Renault zegt betrouwbaarheid motor op orde te hebben: "Nu aan prestaties werken"

De afgelopen Grands Prix was het niet bijster goed gesteld met de betrouwbaarheid van de Renault-motoren bij het fabrieksteam en de klantenteams Red Bull Racing en Toro Rosso. Met name Max Verstappen stak na Baku zijn frustratie niet onder stoelen of banken na zijn tweede opeenvolgende uitvalbeurt met een motorisch probleem. De recente problemen zijn ontstaan doordat er noodgedwongen gereden moet worden met een oudere specificatie van de motorcomponenten. Volgens de Franse fabrikant zijn de problemen op de testbank verholpen en zullen de teams daar op korte termijn profijt van hebben.

“We kunnen bevestigen dat we tussen Canada en Baku het niveau van betrouwbaarheid hebben bereikt dat we wilden hebben”, vertelde Renaults motorenbaas Remi Taffin in gesprek met Motorsport.com. “Dus alles wat we vanaf nu introduceren, is zoals we het willen hebben - en heeft bewezen 5.000 kilometer te kunnen draaien. Uiteraard moeten we nog spelen met de onderdelen die we eerder dit jaar geïntroduceerd hebben, dus daarom zullen er soms wat haperingen zijn en problemen ontstaan. Dat is echter de manier waarop we moeten werken. Nu moeten we ervoor zorgen dat we vooruitgang boeken.”

Renault wil ervoor zorgen dat de klantenteams binnen de limiet van vier motoren voor het gehele seizoen blijven, zodat de coureurs geen straffen krijgen voor het overschrijden van die grens. Daarom wordt de nieuwe ronde van krachtbronnen pas geïntroduceerd rond de Grand Prix van Engeland of Hongarije. Taffin legde uit: “Het draait allemaal om betrouwbaarheid. Dat heeft ons twee maanden langer gekost dan we voor ogen hadden. Maar vanaf nu kunnen we daarvan profiteren. In Baku haalden we meer vermogen uit de motoren, wat goed was voor een dergelijk circuit.”

Vooruitgang zonder grote upgrades

De Franse fabrikant introduceerde in de Grand Prix van Azerbeidzjan nieuwe instellingen en standen voor de krachtbron. Dat leverde per ronde een tijdwinst van zo’n twee tienden op. Volgens de motorenbaas kunnen er in het huidige seizoen nog stappen gemaakt worden zonder dat daar nieuwe componenten voor nodig zijn. In 2018 moet dan een nog grotere sprong volgen. “Wanneer je met een achterstand begint en de motor elektronisch gezien moet terugschroeven, kan je snel weer bijschakelen wanneer de betrouwbaarheid op orde is. Dat is wat we in Baku gedaan hebben. Soms lijkt het wel tovenarij. Je hoeft vandaag de dag geen grote veranderingen in de hardware van de motor door te voeren om grote stappen te maken.”

Taffin heeft er vertrouwen in dat er gedurende het seizoen meer vermogen uit de krachtbron geperst kan worden, met dank aan software-instellingen, betere brandstof en mogelijk zelfs hardware-veranderingen die vooralsnog gepland staan voor 2018, mochten deze betrouwbaar genoeg blijken te zijn: “Het tweede deel van het seizoen willen we voortborduren op het juiste niveau van betrouwbaarheid om het maximale uit de motor te halen. Dat houdt in dat we ook meer energie uit de batterijen kunnen halen, en ga zo maar door. We zullen zien of we wat updates naar voren kunnen halen. Er komen wat nieuwe brandstoffen en vloeistoffen aan die zullen helpen. Bovendien hebben we wat nieuwe onderdelen op de plank liggen die we in de eerste fase van het jaar aan de kant hebben gelegd. Die introduceren we nog. Desondanks gaat veel aandacht uit naar de motor van volgend jaar. We willen er zeker van zijn dat die op orde is. En aangezien die krachtbron lijkt op de huidige versie, is het eenvoudiger om ideeën over te dragen.”

Betrouwbaarheidsproblemen zorgden voor oponthoud

De Fransman geeft toe dat de zoektocht naar betrouwbaarheid in de eerste fase van het seizoen de progressie gehinderd heeft: “De problemen met de betrouwbaarheid in de wintermaanden vonden niet alleen op het circuit plaats, maar ook op de testbank. Daardoor vertraagt de vooruitgang. Zelfs met een zeer goede CFD-correlatie moet je de motoren op een bepaald moment wel inzetten. Daardoor hebben we vertraging opgelopen. Rond race vijf konden we meer uren steken in onze motor en het testwerk. Het resultaat daarvan zagen we in Baku.”

Renault hoopt later dit jaar de oorspronkelijke 2017-spec MGU-K in te kunnen zetten. Vanwege betrouwbaarheidsproblemen zijn alle klantenteams al sinds de start van het seizoen genoodzaakt om met de zwaardere 2016-versie te rijden: “Het was geen prioriteit om de nieuwe versie zo snel mogelijk weer in de auto te hebben, want we hadden vanaf de eerste race een werkende oplossing”, legde Taffin uit. “Het is ons doel om hem dit jaar nog in te zetten. Op de testbank draait alleen maar de 2017 MGU-K. Het is meer de vraag wanneer het het juiste moment is om hem weer in te zetten.”

Interview door onze Formule 1-verslaggever Jonathan Noble