Haas concentreert zich volledig op 2017

De Amerikaanse renstal doet er alles aan om weer het vormpeil te pakken te krijgen waarmee het goed scoorde aan het begin van het seizoen, maar beseft dat het voor de lange termijn beter af is om op tijd te beginnen aan de nieuwe wagen.

"We zijn aan het ontwikkelen in de windtunnel, zoals denk ik iedereen. Maar onze focus ligt nu voornamelijk op 2017 en niet meer 2016", bevestigt teambaas Gunther Steiner. "Er is niet zoveel dat je nog kan doen voor 2016 en waar we dit jaar zijn geëindigd is beter dan iedereen had verwacht, dus laten we ons maar focussen op volgend jaar. De wagen van 2016 heeft 12 races te gaan, die van 2017 hopelijk vijf jaar. Het is beter dat je een goed platform bouwt om te beginnen."

Vertrekken met een raket

Steiner geeft aan dat de manier waarop Mercedes haar dominantie heeft kunnen vasthouden in het turbohybridetijdperk laat zien dat het een enorm voordeel is om een fase van nieuwe reglementen met een voorsprong aan te vatten. "Het is bijna onmogelijk om dat nog in te halen", weet Steiner. "Kijk maar naar Mercedes bijvoorbeeld. Ze kwamen met een raket en niemand kon hen bijbenen. Iedereen kwam dichter, maar die grote sprong maken is bijna onmogelijk omdat de tijd in de windtunnel beperkt is. Dus niemand kan meer doen om beter te worden."

Nieuwe voorvleugel?

Haas kan vanaf de Britse Grand Prix profiteren van de nieuwe Ferrari-turbo. Verder is enkel verbetering mogelijk op aerodynamisch gebied, zoals een nieuwe voorvleugel na de zomer. "We zijn er nog over aan het praten, we weten niet 100 procent zeker of we het willen doen of niet", legt Steiner uit. "We moeten kijken of de winst groot genoeg is om ermee voort te gaan en of het geen afleiding is. Er zijn enkele kleine aerodynamische onderdelen op komst, maar die zijn allemaal al in productie. Er komt dus geen grote ontwikkeling meer. Wanneer je iets in de windtunnel ontwikkelt, duurt het nog twee of drie maanden om dat in productie te brengen. De windtunnel is een zaak, het onderdeel op de wagen krijgen is nog iets anders.

Via onze Formule 1-reporter Jonathan Noble