Ferrari blijft hongerig: “Mogen nu niet tevreden zijn”

Met name de betrouwbaarheid liet in de tweede week nogal eens te wensen over. Leclerc verloor dinsdag tijd door een koelingsprobleem, terwijl Sebastian Vettel dinsdag van de baan schoot als gevolg van een kapotte velg. Vrijdag besloot Ferrari het programma enkele uren voor het einde van de test te beëindigen, nadat Vettel met elektrische problemen was stilgevallen op het circuit.

Op de vraag van Motorsport.com of Binotto tevreden was met de testweek, liet de teambaas blijken nog geen genoegen te nemen met de testresultaten. “We hebben veel kunnen doen, maar onze positie is niet goed op dit moment. Ik wil graag sneller zijn, maar de wagen moet ook betrouwbaar worden. Ik ben blij dat de auto zich gedraagt zoals we hadden verwacht. Dat is een goed beginpunt. Er zijn nog veel aandachtspunten waar we naar moeten kijken. Ook de prestaties kunnen nog beter. Daarom ben ik op dit moment nog niet tevreden.

Mercedes ook sterk in Melbourne

Toch schept Binotto genoegen uit het feit dat wereldkampioen Lewis Hamilton meent een achterstand van een halve seconde te hebben op de renstal uit Maranello. Hamilton zei op de laatste dag van de wintertest in Barcelona dat Ferrari potentieel een voorsprong van een halve seconde heeft op het merk uit Stuttgart. Mercedes lijkt tijdens de wintertests de rol van underdog te hebben aangenomen, maar daar is Binotto het niet mee eens.

“We proberen nog steeds het fijne van onze auto te weten te komen. We proberen de limiet van de wagen te ontdekken, maar ook de betrouwbaarheid voor elkaar te krijgen”, zei Binotto. “Deze dagen zijn erg belangrijk voor het verloop van het seizoen. Ik ben erg blij dat Hamilton gelooft dat we sneller zijn. Ik denk dat Mercedes heel sterk is en ook goed gaat zijn in Australië. Maar het zou helemaal verkeerd zijn om te denken dat Ferrari in dit stadium sneller is. We rijden met verschillende hoeveelheden brandstof en werken andere programma’s af. Ik verwacht niet dat ze achter ons staan, maar mocht dat wel zo zijn, dan staan ze in elk geval heel dichtbij ons.”

Met medewerking van Scott Mitchell