Interview met Vandoorne: “Er honderd procent klaar voor om McLaren te leiden”

Afgelopen weekend werd officieel bekendgemaakt dat McLaren de Honda-motor volgend jaar verruilt voor een Renault-krachtbron. Na drie moeizame seizoenen wordt er een punt gezet achter de samenwerking met de Japanse fabrikant. Door van motorleverancier te wisselen hoopt McLaren niet alleen een stap naar voren te kunnen zetten op de grid, maar ook tweevoudig wereldkampioen Fernando Alonso langer bi het team te houden. McLaren-baas Zak Brown liet in Singapore weten dat beide partijen dicht bij een nieuwe overeenkomst zijn, maar mocht er een nog een kink in de kabel komen, dan is Vandoorne klaar om het team te leiden, zo liet de 25-jarige Vlaming weten aan onder andere Motorsport.com.

Het is vrijdagavond in Singapore. Het is kort voor middernacht wanneer de rijdersbriefing ten einde is en Vandoorne zich weer bij de McLaren-hospitality meldt. De PR-dame van het team leidt hem naar een tafeltje in de hoek van het terras, waar Motorsport.com en een Britse journalist op hem zitten te wachten voor een interview. Het is een drukke dag geweest voor Vandoorne met de vrijdagtrainingen, het nieuws dat McLaren stopt met Honda en verder gaat met Renault, de debrief met de engineers en het netjes te woord staan van alle tv-crews, maar Vandoorne maakt niettemin een energieke indruk. De persdame dirigeert hem naar het stoeltje waardoor hij met zijn rug naar de paddock komt te zitten. “Dan raakt hij ook niet afgeleid”, zegt ze met een glimlach, voordat de voicerecorders aan gaan.

Eerst maar het grote nieuws. McLaren rijdt volgend jaar verder met een Renault-motor. Zien we het team volgend jaar een stap naar voren maken?
“Ik denk dat dit voor iedereen positief nieuws is: voor McLaren, voor Renault en voor de Formule 1 als geheel. Voor ons is het zeker positief. Ik vind het een zeer spannende ontwikkeling. Na alles wat er in de afgelopen periode is gezegd en geschreven, is het goed om nu een bevestiging te hebben. Alles is nu geregeld voor onze toekomst en dat is geweldig, maar we hebben dit jaar ook nog zes races om te rijden waar we goed mee om moeten zien te gaan en zoveel mogelijk uit moeten zien te halen.”

McLaren lijkt over een goed chassis te beschikken. Kunnen jullie volgend jaar Red Bull verslaan met dezelfde motor?
“Of we dat kunnen? Ik heb geen idee. Ik hoop wel dat we dat kunnen, dat zeker. Hoe groot de stap is die we volgend jaar maken, is lastig om te zeggen. Ik denk dat het volgend seizoen absoluut beter zal gaan en natuurlijk zal Red Bull een belangrijk ijkpunt voor ons zijn. Ik denk dat het ons doel moet zijn om heel dicht bij ze te komen, maar we zullen nog steeds moeten afwachten. Dit zou al een grote stap vooruit voor ons zijn. Op sommige circuits zullen we er dicht bij zitten, maar het is afwachten hoe het verder zal gaan.”

Ben je opgelucht dat er volgend jaar een grote stap kan worden gemaakt dankzij de motor?
“Dit is zeker een eerste grote stap vooruit. Ik denk dat het op de korte termijn zeer positief voor ons zal zijn. Onze auto presteert het hele seizoen al heel erg goed. We hebben dit jaar alleen niet de betrouwbaarheid en het vermogen waarop we vooraf hadden gehoopt en dit heeft een negatieve impact gehad op onze resultaten en het aantal kilometers dat we konden maken, met name aan het begin van het seizoen. Hopelijk is alles volgend jaar wat stabieler, worden de resultaten iets consistenter en zetten we over de gehele linie een stap naar voren. Daar kijk ik erg naar uit. Ik wil graag aan de voorkant van het veld meevechten. Dat is de positie waarin ik graag wil zitten.”

Er wordt veel over de toekomst van Fernando gesproken. Zak Brown, de uitvoerend directeur van het team, heeft het hier ook veel over. Hoe is de situatie eigenlijk in het team? Krijg jij evenveel support en dezelfde behandeling als hij? Of trekt men naar de meer ervaren rijder toe?
“Nee. Volgens mij zijn daar geen verschillen. De laatste tijd zijn mijn prestaties ook heel erg goed geweest. Ik doe het net zo goed als Fernando en een paar keer heb ik het iets beter gedaan dan hij. Dus het gaat allemaal heel erg goed. Ik ben erg gelukkig bij dit team en ben blij met hoe iedereen werkt en hoe de auto verder wordt ontwikkeld. Ik kijk met een goed gevoel naar de toekomst. Ik voel me nu veel comfortabeler in de auto, presteer goed in elke sessie en zie het alleen maar als positief om nu iemand als Fernando naast me te hebben, omdat als ik hem bij kan houden en af en toe sneller kan zijn dan hij, dat heel goed is voor mijn eigen reputatie. Het zou alleen nog mooier zijn als we samen vooraan mee kunnen vechten. Dat zou nog beter zijn.”

Het moet behoorlijk leerzaam zijn om naast een tweevoudig wereldkampioen te rijden. Kun je een voorbeeld geven van iets wat je van Fernando hebt geleerd?
“Er zijn verscheidene dingen die ik van hem heb geleerd. Op de eerste plaats is hij iemand die goed presteert ongeacht hoe de omstandigheden zijn. Hij weet het altijd wel voor elkaar te krijgen. Je kan er de donder op zeggen dat als jij geen goede ronde rijdt, hij voor je zal eindigen. Het was aan het begin van het seizoen een grote uitdaging om zo’n sterke rijder als hij naast me te hebben. Ik denk dat ik daar zelf ook veel sterker van ben geworden.”

Fernando laat dit jaar ook geregeld zien veel humor te hebben. Tijdens de mediasessie op donderdag haalde hij een grapje met jou uit door zogenaamd onopvallend zijn telefoon tussen de voicerecorders te leggen. Wat is de beste grap die hij bij jou heeft uitgehaald?
“Oh, ik heb geen idee. Meestal haalt hij eigenlijk geen grappen met me uit!”

Hoe is het verder om met hem samen te werken?
“We hebben sinds de start van het seizoen een zeer goede band met elkaar en dat is sindsdien niet veranderd. We zijn allebei erg competitief. We willen allebei het onderste uit de kan halen en we willen elkaar verslaan. Dat is normaal. Maar we realiseren ons ook dat het team op dit moment niet in staat is om mee te vechten voor de overwinningen, dus we proberen ook zoveel mogelijk samen te werken om de auto verder te verbeteren.”

Fernando steekt zijn frustratie niet onder stoelen of banken. Jij lijkt een stuk rustiger te blijven wanneer er weer eens een motorprobleem is. Is het gemakkelijker voor hem iets te roepen omdat hij een bepaalde status heeft? Of verschillen jullie gewoon van karakter?
“Fernando is misschien iets emotioneler wanneer hij in de auto zit. Ik blijf altijd heel erg koel als ik aan het racen ben. Ik ben ook nooit echt zo geweest, in geen enkele raceklasse, zelfs niet als het allemaal tegen zat in een race. Ik blijf altijd rustig en ga niet lopen klagen. Maar binnen het team moet je natuurlijk wel af en toe met de vuist of tafel slaan en zeggen wat erop je hart ligt, maar er zijn verschillende manieren om dat te doen.”

Wat als Fernando volgend jaar toch niet bij McLaren rijdt: ben jij klaar om het team te leiden?
“Ja, honderd procent. Ik denk dat alles de goede kant op gaat. Het team vertrouwt nu al veel op mij, omdat ik veel tijd in de fabriek doorbreng met de aerodynamici en de andere technische jongens, en veel in de simulator zit. Dus ik ben er klaar voor. Fernando gaat ook niet eeuwig door. Hoe lang hij doorgaat in de Formule 1 en of hij bij ons blijft, dat weet ik niet. Ik blijf gewoon mijn best doen om zo goed mogelijk voorbereid te zijn op de toekomst en denk eerlijk gezegd niet te veel aan mijn teamgenoot.”

Het is een turbulent jaar geweest voor McLaren. Hoe heb jij dat, als coureur die aan zijn eerste seizoen in de Formule 1 bezig is, ervaren?
“Het begin van het seizoen was zeker niet eenvoudig. Ik hoopte natuurlijk dat we voor veel betere resultaten konden gaan en op veel betere posities zouden rijden, maar de realiteit was anders. In het begin was het niet gemakkelijk om daar mee om te gaan, dat je bij het ingaan van een raceweekend al wist dat je geen kans maakte om in de punten te eindigen. Maar het stelde me ook in staat om me op andere dingen te focussen en je gaat op zoek naar andere dingen om motivatie uit te halen elke keer als je aan een raceweekend begint. Ik heb natuurlijk ook nog Fernando naast me rijden die de hele tijd hard pusht. Je geeft jezelf dus andere doelen. Ik denk dat het de laatste tijd allemaal heel goed gaat. Ik reis vol motivatie af naar de races en probeer er steeds het maximale uit te halen.”

Je hebt duidelijk vooruitgang geboekt sinds het begin van het seizoen. Is daar een specifieke oorzaak voor aan te wijzen?
“Het gaat iets beter in de races, doordat ik me iets meer heb aangepast aan de auto, maar ook omdat mijn relatie met mijn engineers beter is geworden waardoor zij de wagen beter op mijn rijstijl kunnen laten aansluiten. Ik denk dat alles dus wat meer bij elkaar is gekomen. Ook speelt mee dat ik aan het begin van het seizoen veel baantijd had verloren, waardoor mijn prestaties misschien iets minder waren. Ik heb een andere rijstijl dan Fernando en Jenson, maar inmiddels hebben we dat als team volledig onder controle. Ze weten nu precies wat ik van de auto nodig heb en ik weet nu ook beter wat ik van een auto verlang. En de laatste tijd zijn de prestaties heel erg goed.”

Je had hoge verwachtingen van dit seizoen. Misschien droomde je van podiumplaatsen en zelfs overwinningen. Hoe staat het met de dromen over volgend jaar? Zie je jezelf dan voor podiumplaatsen meedoen?
“Je moet de lat altijd hoog leggen, vind ik. Het zou niet leuk zijn om hier te zijn terwijl je denkt dat er geen kansen voor je komen. Volgend jaar zullen we waarschijnlijk niet snel genoeg zijn om het kampioenschap te winnen - we moeten daar realistisch over zijn - maar ik hoop wel dat als er zich een kans voordoet doordat er vooraan iets gebeurt, wij in staat zullen zijn om die te benutten. Wat er precies mogelijk zal zijn, is moeilijk om te zeggen, maar ik hoop dat we op regelmatige basis voor topresultaten kunnen meevechten en in elk geval met de andere teams in de mix kunnen zitten.”

Je hebt gedurende je gehele carrière in de autosport in de voorhoede meegestreden. Is het misschien ook zo dat je manier van rijden beter daarbij past dan bij het rijden in het middenveld?
“In elke klasse waarin ik hiervoor heb geracet, heb ik races gewonnen en vaak ook de titel gepakt. Het is zeker anders om op de plekken te rijden waar ik nu rijd dan wanneer je vooraan zit. Ik denk dat het dit jaar in dat opzicht erg leerzaam is geweest, maar natuurlijk rijd ik liever vooraan!”

Heb je nog veel contact met de fanclub uit Kortrijk?
“Vrij veel. Ik volg natuurlijk veel van wat ze doen. Ze zijn heel erg enthousiast, zoals je je misschien wel kunt voorstellen. Ze kijken gezamenlijk naar de races op het kartcircuit waar ik ben opgegroeid, waar mijn racecarrière is begonnen en waar zij hun thuisbasis hebben. Ze zijn heel fanatiek.”

Breng je nog veel tijd door in België?
“Niet zo heel veel. Ik woon in Monaco, dus na een race ga ik meestal die kant op. Natuurlijk ben ik er nog wel zo af en toe om mijn familie en vrienden te zien. Maar het is allemaal erg beperkt, vooral nu met die verre races die ook nog eens back-to-back zijn. De komende tijd is er nauwelijks gelegenheid om naar België te gaan. De volgende keer zal waarschijnlijk met kerst zijn!”

Je hebt even moeten wachten op je Formule 1-kans. Hoe voelt het om nu eindelijk Grand Prix-coureur te zijn?
“Het voelt bijna normaal om in de Formule 1 te rijden, omdat ik zoveel tijd heb gehad om mij voor te bereiden - eerst in de GP2 en daarna in de Super Formula. Ik was al bij zoveel races aanwezig geweest dat het haast normaal voelt om nu in die auto te zitten. Natuurlijk wordt je leven een stuk drukker als je eenmaal Formule 1-coureur bent. Je krijgt veel meer aanvragen voor promotionele activiteiten, je moet veel meer met de media doen en het werk met het team is ook intenser, omdat je veel meer een stempel op de auto kan drukken en meer invloed hebt op welke richting het team op moet gaan met de ontwikkeling van de auto. Ik heb het dus behoorlijk druk, maar ik mag niet klagen. Ik rijd voor een van de beste teams in de Formule 1 en doe wat ik het liefste doe. Dus ik push keihard om dit te mogen blijven doen.”