FIA onderzoekt incident met marshal op het circuit

De safety car moest meteen uitrukken na de startcrash van Nico Hülkenberg op de rechte lijn. De onderbreking duurde slechts een ronde, zodat de wagens bij het ingaan van de derde ronde weer werden losgelaten. Toen leider Nico Rosberg bij de eerste bocht arriveerde, zag hij echter een marshal naast de baan, die voor zijn leven moest rennen na het opruimen van een brokstuk. Een jaar geleden werd de race al onderbroken door een toeschouwer die op de baan verscheen en dus wordt er zwaar getild aan dit incident. 

Een woordvoerder van de FIA bevestigde aan Motorsport.com dat de wedstrijdleiding het normale protocol volgde om drie keer met de circuitverantwoordelijke te bevestigen dat het circuit vrij was. Ondanks die bevestiging ging een marshal toch nog het circuit op terwijl de safety car naar binnen werd geroepen. De FIA zal onderzoeken hoe dat misverstand tot stand is gekomen, zodat er de nodige lessen uit getrokken kunnen worden. "We willen de situatie ophelderen, zodat dat nooit meer kan gebeuren", klonk het bij de FIA.

"Gelukkig niemand gewond"

“Wauw, vorig jaar was de kerel tenminste dronken”, reageert Mercedes-topman Toto Wolff. “Ik denk niet dat deze jongen er zoveel plezier aan heeft beleefd. Het was heel gevaarlijk. We moeten we een compliment geven aan de wedstrijdleiding, want de race werd snel weer opnieuw gestart. Dat hebben we hen ook gevraagd, om niet eindeloos achter de safety car rond te rijden. Misschien is dat de oorzaak dat de marshal nog aan het opruimen was. Ik ben blij dat niemand is gewond geraakt."

Rosberg zegt dat hij zelfs even in moest houden toen hij de arme marshal zag en denkt ook dat de herstart er onverwacht snel kwam. “Het was zeker nogal ‘warm', maar hij geraakte op tijd weg. Ik denk dat wij de herstart niet zo abrupt hadden verwacht en hij ook niet. Het was geen leuke ervaring om bij 300km/u iemand over het circuit te zien lopen, dus ik wou er veilig doorkomen. Ik verloor zeker wat tijd."

Met medewerking van onze F1-reporter Jonathan Noble