Alonso pleit voor gelijkere F1-auto’s: “Zo kan iedereen om podium vechten”

Fernando Alonso maakt op 40-jarige leeftijd nog altijd indruk in de Formule 1. De tweevoudig wereldkampioen doet desondanks echter niet mee om de podiumplaatsen en dat ligt niet aan zijn leeftijd, maar aan het feit dat er zulke grote verschillen tussen de diverse auto’s zitten. Dat moet anders volgens de Spanjaard.

Fernando Alonso, Alpine A521

Fernando Alonso, Alpine A521

Zak Mauger / Motorsport Images

Na twee jaar afwezigheid keerde Fernando Alonso begin 2021 terug in de Formule 1. Voor de derde keer in zijn lange loopbaan ging hij aan de slag bij Alpine, dat in zijn vorige twee dienstverbanden nog Renault heette. Bij de Franse renstal heeft hij al enkele uitstekende races laten zien, ondanks dat hij eerder dit jaar zijn 40ste verjaardag vierde. Zelf vindt Alonso het geen wonder dat hij nog altijd op een hoog niveau presteert. “Je leert gaandeweg zoveel over hoe je met verschillende situaties om moet gaan”, analyseert hij. Aan de ervaring uit de juniorenklassen heb je op dat moment niet zo veel, mede door het grote verschil met de gang van zaken in de Formule 1. Daar heeft een coureur eerst tijd nodig om te leren, aldus Alonso.

“In de eerste drie, vier jaar blijf je leren over het systeem en hoe alles werkt. Daarna begin je aan de volgende stap, dat is waarschijnlijk het leren hoe je de potentie van de auto maximaliseert. Het draait niet langer om op het maximum rijden, zoals je deed in de karts of opstapklassen. Hier moet je in de race omgaan met andere problemen en scenario’s, zoals bandenmanagement en strategie. Dat zijn dingen die je ieder weekend goed moet blijven doen. Uiteindelijk kom je op een punt dat je iedere race en iedere keer dat je in de auto stapt beter wordt, omdat je meer leert over de auto en doordat het team je helpt met het ontwikkelen van je rijstijl, specifiek voor dat jaar, die band en die aero-configuratie. Het volgende jaar wordt alles gereset en moet je sommige dingen opnieuw leren. Je verbetert jezelf dus constant als coureur.”

Verschil tussen auto's moet kleiner

De uitstapjes die Alonso in de afgelopen jaren maakte naar de IndyCar, het World Endurance Championship en Dakar hebben hem een completere coureur gemaakt. Desondanks heeft de Spanjaard nog geen enkel moment op eigen kracht om het podium kunnen strijden sinds zijn terugkeer in de Formule 1. In Hongarije kwam hij daar het dichtste bij met een vierde plek, nadat hij zich rondenlang breed wist te maken ten opzichte van Lewis Hamilton. Dat er zo weinig kans is op een podium, heeft te maken met de forse voorsprong die Mercedes en Red Bull hebben op de concurrentie. Dat moet anders, stelt Alonso: de verschillen moeten kleiner en meer coureurs moeten kanshebber op een podiumplek zijn.

“Wat we nu denk ik moeten aanpakken, en volgend jaar is daar mogelijk de eerste stap in, is het verschil tussen de auto’s. Als je op dit moment het geluk hebt dat je in een competitieve auto zit, vecht je alleen met je teamgenoot, niet met een ander team. Ook eindig je in 95 procent van de races op het podium, en dan maakt het niet uit of je een 19-jarige rookie of 45 en de oudste bent. Je staat dan in 95 procent van de races dat jaar op het podium. Dat is iets wat we als sport moeten aanpakken, zodat het opener wordt en iedereen op een dag om het podium kan vechten. Op dit moment is dat niet mogelijk.”

Meer Formule 1-nieuws:

Sluit je aan bij de Motorsport community

Praat mee
Vorig artikel Niet geluk, maar wetenschap redde het leven van Hamilton in Monza
Volgend artikel Interview Alex Albon: "Geleerd van eerste F1-periode bij Red Bull"

Beste reacties

Er zijn nog geen reacties. Wil je er één schrijven?

Meld je gratis aan

  • Snel toegang tot je favoriete artikelen

  • Stel alerts in voor breaking news en je favoriete coureurs

  • Laat je horen met de reactiemodule

Motorsport prime

Ontdek premium content
Abonneer

Editie

Nederland