Mercedes verwacht geen mot met Ferrari over olieverbranding

Al het gehele seizoen probeert de FIA de verbranding van olie als brandstof - wat zorgt voor een boost van het vermogen - aan banden te leggen. Diverse nieuwe technische richtlijnen werden geïntroduceerd, met name omdat Mercedes en Ferrari de grenzen van het toelaatbare zouden opzoeken. De laatste update kwam in juli, toen de FIA de teams informeerde dat nieuwe motoren die op Monza geïntroduceerd zouden worden, maximaal 0,9 liter olie per 100 kilometer mogen verbruiken. Motoren die voor de Grand Prix van Italië werden ingezet, mogen nog 1,2 liter olie per 100 kilometer verbruiken.

Mercedes besloot om de vierde en tevens laatste krachtbron van het seizoen in België te monteren. De concurrentie plaatste direct vraagtekens bij deze timing en vroeg zich af of de introductie te maken had met de aanstaande beperkingen voor olieverbranding. Met name Ferrari was niet te spreken over de actie van de titelrivaal, aangezien het team uit Maranello het idee had dat Mercedes in België niet met een nieuwe motor zou gaan rijden.

Geen sprake van herenakkoord tussen Mercedes en Ferrari

Diverse media maakten melding van een herenakkoord tussen beide partijen, waarbij afgesproken zou zijn dat de twee topteams in België geen nieuwe motor zouden introduceren. Daar blijkt niets van waar. Bronnen binnen de twee equipes bevestigen dat er nooit gesproken is over deze kwestie.

Mercedes Motorsport-baas Toto Wolff heeft er alle vertrouwen in dat de kwestie niet tot een conflict met Ferrari zal leiden: “We zijn concurrenten. In de huidige relatie steken we de koppen bij elkaar als er een probleem is, en dan bespreken we dat achter gesloten deuren”, zei de Oostenrijker toen Motorsport.com hem vroeg naar de kwestie. “We hebben niet gesproken over de olieverbranding. We moeten voorzichtig zijn dat er niets verzonnen wordt door de media, dingen die niet kloppen. Vooralsnog maak ik me geen zorgen.”

Motor zorgt voor tiende winst

Bronnen hebben laten weten dat de nieuwe motor op Spa goed was voor een tijdwinst van een tiende. De introductie speelde dus een belangrijke rol in de pole-positie van Lewis Hamilton. Volgens Wolff was de krachtbron niet van doorslaggevend belang: “Je moet elk beetje winst uit de wagen persen. Dat was lastig want we moesten een balans vinden tussen kwalificatie- en racesnelheid. We gaven voor de kwalificatie snelheid op in de tweede sector om daar in de race van te profiteren. Je moet al deze beetjes bij elkaar optellen. Dat was voldoende voor de winst. Je kunt niet een element aanwijzen dat verantwoordelijk is.”