Van Buren: “McLaren neemt mijn feedback serieus”

Van Buren won vorig jaar een baan als simulatorrijder bij McLaren door de sterkste te zijn in een simracecompetitie die door het team was georganiseerd. Zodoende is de Lelystedeling dit jaar geregeld in het McLaren Technology Centre in Woking te vinden. Van Buren deelt het werk in de simulator met de andere coureurs in het team. Op de vraag of zijn feedback net zo serieus wordt behandeld als die van de rijders die ervaring hebben op het circuit, laat hij aan Motorsport.com weten: “Ja. Aan het begin van het jaar was het moeilijk. Ik moest leren hoe ik met de engineers moest praten. Maar daar heb ik hard aan gewerkt en inmiddels is dat helemaal voor elkaar.”

Het is ook nogal een verschil: van alleen thuis op de pc racen naar een sessie in een echte Formule 1-simulator afwerken terwijl een heel team aan engineers meekijkt. Van Buren heeft het aan den lijve ondervonden. “De auto goed aanvoelen is één ding, maar om dat gevoel vervolgens onder woorden te brengen op een manier dat de engineers er wat mee kunnen, is een tweede”, blikt Van Buren terug op zijn eerste stappen als simulatorrijder bij McLaren. “Dat is anders dan wanneer je na de karting in de Formule 3 en vervolgens in de Formule 2 gaat rijden. Dan ben je het veel meer gewend om met engineers te werken. Maar voor mij als simracer was het een heel steile leercurve.”

Of het werk dat hij tot dusver in de simulator heeft verzet op het circuit ook al tot bepaalde resultaten heeft geleid, is volgens Van Buren moeilijk vast te stellen. “Maar wat ik wel heel gaaf vind is als onze bevindingen in de simulator overeenkomen met het verhaal op het circuit. Dat betekent namelijk twee dingen: ten eerste klopt de simulator en ten tweede klopt mijn gevoel”, vertelt Van Buren, die bij het Grand Prix-weekend in Duitsland aanwezig was om het team van nabij te volgen. “Maar ik kan niet zeggen dat ze door mij bijvoorbeeld met een nieuwe voorvleugel rijden. Zo werkt dat niet. Als simulatorcoureur weet je bovendien niet precies waarmee je rijdt. De engineers weten dat natuurlijk wel. Het enige dat ik kan doen is zo snel en constant mogelijk rijden en zo goed mogelijke feedback geven. Het is vervolgens aan het team om dat allemaal verder te verwerken en ervoor te zorgen dat die oranje auto op het circuit nog harder gaat.”

McLaren had hoge verwachtingen van het Formule 1-seizoen 2018 na van motorleverancier te zijn veranderd. De prestaties op het circuit vallen vooralsnog echter tegen. Fernando Alonso en Stoffel Vandoorne reden in de eerste twaalf races 52 punten bij elkaar, waarmee het team zevende staat in het kampioenschap. Van Buren houdt zich daar niet mee bezig. “Het enige waar ik invloed op heb, is het simulatorwerk en dat gaat goed. Daar geef ik mezelf 110 procent voor. Dat er intern wat geschoven wordt, daar heb ik geen invloed op en dat heeft ook geen invloed op mij”, zegt Van Buren, refererend aan het vertrek van teambaas Eric Boullier en de daaropvolgende veranderingen in de organisatie. Van Buren ziet vooral een team vol strijdlust. “Iedereen wil maar één ding en dat is de auto voor op de grid hebben.”

Interview door Erwin Jaeggi en Casper Bekking