Topteams F1 steunen concept van open-sourcing onderdelen

Een deel van de reglementen voor 2021 gaat over standaardisering in de Formule 1. De kloof tussen topteams en kleinere deelnemers is op dit moment te groot om de voorspelbaarheid van races tegen te gaan. Standaardonderdelen zoals een versnellingsbak zouden het speeldveld gelijker trekken, maar er is vanuit meerdere hoeken veel kritiek op dat plan. Zo waarschuwt Ferrari-teambaas Mattia Binotto voor grotere betrouwbaarheidsrisico's dan wanneer de elementen binnenshuis ontwikkeld worden.

Daarom is het idee een aantal van die onderdelen open-source te maken mogelijk een geschikt alternatief. "Het is een vrij nieuw idee en er is redelijk veel discussie voor nodig om dit veelbelovende concept te realiseren, maar het is in mijn ogen de moeite waard om te verkennen", aldus James Allison, technisch directeur van Mercedes. Volgens hem zou een dergelijk systeem over een langere periode tot stand komen en meerdere oplossingen bieden wanneer de database eenmaal groot genoeg is.

"Het idee is dat op deze manier het beste ontwerp bij alle teams terechtkomt. Het is dan niet langer een gebied waarbij iemand veel aan de ontwikkeling wil spenderen, want er ligt al een goed design. Het vergt wel wat geduld, maar het is denk ik een solide manier om progressie te boeken", voegt hij eraan toe.

Paul Monaghan, hoofdengineer van Red Bull, staat ook achter het idee: "Er moet wel nagedacht worden over welke onderdelen je daarin stopt en uithaalt. Het idee beschermt de sport tegen fouten in de standaardonderdelen die ons in 2021 met veel problemen kunnen opzadelen. We doen hier graag aan mee." Bij Ferrari zijn ze eveneens overtuigd van de voordelen ten opzichte van de standaardisatie. Laurent Mekies, sportief directeur van Ferrari: "Het is waarschijnlijk lastig om een nieuwe manier te vinden om onderdelen van F1-wagens te classificeren, maar we steunen het als dit risico's kan verkleinen die gepaard gaan met standaardonderdelen."

Met medewerking van Scott Mitchell