Fraaie en opvallende livery's van F1-teams uit de achterhoede

De tijd van kleine achterhoedeteams in de Formule 1 is anno 2023 wel redelijk voorbij. Dit was in onder meer de jaren 90 wel anders. Motorsport.com duikt in het verleden en zet de meest fraaie of opvallende kleurstellingen van formaties in de achterhoede op een rij.

Marc Gene, Minardi

De Formule 1 heeft in het verleden genoeg rijke zakenmannen en investeerders gehad die het wel even wilden proberen in de koningsklasse. Vaak kwamen deze mensen van een koude kermis thuis, aangezien meedoen en ook echt presteren twee compleet verschillende dingen zijn in F1. Hoewel ook een aantal achterhoedeteams jarenlang het hoofd boven water hield en iconisch werd, zijn er ook een hoop die het slechts een aantal seizoenen volhielden of soms maar een enkel jaar.

Desondanks leverde het altijd wel verhalen op en in dit geval opvallende en mooie kleurstellingen. Want de kleinere teams deden alles om maar op te vallen. Motorsport.com zet de meeste fraaie en opvallendste livery's van de achterhoedeteams vanaf 1990 op een rij. Uiteraard konden we niet álle opvallende livery's plaatsen.

Life L190 (1990)

Gary Brabham in actie met de Life L190 in Brazilië.

Gary Brabham in actie met de Life L190 in Brazilië.

Foto: Andre Vor / Sutton Images

Een van de slechtste teams in de F1-historie is Life, opgericht door Ernesto Vita. Allereerst nam het team het chassis over van FIRST, dat niet was goedgekeurd door de FIA in 1989, maar met een aantal wijzigingen was het goed voor 1990. Dat jaar verliep verre van vlekkeloos. De L190 begaf het om de haverklap en het haalde geen enkele keer de startgrid. De laatste twee wedstrijden werden daarom ook maar overgeslagen. De kleurstelling had echter veel weg van Ferrari, Life kwam uit het Italiaanse Modena, en oogde wel heel snel. Qua design zat het bij Life wel snor.

Minardi M190 (1990)

Gianni Morbidelli in actie met de Minardi M190 in Adelaide.

Gianni Morbidelli in actie met de Minardi M190 in Adelaide.

Foto: Ercole Colombo

We blijven even in het F1-seizoen 1990, want dat jaar verscheen Minardi opnieuw met de bijzonder fraaie kleurstelling op het asfalt. De Minardi M190, bestuurd door Pierluigi Martini, Paolo Barilla en later Gianni Morbidelli, stond overigens vaker naast de baan dan op de baan. Barilla kreeg het welgeteld zes keer voor elkaar om zich niet te kwalificeren voor de Grand Prix. Zoals is te zien was er aan sponsoren dat jaar geen gebrek, dit in tegenstelling tot snelheid. De openingsraces in Amerika en Brazilië werden door de Minardi M190 overigens overgeslagen.

Leyton House CG911 (1991)

Mauricio Gugelmin in actie met de Leyton House CG911 in Australië.

Mauricio Gugelmin in actie met de Leyton House CG911 in Australië.

Foto: Ercole Colombo

Qua kleurstelling is dit misschien wel de meest fraaie in het lijstje. De lichtblauwe en groene kleuren op de Leyton House CG911 uit 1991, waarvan de b-spec in 1992 werd ingezet. Wat de kleurstelling extra mooi maakt, is het feit dat er amper sponsoren op de auto te vinden waren. Hoewel dat in een dure sport als F1 voor een formatie zelf niet echt handig was, was het voor de fans wel mooi. Met de 1991-versie werd een punt gepakt door de zesde plek van Ivan Capelli in Hongarije. Hij kwam dat jaar slechts drie keer over de finish, alle andere keren viel uit hij uit. De laatste twee GP's werd hij vervangen door Karl Wendlinger. 

Pacific PR01 (1994)

Paul Belmondo in actie met de Pacific PR01 in Frankrijk.

Paul Belmondo in actie met de Pacific PR01 in Frankrijk.

Foto: Ercole Colombo

De Pacific PR01 zou eigenlijk in 1993 worden ingezet, maar financieel mismanagement voorkwam dat en zorgde ervoor dat de fraaie bolide pas een jaar later zou worden ingezet. Het werd een bijzonder lastig jaar voor Pacific Racing, dat zich met de PR01 vaker niet dan wel kwalificeerde. Werd er toch een race gestart, dan zag de bolide de finishvlag niet. Aan de kleuren op de wagen lag het dat jaar in ieder geval niet. Het was geen drukke livery, maar de kleuren pasten perfect bij elkaar. In ieder geval een kleurstelling die niet snel vergeten zal worden.

Forti FG01 (1995)

Roberto Moreno in actie met de Forti FG01 in Adelaide.

Roberto Moreno in actie met de Forti FG01 in Adelaide.

Foto: Ercole Colombo

Een F1-seizoen later, in 1995, rolde bij Forti de blauw-gele FG01 van de band. Achter het stuur klommen Pedro Diniz en Roberto Moreno. Met Parmalat aan boord had de renstal een behoorlijk toonaangevende sponsor binnengehaald. Hoewel de kleuren opvielen, deze hadden veel weg van een auto later in dit artikel, was de wagen bij lange na niet snel genoeg om goede resultaten mee te behalen. De finish werd soms gehaald en soms ook niet, maar punten bleven altijd uit. De livery viel echter meer dan voldoende op.

Footwork Hart FA17 (1996)

Jos Verstappen in actie met de Footwork FA17 in Portugal.

Jos Verstappen in actie met de Footwork FA17 in Portugal.

Foto: Ercole Colombo

Een van de mooiste auto's van Footwork is misschien wel de FA17, en nee, niet omdat Jos Verstappen dat jaar in die wagen zat. De Nederlander was dat jaar teamgenoot van Ricardo Rosset en beide heren kwamen in actie met een opvallende bolide. De blauwe en rode kleuren waren niet te missen op tv of vanaf de tribune. De merken Power Horse Energy Drink en Philips Car Systems zijn onlosmakelijk verbonden met de FA17. Het is tevens de auto waarmee Verstappen senior bijzonder hard mee van de baan schoot in Spa, waar hij gelukkig weinig aan overhield.

Prost JS45 (1997)

Shinji Nakano in actie met de Prost JS45 in Oostenrijk.

Shinji Nakano in actie met de Prost JS45 in Oostenrijk.

Foto: Ercole Colombo

Na heel wat jaren in de cockpit besloot meervoudig wereldkampioen Alain Prost het vanaf 1997 eens buiten de auto te proberen. De Fransman richtte zijn eigen team op: Prost Grand Prix. De renstal zou vijf F1-seizoenen deelnemen, met het eerste jaar qua punten het meest succesvolle jaar. De formatie was met name te herkennen aan de compleet blauwe livery, waar ze alle jaren aan vasthielden. De Prost JS45 uit 1997 was meteen ook de meest mooie. Met name het sigarettenmerk Gauloises en pennenmerk BIC kenmerkten de wagen.

Arrows A19 (1998)

Mika Salo, Arrows A19

Mika Salo, Arrows A19

Dit is misschien niet een van de meeste mooiste kleurstellingen, maar de schrijver van dienst kon deze gek genoeg niet uit dit lijstje laten: de Arrows A19 met in 1998 Diniz en Mika Salo achter het stuur. De auto valt met name op doordat Danka, een merk dat bij F1 hoort, groot op de zijkant en achtervleugel pronkt. De merken Zepter en Parmalat maken de zwarte livery helemaal af. In Monaco kwamen beide A19's in de punten, terwijl Diniz in België nog een keer vijfde werd in die knotsgekke race. Voor de rest vielen de Fin en Braziliaan veel uit.

Minardi M02 (2000)

Gastón Mazzacane in actie met de Minardi M02 in Japan.

Gastón Mazzacane in actie met de Minardi M02 in Japan.

Minardi kwam voor het F1-seizoen met de Minardi M02 op de proppen. Gastón Mazzacane en Marc Gené reden dat jaar veel achteraan, maar opvallen deden ze altijd. De blauwe en grijze kleuren uit 1999 waren namelijk ingeruild voor veel geel en een beetje blauw, dit vanwege de sponsordeal met de Spaanse telefoonprovider Telefonica. Gustav Brunner was verantwoordelijk voor het ontwerp van de wagen, die aangedreven werd door een Ford-Cosworth V10-motor. Dit is een van de favoriete kleurstellingen van de schrijver van dienst.

Arrows A22 (2001)

Jos Verstappen in actie met de Arrows A22 in Duitsland.

Jos Verstappen in actie met de Arrows A22 in Duitsland.

Foto: Andre Vor / Sutton Images

Hoewel Arrows verre van een onbekende naam is in F1, kon het in al zijn actieve jaren weinig potten breken. In 2000 was het de beurt aan Jos Verstappen het team verder naar voren te krijgen. Dit probeerde de vader van Max Verstappen samen met Pedro de la Rosa in de Arrows A21. Een jaar later vertrok de Spanjaard en kreeg Verstappen senior Enrique Bernoldi aan zijn zijde. Hoewel de kleurstelling van de A22 niet veel verschilde met die van de A21, maakte het ontwerp van de auto in combinatie met de oranje kleuren de bolide uit 2001 nét een tikkeltje mooier.

Spyker F8-VII (2007)

Christijan Albers in actie met de Spyker F8-VII.

Christijan Albers in actie met de Spyker F8-VII.

Foto: Lorenzo Bellanca / Motorsport Images

Spyker kwam met veel bombarie de Formule 1 en zou het wel even gaan maken. Een deal met Ferrari bracht een hoop motivatie, maar bij de start van het seizoen kwam het er meteen achter dat de koningsklasse toch andere koek is. Met onder meer de Nederlander Christijan Albers achter het stuur, tot en met de Grand Prix van Groot-Brittannië, moest het gaan gebeuren, maar het werd een bijzonder lastig jaar. Het hoogtepunt was dat Markus Winkelhock, de opvolger van Albers, op de Nürburgring kortstondig aan de leiding ging. De livery was echter heel opvallend en zeker niet de lelijkste van het veld. Uiteraard was de F8-V11 en later ook de b-spec voornamelijk oranje. Na een seizoen werd het team van de hand gedaan.

HRT F110 (2010)

Bruno Senna in actie met de HRT F110 in Turkije.

Bruno Senna in actie met de HRT F110 in Turkije.

Dit is een livery waar je van moet houden. Je vindt de HRT F110 of mooi of spuuglelijk. De Spaanse renstal kwam in 2010 met deze bolide de Formule 1 binnen. Maar liefst vier coureurs bestuurden dat jaar de F110. Bruno Senna was de enige - op de race op Silverstone na-  die een volledig seizoen voor de formatie reed. Karun Chandhok, Sakon Yamamoto en Christian Klien kwamen dat jaar ook in actie met de grijze bolide. Gezien het gebrek aan sponsoren, waren de vele rijderswisselingen ook geen verrassing. Chassisbouwer Dallara ontwierp de wagen en zette deze in elkaar. Overigens past de gele helm van Senna perfect bij de donkere kleurstelling.

Caterham CT03 (2013)

Giedo van der Garde in actie met de Caterham CT03 in Brazilië.

Giedo van der Garde in actie met de Caterham CT03 in Brazilië.

Foto: Patrik Lundin / Motorsport Images

Caterham kwam ongeveer tegelijkertijd met de voorgangers van Manor in de Formule 1. In 2012 zette het Heiki Kovalainen en Vitaly Petrov in de CT01, om een jaar later Giedo van der Garde en Charles Pic als coureurs aan te trekken. Van der Garde was de eerste Nederlandse coureur sinds 2007 die weer in de koningsklasse kwam te rijden. Hoewel de CT03 niet vooruit te branden was, was de livery om door een ringetje te halen, even los van de getrapte neus. Helemaal in combinatie met de zwart-witte helm van Van der Garde.

Manor MRT05 (2016)

Esteban Ocon in actie met de Manor MRT05 in België.

Esteban Ocon in actie met de Manor MRT05 in België.

Foto: Jerry Andre

Manor reed in 2016 zijn laatste F1-seizoen en deed dat met de MRT05. De renstal ging voor dat jaar al met andere namen door het leven, waaronder Marussia en Virgin. Pascal Wehrlein en Rio Haryanto trapten het 2016-seizoen in de blauw-oranje-witte auto af. Haryanto werd na België aan de kant gezet en vervangen door Esteban Ocon, die op Spa-Francorchamps zijn F1-debuut maakte. Met de wagen werd een enkel punt gescoord. Dat lukte Wehrlein tijdens de Grand Prix van Oostenrijk. Na 2016 hield het F1-team op te bestaan.

Heb je een gemist of wil je jouw mening over een van de bovenstaande kleurstellingen delen? Doe dat dan hieronder in de comments!

Sluit je aan bij de Motorsport community

Praat mee
Vorig artikel Albon: Huidige vorm AlphaTauri zorgwekkend voor Williams
Volgend artikel Trekt Key Alfa Romeo uit het slop? Zhou spreekt van frisse start voor het team

Beste reacties

Meld je gratis aan

  • Snel toegang tot je favoriete artikelen

  • Stel alerts in voor breaking news en je favoriete coureurs

  • Laat je horen met de reactiemodule

Editie

Nederland Nederland