Renault hoopvol voor tweede seizoenshelft: "Teams voor ons aanvallen"

Jolyon Palmer was op de Hungaroring dicht bij zijn eerste punt in de Formule 1. Een kostbare spin in bocht 4 wierp de Brit terug. Hij kwam uiteindelijk als twaalfde over de meet. Toch was Renault na afloop zeer tevreden over de getoonde snelheid. Renault F1 managing director Cyril Abiteboul blikte terug: “We hebben in Boedapest bewezen een gedegen stap voorwaarts te hebben gemaakt. Niet enkel wat betreft onze eigen prestaties, maar ook ten opzichte van onze rivalen. In de race waren we sneller dan Haas, Sauber en zelfs Force India. Jolyon had zijn eerste punt voor het grijpen.”

“De taak voor Hockenheim is om de extra snelheid om te zetten in punten. We boeken progressie. Een goed resultaat in de Grand Prix van Duitsland zou voor iedereen in Enstone en Viry zeer welkom zijn. Voor de rest van het seizoen is het ons doel om de teams voor ons aan te vallen. Daarbij maken we gebruik van nieuwe aerodynamische onderdelen, die we sinds de start van het seizoen ontwikkelen, en marginale evoluties van de motor, ondanks onze focus op 2017.”

In-season test van grote waarde

Tijdens de in-season test op Silverstone voerde het team enkele belangrijke tests uit met de ophanging. Technisch directeur Nick Chester erkent dat Renault nu beter begrijpt wat er gebeurt wanneer de set-up aangepast wordt: “We hebben veel van onze verbeterde snelheid te danken aan nieuwe componenten en andere werkwijzen qua afstelling. Tijdens de test op Silverstone hebben we veel geleerd. Dat voeren we nu langzaam door. We kunnen de banden steeds efficiënter gebruiken en we boeken ook progressie in de langzame en middelsnelle bochten. De racepace in VT3 was geen illusie.”

Op de vraag of er nog meer in de pijplijn zit, zei hij: “Er komen nog wat nieuwe onderdelen aan. We leren nog elke race dus we zouden graag nog wat meer progressie zien.”