Hamilton: "Verwarring over motorafstelling was gevaarlijk"

Hamilton en Rosberg hadden allebei problemen met de engine mapping, waardoor er energie werd opgeslagen op sommige delen van het circuit, terwijl de rijders daar juist extra energie nodig hadden. Het lukte Rosberg om daar binnen een ronde een oplossing voor de vinden, maar Hamilton had er liefst twaalf ronden voor nodig. Het team mocht hem niet vertellen wat hij moest doen en dat maakte Hamilton woest. 

"Het was gevaarlijk. Ik keek een groot deel van de ronde naar mijn stuur, bijvoorbeeld op het rechte stuk. Het team mocht me alleen vertellen dat er een schakelaar verkeerd stond. Ik heb naar elke schakelaar gekeken en dacht: ben ik nu de idioot hier? Heb ik iets verkeerd gedaan? Dat was niet geval. Ik bleef kijken en heb allerlei instellingen geprobeerd, maar er leek niets verkeerd te staan."

Geen oplossing

Hamilton claimde dat hij het probleem uiteindelijk niet zelf heeft opgelost, maar dat de motor vanzelf weer goed ging werken. "Ik weet niet wat het probleem was, maar na acht ronden merkte ik dat alles weer normaal was. Ik weet niet of ik daar zelf voor heb gezorgd."

Ook problemen voor Rosberg

Ook Rosberg had moeite met de situatie, maar hij had kon het probleem wel verhelpen met een instelling op zijn stuur. "Het radioverbod maakte het er niet makkelijker op. Het team mocht me niet specifiek vertellen wat er aan de hand was. Ik voelde echter dat ik vermogen tekort kwam, dus ik keek naar mijn stuur en zette iets uit. Daarna was alles in orde."