Red Bull en Manor boekten grootste winst sinds 2015

Plek vier en vijf in de Canadese kwalificatie was meer dan waarop Red Bull Racing-teambaas Christian Horner vooraf gerekend had, gaf hij zaterdag in Montreal toe. Niet zonder reden, want een jaar geleden was zijn team nergens op het Circuit Gilles Villeneuve. Wie de cijfers van de kwalificaties in 2015 en 2016 naast elkaar legt, ziet dat Red Bull Racing in één jaar ruim 1,3 seconde dichter in de buurt van Mercedes gekomen is. Hetzelfde geldt overigens voor Manor Racing, dat zelfs bijna anderhalve tel gewonnen heeft.

Opvallend aan de cijfers van de Canadese kwalificatie in 2015 en 2016 is dat de onderlinge verhoudingen voor het grootste deel redelijk hetzelfde gebleven zijn. Bijzonder is vooral het resultaat van Toro Rosso. Een jaar geleden kwam de snelste Toro Rosso 1,381 seconde tekort in de kwalificatie ten opzichte van de snelste man in het betreffende kwalificatiesegment en ook ditmaal bedroeg de achterstand exact 1,381 seconde. 

Bij de berekening van de verschillen zijn we uitgegaan van de snelste auto per team. We pakten daar de beste ronde van het kwalificatiedeel waarin het uitgeschakeld werd en bekeken wat daarin de achterstand op de snelste coureur was. In 2015 en 2016 was Lewis Hamilton de beste in Q2 en Q3, in het eerste kwalificatiedeel kwam de beste tijd op naam van respectievelijk Romain Grosjean (Lotus) en Nico Rosberg (Mercedes). 

Overigens is het verschil tussen de pole-tijd van 2015 en 2016 zo'n anderhalve seconde. Alle auto's gaan dit jaar dus veel harder dan een jaar geleden, maar wij kijken nu puur naar de verschillen ten opzichte van de top. Dus hebben de teams achter Mercedes terrein gewonnen of verloren in de afgelopen twaalf maanden?

Manor is het enige team dat zowel in 2015 als dit jaar beide auto's in Q1 zag sneuvelen. Maar waar de snelste Manor vorig jaar 3,300 seconde tekort kwam, bedroeg het gat naar P1 ditmaal slechts 1,885 seconde. Deze winst, van 1,415 seconde, toont aan welke stap voorwaarts het team dit jaar gezet heeft. Zelfs iets meer dan Red Bull, dat een jaar geleden 1,686 miste in Q3 en ditmaal 0,354 van pole zit. De winst: 1,332 seconde.

Op basis van de kwalificaties in Canada kan ook worden gesteld dat Ferrari (van 0,621 naar 0,178 seconde, een verschil van 0,443 tel) vooruitgang geboekt heeft, terwijl bij Force India en McLaren sprake is van zeer minimale winst. Force India zit 0,081 dichter bij de pole-tijd dan in 2015, McLaren 0,089. Van een enorme stap voorwaarts ten opzichte van vorig jaar kan bij McLaren dus niet gesproken worden. Alonso gaf dit jaar in Q3 1,526 seconde toe op Hamilton, al moet daarbij worden aangetekend dat het gat in Q2 kleiner was: 1,184.

Sauber (0,320 seconde) en Williams (0,149) hebben hun achterstand ten opzichte van de top iets groter zien worden, maar dat valt in het niet bij de terugval van Renault. Vorig jaar, met Mercedes-motoren, kwam het toenmalige Lotus tot op 0,801 van pole. Nu, als Renault, bedroeg de achterstand maar liefst 1,745 seconde. De snelste Renault werd ditmaal uitgeschakeld in Q1, een jaar geleden reed Grosjean zijn Lotus naar P5.

De achterstanden op P1 per team in 2015 en 2016 in Canada

Manor (3,300 in 2015, 1,885 in 2016): winst van 1,415 seconde

Red Bull (1,686 in 2015, 0,354 in 2016): winst van 1,332 seconde

Ferrari (0,621 in 2015, 0,178 in 2016): winst van 0,443 seconde

McLaren (1,615 in 2015, 1,526 in 2016): winst van 0,089 seconde

Force India (1,221 in 2015, 1,140 in 2016): winst van 0,081 seconde

Toro Rosso (1,381 in 2015, 1,381 in 2016): geen winst, geen verlies

Williams (0,709 in 2015, 0,858 in 2016): verlies van 0,149 seconde

Sauber (1,601 in 2015, 1,931 in 2016): verlies van 0,320 seconde

Renault (0,801 in 2015, 1,745 in 2016): verlies van 0,994 seconde

[photo,286641,left,]