Steiner: "Concurrentie klaagt omdat we achteraan hadden moeten rijden"

Haas was in 2016 de nieuwe speler van de Formule 1, toen het gebruik kon maken van de regels over welke onderdelen de teams zelf moeten maken en welke ze van anderen kunnen kopen. Zodoende wist het gelijk een deal te sluiten met Ferrari, waarvan de renstal bijvoorbeeld nog steeds de motor, ophanging en versnellingsbak gebruikt.

De samenwerking heeft eraan bijgedragen dat Haas binnen een kort tijdsbestek kandidaat is voor de leiding in het middenveld. Ook in 2019 ziet het ernaar uit dat de Amerikaanse renstal een van de snelste bolides heeft gemaakt na topteams Ferrari, Mercedes en Red Bull. Tegelijk kwam Haas onder vuur te liggen van Renault, McLaren en Williams, met name over de kwestie van 'ongewenste' B-teams in de Formule 1.

Guenther Steiner verdedigt zijn team daarom met de nodige vurigheid. Voorafgaand aan de Grand Prix van China zei hij dat de rivalen hadden verwacht dat het team in de achterhoede zou rijden, maar niets bleek minder waar. "Niemand had om ons gemaald als we aan de bodem zaten. Iedereen was blij geweest, want dat is wat de rest had verwacht toen we in de F1 kwamen. Door de jaren heen is men kritischer geworden, maar je went eraan en gaat gewoon verder."

In het debuutseizoen in 2016 behaalde Haas genoeg punten voor de achtste plek in het constructeurskampioenschap, net als het jaar erop. In die tijd versloeg het onder andere Renault, Sauber en McLaren. Afgelopen jaar veroverde de Amerikaanse equipe de vijfde plek, het beste resultaat tot nog toe. Haas is sindsdien met name met Renault verwikkeld in een gevecht om de vierde plek, wat ertoe leidde dat de Fransen hun rivaal beschuldigden van een te nauwe band met Ferrari.

"Ik heb geen idee wat degenen bedoelen die dat zeggen", aldus Steiner over de vergelijking met het team uit Maranello. "Ik denk dat ze het zelf niet eens weten. Het is normaal dat de rest niet weet waarom we het zo goed doen, ze zeggen alleen maar dat we de boel kopiëren. Er zijn duidelijk opgestelde regels over wat wel en niet kan en daar houden wij ons volledig aan."

Met medewerking van Scott Mitchell