Hartley bekritiseert werkwijze Formule 1 rond gridstraffen

In de huidige regelgeving is bij een gelijk aantal plaatsen gridstraf, het tijdstip waarop de nieuwe onderdelen voor het eerst de baan opkomen van doorslaggevend belang voor de startopstelling. Als meerdere coureur bijvoorbeeld tien plaatsen gridstraf hebben, start de coureur die tijdens de eerste vrije training als eerste op het asfalt is dus voor een coureur die vijf minuten later zijn eerste kilometers maakt. Dit was exact de reden dat er op vrijdagochtend een run was door coureurs die als eerste circuitkilometers met de nieuwe onderdelen wilden maken. Lando Norris won uiteindelijk dat gevecht, waardoor Fernando Alonso – in wiens auto de Brit reed – zondag bijvoorbeeld voor de Toro Rosso-coureurs mag starten.

Het systeem kan op weinig goedkeuring rekenen van Hartley, die zondag door het monteren van een nieuwe Honda-krachtbron eveneens achteraan zal starten. “Ik vind het een gekke regel. Ik weet dat ze vorig jaar allerlei gekke berekeningen hadden, maar het is ook vreemd dat we nu tegen elkaar moeten racen om in de eerste vrije training als eerste coureur naar buiten te komen. Ik denk dat er een betere oplossing mogelijk is”, zei de Toro Rosso-piloot op vrijdag tegen onder meer Motorsport.com.

De Nieuw-Zeelander uit niet alleen maar kritiek, maar denkt ook meteen mee. Zo draagt hij direct een in zijn ogen betere oplossing aan. “Het zou volgens mij beter zijn om naar de kwalificatiepositie te kijken en daar dan de gridstraf bij op te tellen. Het huidige systeem betekent dat de kwalificatie voor ons nergens meer om gaat, hetgeen een beetje jammer is. Het zou beter zijn als we voor die laatste vijf plaatsen ook nog een gevecht hadden”, doet hij zijn voorstel uit de doeken. “McLaren heef het nu slim gedaan door twintig minuten voor het groene licht al naar buiten te gaan. Wij wisten niet dat zij een penalty zouden pakken, maar ze hebben het slim aangepakt. Wij hadden gepland om vijftien minuten voor het groene licht naar buiten te gaan, maar waren daarmee dus vijf minuten te laat.”

Met medewerking van Scott Mitchell en Jonathan Noble