Vasseur blies Honda-deal af in eerste uur als Sauber-teambaas

Vasseur loopt al vele jaren rond in de internationale autosport. Met name in de lagere formuleklassen, als mede-eigenaar van topformatie ART Grand Prix, heeft hij grote successen geboekt. In 2016 ging hij aan de slag bij het Renault F1 Team, maar die samenwerking eindigde al snel. Bij Sauber zit de teambaas beter op zijn plaats. Het vertrouwen in hem is groot, zo bleek al op zijn eerste werkdag. Nog geen uur binnen en er stond al een cruciale vergadering te wachten.

“Mijn eerste werkdag, 17 juli, begon om 9.00u en die meeting stond om 10.00u gepland”, zei hij met een glimlach in gesprek met Motorsport.com, refererend aan het gesprek met Honda waarbij hij met onmiddellijke ingang de stekker uit de motorendeal voor 2018 trok. “Voor mij was dat belangrijk. Het is nooit eenvoudig om van motorleverancier te veranderen, maar Honda verkeerde niet in een goede vorm. Plus, en dat was voor mij het belangrijkste, het feit dat we versnellingsbakken van McLaren moesten gaan gebruiken omdat wij zelf niet de middelen hebben om een bak te ontwikkelen. Ik had wat contacten binnen McLaren en ik was ervan overtuigd dat zij hun best deden om Honda te verlaten. Dus ik kon dat risico niet nemen. Stel je voor dat ik vandaag de dag bij McLaren moet aankloppen voor een Honda-versnellingsbak. Dat zou een nachtmerrie zijn geworden. En aangezien we al bezig waren met het ontwerp van onze 2018-auto, waren we niet in de gelegenheid om de beslissing uit te stellen.”

Unfinished business

Enkele maanden voordat hij aan de slag ging bij Sauber werkte Vasseur nog in dienst van Renault. Daar kon hij niet goed aarden. Hij clashte regelmatig met teambaas Cyril Abiteboul over de strategische langetermijnvisie. Door zijn vroegtijdige vertrek had Vasseur het gevoel dat hij nog wat wilde bewijzen.

“Weet je, ik heb de afgelopen 27 jaar doorgebracht op het circuit. Natuurlijk wil je succesvol zijn. Je wilt niet op zo’n manier eindigen. Maar dit heeft niets te maken met wraakgevoelens of iets dergelijks. Ik ben altijd op zoek geweest naar een goed project in de F1 en ik denk dat dit mij op het lijf geschreven is. Ik wil niet zeggen dat Renault geen goed project was. Ik had wat moeite om in het systeem te passen dus het was beter om te stoppen. Dat deed ik. Ik was blij dat ik even een break had maar na zes maanden werd die break wel erg lang! Mijn vrouw verzocht me iets anders te zoeken en zei: ‘Ga het huis uit’. Daarna begonnen de gesprekken met Sauber. De onderhandelingen verliepen goed, het project was goed want het kwam beter overeen met mijn verwachtingen en met de projecten die ik eerder in mijn loopbaan had gedaan.”

Deal met Ferrari

De afgelopen maanden heeft Vasseur de banden met Ferrari flink aangehaald. Dat resulteerde onder meer in de komst van Alfa Romeo als hoofdsponsor. Toch wil hij voorkomen dat Sauber een B-team van de Scuderia wordt en zijn bolide grotendeels in Maranello wordt ontwikkeld. “Het maakt me niet uit hoe men ons noemt: niemand maakt zich druk of we een junior- of een klantenteam zijn. We moeten gewoon iets opbouwen met Ferrari, gebaseerd op een gemeenschappelijke aanpak en in onderling overleg. De nauwe band is belangrijk maar ik wil niet de auto van Ferrari kopen want ik wil onze know-how behouden. Als we dat niet doen, kunnen we in exact dezelfde situatie terechtkomen als met de versnellingsbak en ik wil dergelijke situaties voorkomen.”

Stapje voor stapje

De signalen voor 2018 zijn positief. Er is meer budget, de ouderejaars Ferrari-motor wordt ingewisseld voor een nieuw model, met Charles Leclerc beschikt het team over een zeer getalenteerde rijder en nieuw aangetrokken personeel moet eindelijk echt hun stempel kunnen drukken. Toch blijft Vasseur voorzichtig in zijn voorspellingen. “Over het algemeen stonden we ver achter de jongens voor ons, ook al konden we in de laatste races het gat wat verkleinen. Het eerste doel is om die achterstand te dichten zodat we weer kunnen racen. We moeten in staat zijn om te duelleren met de teams om ons heen. Ik denk dat we daartoe in staat zijn. Vervolgens is het lastig om te voorspellen of we strijden om P8, P9 of P10 [in het constructeurskampioenschap]. Beter dan dat zal lastig worden. Het hangt ook af van andere teams en hun projecten.”

Hij vervolgde: “We moeten eerlijk naar onszelf zijn. Ons grootste probleem was niet de motor, de motor van 2016, die handicap was slechts enkele tienden. Ten opzichte van de overige teams was het chassis het grootste probleem. We moeten op aero-vlak enorm gaan pushen.”

Geduld

De teambaas realiseert zich maar al te goed dat een klein team als Sauber niet opeens de grote fabrieksteams kan bedreigen. Hij werkt aan een nauwgezet plan, om op Force India-achtige wijze jaar na jaar progressie te boeken en uit te groeien tot stabiele middenmoter. “Force India is een goed voorbeeld”, stelde Vassuer. “Zij werken min of meer samen met Mercedes, wij doen dat met Ferrari. Zij werken met rijders, met samenwerkingen op motorvlak en andere onderdelen. Het team is qua grootte vergelijkbaar met Sauber. Het is een goed voorbeeld van wat er mogelijk moet zijn. Force India had tijd nodig. Toen ze nog door het leven gingen als Spyker, hadden ze moeite om de top-tien te halen. Jaar na jaar werd de snelheid beter en nu zijn ze aardig constant. Wij moeten het op dezelfde manier aanpakken. We moeten rustig blijven. Dit is een project voor drie tot vijf jaar. Het is niet zo dat je een engineer van Mercedes of Ferrari kunt aantrekken en de auto een week later veel beter is. De sport is voor buitenstaanders soms lastig te begrijpen. Men kan het gevoel hebben dat snelheid te koop is. Zonder budget kan je niet strijden met Mercedes. Je hebt een langetermijnproject nodig, je moet weten waar je naartoe wil en hoe je dat wil doen.”

Die langetermijnvisie moet Sauber terugbrengen in de middenmoot, te beginnen in 2018.

Interview door onze Formule 1-verslaggever Jonathan Noble