Retro: Gilles Villeneuve voor eigen publiek naar eerste GP-zege

Het was in 1978 voor het eerst dat de Formule 1 een bezoek bracht aan het Île Notre-Dame, een kunstmatig aangelegd eiland gelegen in de St. Lawrence River bij Montreal. Het Mosport Park in Ontario voldeed niet langer aan de veiligheidseisen van de internationale autosportfederatie FIA, waarop men besloot een gloednieuwe baan aan te leggen op de plek waar in 1967 de wereldtentoonstelling werd gehouden en in 1976 de olympische roeiwedstrijden plaatsvonden. In een paar maanden tijd werd een circuit uit de grond gestampt dat tot op de dag van vandaag nog altijd wordt gebruikt.

De Grand Prix van Canada was in 1978 de seizoensafsluiter. Mario Andretti was op dat moment al zeker van de wereldtitel bij de rijders, terwijl Lotus reeds kampioen was bij de constructeurs. Gilles Villeneuve was bij Ferrari bezig aan zijn eerste volledige seizoen in de Formule 1 en had een wisselvallig jaar achter de rug toen hij in Montreal aankwam voor de laatste race. Hij had zich twee keer naar de eerste startrij gekwalificeerd, een paar keer aan de leiding van de race gelegen en was in Oostenrijk voor het eerst op het podium gefinisht. Er waren echter ook crashes en over het geheel genomen was de Canadees geen match voor zijn meer ervaren teamgenoot Carlos Reutemann, die dat jaar al vier keer een Grand Prix had gewonnen.

Het was koud en regenachtig tijdens de trainingen. Auto’s die van de baan raakten, kwamen in uitloopzones terecht die nog niet klaar waren, waardoor zij volledig onder de modder kwamen te zitten. De oostkant van de paddock droeg ironisch genoeg de bijnaam ‘car wash’. Gilles Villeneuve kwalificeerde zich als derde voor zijn thuisrace, achter pole-man Jean-Pierre Jarier in de Lotus 79-Ford en Jody Scheckter in de Wolf WR6-Ford.

Bandengok

Voor de start nam Villeneuve een gok door tegen het advies van de mannen van Michelin in met banden van een zachte compound te gaan racen. Hij ging er vanuit dat het koude weer op die achtste oktober weinig impact zou hebben op de banden. Jarier behield de leiding bij de start en reed vrij snel weg bij de rest van het veld. Villeneuve was teruggevallen naar de vierde positie maar ging in de negentiende ronde voorbij aan Alan Jones in de Williams FW06-Ford voor de derde positie en kwam zes ronden later tweede te liggen toen hij succesvol Jody Scheckter passeerde.

Jarier had een voorsprong van veertig seconden toen hij aan het einde van de vijftigste ronde plotseling naar de pits moest. De magnesium achterremmen van zijn Lotus waren oververhit geraakt en er spoot kokendheet vloeistof over de achterkant van de auto. De Fransman moest opgeven in de pits, waarmee de leiding in handen kwam van Villeneuve. De 72.000 fans langs de baan gingen uit hun dak, terwijl er ondertussen sneeuwvlokken naar beneden begonnen te komen. Villeneuve hield het hoofd koel en kwam zo na zeventig ronden als eerste aan de finish, waarmee zijn eerste zege in de Formule 1 een feit was. Scheckter werd tweede, Reutemann eindigde als derde.

Met de jas van zijn manager Gaston Parent aan nam Villeneuve op het podium de bronzen Maple Leaf-trofee in ontvangst uit handen van de Canadese premier Pierre Trudeau, waarop er niet met champagne maar met Canadees bier - van racesponsor Labatt - werd gespoten.

Met medewerking van René Fagnan van Motorsport.com Canada