweg. En je moet ervoor zorgen dat je een beetje fit bent, want op het circuit heb je altijd vijftien tot twintig kilo aan apparatuur bij je. Je hebt shuttlebusjes die je naar elke bocht brengen die je wil, maar ik ga meestal lopen omdat ik zoveel mogelijk wil zien. Als je in een busje zit en rond wordt gereden, mis je veel. Ik loop dus wat af, maar het houdt me fit. Verder is het soms lastig om dicht bij de auto’s te komen, doordat de nieuwere circuits ruime uitloopzones hebben. Je staat hierdoor ver van de baan. Er zijn dus veel uitdagingen, maar ik houd daar wel van. Ze houden me scherp. Ik blijf mezelf ook de hele tijd uitdagen om erop uit te gaan en met een andersoortige foto terug te komen.”

Er staan behoorlijk wat fotografen langs de baan. Is het moeilijk om met iets te komen wat niemand anders heeft?
“Het is aan een kant lastig, maar aan de andere kant ook niet. Ik volg altijd mijn eigen visie, en wat ik mooi vind, hoeft een andere fotograaf niet per se mooi te vinden. Daarnaast heb ik het geluk dat ik Red Bull als klant heb. Zij geven me volledige creatieve vrijheid en dat is waar iedere fotograaf van droomt. Ik krijg nooit te horen wat ik wel en wat ik niet moet fotograferen. Ik ga er gewoon op uit en maak foto’s. Ik mag dus doen wat ik wil, maar ze blijken na afloop altijd tevreden met wat ik heb gecreëerd. Dat is een geweldige situatie om in te zitten. Ik kan me geen betere opdrachtgever bedenken dan Red Bull.” 

Vladimir Rys expositie in Amsterdam
Max Verstappen in Hongarije, een typerende foto voor de stijl van Rys.

Foto: Vladimir Rys

Je werk is erg herkenbaar. Hoe zou je je eigen stijl omschrijven?
“Dat is lastig te zeggen. Als fotograaf ben ik erg grafisch ingesteld. Ik kijk niet echt naar de auto, maar let vooral op kleur en schaduw. Ik houd ook wel van zwart-wit. Ik weet eigenlijk niet hoe ik mijn stijl zou omschrijven. Ik denk dat mijn werk heel grafisch is. Ik haal veel inspiratie uit de tijd dat we nog met film werkten. Ik heb de eerste vijf jaar van mijn carrière volledig analoog gewerkt. Ik deed het ontwikkelen toen ook nog zelf. Daar leer je heel veel van doordat je het hele proces erachter ook meekrijgt. Nu slaat iedereen deze stap over. Foto’s worden direct op de computer gezet en in Photoshop bewerkt. Analoog werken heeft me veel geleerd over licht. Licht is het allerbelangrijkste in mijn vak. Licht zorgt voor kleur, schaduw en vormen. Het komt vaak voor dat ik buiten sta en er geen mooi licht is. Dan maak ik ook geen foto’s. Dan kijk ik naar hoe de auto’s voorbij razen en denk ik na over wat voor foto’s ik nog kan gaan maken. En als de zon zich weer laat zien, maak ik de foto's zoals ik die even daarvoor heb bedacht. Het gaat dus vooral om het licht. Dat is voor mij misschien nog wel belangrijker dan de auto.”

Je foto’s zijn erg kleurrijk. Doe je veel aan post-productie?
“Nee, niet echt. Zoals ik al zei, heb ik veel geleerd van het analoge tijdperk. In die tijd had je rijke kleuren, veel saturatie en mooie donkere tonen. Als je digitaal foto’s maakt, is alles wat fletser, dus je doet wat met contrast en kleurcorrectie, maar dat is het eigenlijk. Ik verander verder niets aan de foto’s.”

Je staat dicht langs de baan te werken. Heb je wel eens in een gevaarlijke situatie gezeten?
“Ik heb wel een paar angstige momenten beleefd, maar geen gevaarlijke. De regels van de FIA zijn heel strikt en we zijn goed op de hoogte van wat we wel en niet mogen doen. Ik heb tijdens mijn eerste jaren wel een paar momentjes in de pitstraat gehad, toen daar nog wat meer mensen rondliepen. Ik kan me een moment herinneren dat er een McLaren binnenkwam en ik een positie innam die niet heel erg gelukkig bleek. Vervolgens kwam de andere McLaren ook binnen en stond ik op een lastige plek. Maar de coureur zag me en remde. Dat liep dus goed af, maar de monteurs worden natuurlijk wel een beetje pissig op je omdat je stond op een plek waar je niet had moeten staan. Maar dat was verder niet gevaarlijk of zo."

"Als je dicht langs de baan staat, neem je wel een beetje risico. Zo stond ik twee jaar geleden in Monaco door de vangrail heen te schieten en dan zit je maar vijftien tot twintig centimeter van de auto's af. Ik zat met mijn hoofd tegen de vangrail en toen dacht ik wel even bij mezelf dat als op dat moment een coureur een foutje zou maken en de vangrail zou raken, ik misschien wel mijn nek zou breken. Dat zijn wel even spannende momenten, maar dat doe je drie of vier ronden en vervolgens zoek je weer een andere plek op langs de baan. Ik vind niet dat je je leven moet wagen voor een foto.”

Hoe is het om met de coureurs te werken, en met Daniel Ricciardo en Max Verstappen in het bijzonder?
“Heel cool. Of het nou Max of Daniel is, of Sebastian Vettel of Mark Webber, of daarvoor nog David Coulthard. We hebben altijd jongens bij Red Bull die met beide benen op de grond blijven staan en echte teamplayers zijn. Er is niet veel ruimte voor ego’s bij Red Bull. Daniel en Max zijn fantastisch. Het zijn twee jonge, ambitieuze jongens, maar ze zijn erg benaderbaar. Ze halen grapjes met je uit, maar in de garage zijn ze natuurlijk volledig gefocust. Het is erg prettig om met ze te werken. Als ik een foto van Max nodig heb, dan loop ik naar hem toe en vraag ik of hij me even wil helpen en dat doet hij dan.”

Vladimir Rys expositie in Amsterdam
Max Verstappen in Brazilië.

Fotoy: Vladimir Rys

“Het is een intense omgeving waarin je werkt, maar ik voel me er erg op mijn gemak. Het duurde wel even om respect te krijgen van iedereen in de garage. Met name van de monteurs. Die staan natuurlijk onder grote druk hun werk te doen en ik loop constant in de weg. En ik draag ook geen teamkleding terwijl ik wel voor het team werk. Het nam wel twee of drie jaar in beslag voordat ik dat respect begon te krijgen. Maar ik ben nu een van de oudsten in het team. Er is in de loop der jaren veel veranderd in het team qua bezetting. Er zijn nog maar een paar mensen die er sinds het eerste begin bij zaten, waarvan ik er dus één ben. Dus als een monteur nieuw in het team komt, merk je wel dat hij respect voor je heeft. Vaak willen ze ook nog wel even wachten met het monteren van een voorvleugel of het vastzetten van de riemen als ze zien dat ik bezig ben om een foto te maken van de coureur. De meesten volgen mij ook op sociale media dus ze weten dat ik bezig ben om het team te promoten en dat ik een goede ambassadeur voor het team probeer te zijn. En ik laat ook zien hoe hard zij werken. Dus ze zijn heel aardig voor me.”

Dit is je eerste solo-expositie. Wat is het volgende op je agenda? Een boek misschien?
“Ik heb nog wel een paar projecten in gedachten waar ik graag aan zou willen werken. Een boek is daar één van. Dat is een kwestie van een uitgever zoeken en een goed concept bedenken. Dat is wel het volgende wat ik zou willen doen, een mooi boek maken. Daarnaast zou ik wel vaker willen exposeren. Amsterdam is een geweldige plek om te beginnen, maar misschien kunnen we dit ook in andere steden in Europa doen. Daar zijn we nog over aan het nadenken. Maar het eerstvolgende project wordt een boek.”

Gravity is nog tot en met 24 september gratis te bezoeken in Gallery 5&33 in het Art’otel in Amsterdam.

Sluit je aan bij de Motorsport community

Praat mee
Vorig artikel Mercedes stelt contractbesprekingen met Hamilton uit
Volgend artikel Winnen in een Ferrari op Monza; deze tien coureurs deden het

Beste reacties

Er zijn nog geen reacties. Wil je er één schrijven?

Meld je gratis aan

  • Snel toegang tot je favoriete artikelen

  • Stel alerts in voor breaking news en je favoriete coureurs

  • Laat je horen met de reactiemodule

Motorsport prime

Ontdek premium content
Abonneer

Editie

Nederland