Rosberg over slotfase Abu Dhabi: “Had geen idee hoever Hamilton zou gaan”

Hamilton ging in de slotfase van de Grand Prix van Abu Dhabi met opzet langzamer rijden terwijl hij aan de leiding ging, omdat hij aan een zege alleen niet voldoende zou hebben voor de titel. De Brit moest ook nog hopen dat Rosberg niet op het podium zou eindigen en besloot om die reden de concurrentie een handje te helpen door het tempo vooraan te laten zakken, iets waar de teamleiding van Mercedes niet bepaald over te spreken was. Sebastian Vettel en Max Verstappen kregen op deze manier de kans om aan te haken bij de Duitser, maar Rosberg wist uiteindelijk zijn tweede plaats in de race te behouden en zo zijn eerste wereldtitel veilig te stellen.

“Ik wist niet hoever hij zou gaan”, blikte Rosberg tijdens een persconferentie in zijn geboorteplaats Wiesbaden terug op de laatste ronden van het Formule 1-seizen 2016. “Zou hij helemaal doordraaien en mij van de baan proberen te rijden? Ik had geen idee. Ik zag wat hij probeerde te doen en wist dat de twee jongens achter me aan één klein foutje van mij genoeg hadden om me voorbij te gaan. Dan zou in twee ronden tijd al het harde werken gedurende een heel seizoen voor niets zijn geweest. Het was ongelooflijk.”

“Het is jammer dat hier nu zoveel over gesproken wordt, want het is vrij simpel”, vervolgde de kampioen van 2016. “Je kunt begrijpen waarom het team niet blij is, omdat we bepaalde regels hebben waar we ons als coureurs aan moeten houden. Die regels zijn al drie jaar lang hetzelfde. Je kunt dus wel begrijpen waarom ze geïrriteerd zijn. Maar ik begrijp het ook wel van Lewis, want we zijn met elkaar aan het vechten en het gaat om de wereldtitel. Je probeert er alles aan te doen om kampioen te worden en misschien ga je daarbij wel gemakkelijker over een grens om het alsnog mogelijk te maken.”

Gevraagd of Rosberg hetzelfde zou doen als hij in de positie van Hamilton had gezeten, antwoordde hij: “Dat is te hypothetisch. Het heeft voor mij geen zin in om daarover na te denken en, om heel eerlijk te zijn, wil ik het onderwerp ook niet verder opblazen.”