Arrivabene: “We moeten niet bang zijn om te winnen”

“Er zijn gebieden waarop wij superieur zijn en gebieden waarop Mercedes dat is. Maar ik denk dat wij nog steeds de gewoonte van het winnen missen”, zegt Arrivabene in gesprek met geselecteerde media, waaronder Motorsport.com. “Voor hen is een één-tweetje bijna normaal, voor ons is het nog steeds bijzonder. We moeten ons meer bewust zijn van onze middelen en niet bang zijn om te winnen. We moeten vertrouwen in onszelf hebben en van winnen een goede gewoonte maken.”

“Er was dit seizoen een fase waarin we fenomenaal waren, daarna was er een fase waarin met de beschuldigende vinger naar de coureur werd gewezen en tot slot was er een periode waarin de auto het doelwit was”, vat Arrivabene het seizoen van Ferrari samen. “Uiteindelijk begrijpen we nu nog beter dat we samen winnen en verliezen. Er waren fouten van Sebastian Vettel en in mindere mate van het team. De les die we echter hebben geleerd is dat je niet naar een zondebok moet zoeken.”

Arrivabene haalde zelf dit jaar één keer uit naar zijn team. Dat was na de foute bandenkeuze in de kwalificatie voor de Grand Prix van Japan. “Maar één keer boos worden in 3,5 jaar is denk ik te accepteren”, aldus Arrivabene. “Als dingen verkeerd gaan, dan sta ik er. Dat heb ik altijd gezegd. Maar als alles goed gaat, dan ben ik tevreden om onder het podium te staan, mee te zingen met het volkslied en te applaudisseren. Ooit ga ik misschien zelf mee naar het podium, maar er is nog een lange lijst van mensen die het eerder verdienen dan ik om mee te gaan.”

Dat Ferrari dit jaar opnieuw naast de rijderstitel heeft gegrepen, komt mede door een aantal fouten van Vettel. Volgens Arrivabene is het belangrijk dat het team achter de Duitser is blijven staan. “Bij Seb moet je de steun van het team laten blijken”, vertelt Arrivabene. “Hij heeft veel kritiek gekregen voor wat er op Monza is gebeurd, maar hij probeerde de fans gewoon blij te maken. Hij heeft veel moeite gehad om de uitkomst van dat weekend te verwerken. In die zin hielp het ook niet dat de auto in de volgende races niet op zijn best was. Deze problemen zijn begrijpelijk en de menselijke factor is belangrijk.”

Met medewerking van Roberto Chinchero