Mercedes doet niet aan “schijnstops”, stelt Wolff

De monteurs van Mercedes stonden klaar in de pits toen leider en Ferrari-rivaal Kimi Raikkonen zijn cruciale pitstop maakte, maar Lewis Hamilton volgde hem niet naar binnen. Diverse experts suggereerden dat Mercedes buiten stond om het inrijden van de pits bij Raikkonen een beetje te vertragen, maar volgens Wolff was er een reële kans dat Hamilton daadwerkelijk binnen was gekomen. “Het was geen fantoom”, zei hij toen hij ernaar gevraagd werd door Motorsport.com. “We stonden klaar om een pitstop te maken. Als Kimi niet binnen gekomen was, hadden we het zelf gedaan. We waren gewoon goed voorbereid, het was zeker geen fantoom.”

Hamilton voegde zelf toe dat hij op dat moment mogelijk had kunnen stoppen: “Ik heb natuurlijk in diverse simulaties gezien wat er zou kunnen gebeuren tijdens de race”, zei hij. “De communicatie klopte helemaal tussen mij en het team, heen en weer. Ik vroeg me af of ze me een ronde eerder binnen zouden halen, met een undercut, maar dat gebeurde niet.”

In het sportief reglement van de Formule 1 staat beschreven dat de teams niet in de pitlane mogen staan tenzij de betreffende auto een stop gaat maken, maar volgens Whiting heeft de FIA niet een hele strikte aanpak. “Mijn gevoel is dat het onderdeel is van het spel”, zei hij. “We willen niet graag dat teams in de pits rondhangen terwijl ze geen stop maken, maar ze komen buiten op het moment dat ze overwegen een stop te maken. Als ze iedere ronde buiten zouden komen, hadden we daar wellicht op moeten reageren. Ze hebben waarschijnlijk overwogen om een stop te maken en bedachten zich. Tenzij iemand iets doet wat incorrect is, denk ik niet dat we daar iets aan hoeven te doen.”

Whiting voegde toe dat er actie ondernomen zou worden als een team probeert om de tegenstander te hinderen. “We gaan er serieus naar kijken als het duidelijk is wat ze doen, dat het voor een andere auto moeilijker is om binnen te komen en ze zelf geen intentie hadden om een pitstop te maken. Dan zouden we daarnaar kunnen kijken.”

Met medewerking van Adam Cooper