Plooij: “Koning Willem-Alexander moet beker uitreiken op Zandvoort”

Pitreporter Jack Plooij zou graag zien dat koning Willem-Alexander op 3 mei het podium op Circuit Zandvoort betreedt om de beker uit te reiken aan de winnaar van de eerste Nederlandse Grand Prix sinds 1985. “Als ik prins Bernhard weer spreek, zal ik het in zijn oor fluisteren. Hij móét dit regelen", aldus Plooij in gesprek met Motorsport.com.

Werkzaamheden aan Circuit Zandvoort ter voorbereiding op de Dutch Grand Prix

Werkzaamheden aan Circuit Zandvoort ter voorbereiding op de Dutch Grand Prix

ISP/BSR Agency

Grand Prix van Nederland

Alle ontwikkelingen over de mogelijke Formule 1 Grand Prix van Nederland.

Het is een zachte decemberdag wanneer we Plooij spreken in het restaurant van het Van der Valk Hotel aan de A4 bij Schiphol. Aanleiding van de afspraak is het verschijnen van het boek ‘F1 2019, Spektakel en intriges’, dat hij samen met Olav Mol en Erik Houben heeft geschreven. Hierin is ook een hoofdstuk gewijd aan de terugkeer van de Nederlandse Grand Prix. Mol en Plooij behoorden tot de eersten die wisten dat de Formule 1 in 2020 weer op Zandvoort zou racen. Een week voor de officiële bekendmaking waren zij namelijk door de organisatie van de koningsklasse gevraagd om de persconferentie te presenteren.

Lees ook:

“Ik dacht dat: dat kan niet waar zijn!”, zegt Plooij als we hem vragen wat de eerste gedachte was die door zijn hoofd schoot toen hem onder embargo verteld werd dat er volgend jaar weer een Grand Prix op Zandvoort plaatsvindt. “Ik moest mezelf knijpen. Ik had daarvoor namelijk heel veel twijfels. Niet over de kennis en kunde van alle mensen die zich ermee bemoeiden, maar ik dacht zelf dat het niet mogelijk zou zijn om dat hele circus weer naar Zandvoort te halen. Ik zag het gewoon niet voor me. Er zijn te veel haken en ogen, dacht ik. Ik kon het eerst dus maar moeilijk geloven, maar daarna kregen we steeds meer informatie. Zo bleken er goede investeerders achter te zitten. Naar mijn mening is het vooral een briljante greep geweest om VolkerWessels aan het evenement te koppelen. Want als er morgen veertig asfalteermachines op het circuit nodig zijn, dan staan ze er. Dat hebben ze heel slim gedaan.”

Bij de persconferentie op Circuit Zandvoort speelden Mol en Plooij uiteindelijk geen actieve rol. Plooij: “Het was de bedoeling dat wij daar voor de Formule 1 een heel spektakel zouden maken op Zandvoort. Daarover was gesproken. We hadden alles gehuurd en een heel draaiboek gemaakt. Maar toen kwam Talpa ineens om de hoek kijken. Ik begrijp dat John de Mol een grote rol speelt achter de schermen, financieel gezien, en dat de deal met Talpa daaruit voort is gekomen, waardoor zij nu de mediapartner zijn. Prima. Er wordt een flinke slinger aan de Grand Prix gegeven met 538 en er worden kaarten weggegeven via Veronica. Dat zijn dingen die goed zijn voor het evenement en daarvoor willen we onze ego’s best opzij zetten. Maar we waren wel verrast dat Hélène Hendriks die persconferentie ging presenteren. ‘Wat komt die hier doen?!’, dachten we. Maar we hebben ons netjes gedragen en zijn niet naar voren gesprongen. Want was die dag het allerbelangrijkste? De Grand Prix komt terug naar Nederland!” Lovend is Plooij over het optreden van Jan Lammers, de sportief directeur van de Dutch Grand Prix, bij de persconferentie. “Jan speelde daar een fantastische rol. Formule 1-baas Chase Carey had daar natuurlijk maar weinig te zeggen naast: ‘Zandervoort, here we come.’ Maar Jan deed het geweldig. Hij gaf prachtige volzinnen waar iedereen stil van werd, al zei hij eigenlijk ook niet zo heel veel als je zijn antwoorden goed analyseerde.”

Takkeherrie

Plooij herinnert zich nog hoe hij vijftig jaar geleden als kind eens een Formule 1-race op Zandvoort bijwoonde. “Dat moet in 1970 geweest zijn", vertelt Plooij. "Ik was toen negen jaar oud. Mijn oom Richard had een strandhuisje in Zandvoort en mijn ouders en ik waren daar op visite. Mijn oom was helemaal leip van de Formule 1, dus ik ging samen met hem naar de Grand Prix. Op onze slippers staken we de weg over en liepen we door de duinen om vervolgens onder het hek door het circuit op te gaan. Ik was er dus illegaal, maar zo ging dat in die tijd. Ik wist als jongetje van negen natuurlijk helemaal niets van de Formule 1. Maar ik vond het lawaai van de auto’s fantastisch. Die takkeherrie. Geweldig. Oorverdovend. Ik kan me nog herinneren hoe al die mensen bij de strandhuisjes erover zaten te zeiken. Ze hadden de auto’s op zaterdag al horen rijden en volgens hen was het geluid echt niet te geloven! Dat maakte het voor mij natuurlijk alleen maar spannender. Maakten die auto’s nou echt zoveel herrie? Ja, dus. Maar ik vond het heel mooi. Ik heb de coureurs niet van dichtbij gezien, maar vond het wel heel stoer dat die mannen volgas in die dingen durfden te gaan.”

Koning Max

Plooij voorziet een druk weekend voor zichzelf tijdens de Nederlandse Grand Prix op Zandvoort. “Olav en ik zullen ongelofelijk veel aangesproken worden door onze collega’s van de internationale media. Waar is het toilet? Waar kan ik het treinstation vinden? Waar moet ik eten? We zullen een soort ‘tour guide’ zijn.” Plooij had het leuk gevonden als Mol en hij tot ambassadeurs van de Dutch Grand Prix waren benoemd door de organisatie. Plooij: "Eigenlijk zijn we dat al, want elke race worden we aangesproken met de vraag hoe het ervoor staat met Zandvoort. Dan moeten wij vertellen hoe het met Zandvoort is, terwijl we er maar een klein beetje vanaf weten. Het was fijn geweest als ze ons iets beter op de hoogte hadden gehouden, zodat ik die informatie weer met mijn collega's van de media had kunnen delen."

Minister-president Mark Rutte doet er wellicht verstandig aan het duinencircuit in het eerste weekend van mei links te laten liggen. Plooij: “Weet je nog dat toen de vraag gesteld werd of de regering bereid zou zijn om geld in een Formule 1-race te steken, premier Rutte stond te schreeuwen: ‘Daar gaan wij geen stuiver in stoppen!’ Weet je dat nog? Maar als Max Verstappen op 3 mei die Grand Prix wint, wie gaat die beker dan aan hem geven? Als Mark Rutte het doet, dan schiet ik hem hoogstpersoonlijk van het podium af. Want als je zegt dat je geen stuiver in de Formule 1 wil stoppen, dan moet je ook een flinke kerel zijn en niet bij de race aanwezig zijn. Maar reken maar dat ze straks allemaal vooraan staan, met hun vriendjes.”

Plooij ziet liever dat koning Willem-Alexander de beker aan de winnaar uitreikt. “Dat zou ik geweldig vinden. Ik vind de koning een toffe gast. De relatie met de prins is natuurlijk overduidelijk, maar ik zou het fantastisch vinden als Willem-Alexander dit gaat doen. Als ik de prins weer spreek, zal ik het in zijn oor fluisteren. Hij móét dit regelen! Koning Willem die koning Max de beker geeft; het zou het hoogtepunt van het weekend zijn.”

Het boek 'F1 2019, Spektakel en intriges' is verkrijgbaar bij de betere boekhandel.

Sluit je aan bij de Motorsport community

Praat mee
Vorig artikel Ferrari wil twee "coureurs met ervaring" in 2021
Volgend artikel Eindrapporten F1 2019: Fans versus redactie

Beste reacties

Er zijn nog geen reacties. Wil je er één schrijven?

Meld je gratis aan

  • Snel toegang tot je favoriete artikelen

  • Stel alerts in voor breaking news en je favoriete coureurs

  • Laat je horen met de reactiemodule

Motorsport prime

Ontdek premium content
Abonneer

Editie

Nederland