Interview Andreas Seidl: McLaren moet nu doorgroeien naar de top

We hebben een afspraak met Seidl op vrijdagnamiddag in de paddock van Spa, in zijn mobiele kantoor op de tweede verdieping van het imposante McLaren Brand Centre. De laatste keer dat we hem spraken was hij nog teambaas van het Porsche LMP1-team in het FIA WEC en moest hij uitleggen waarom hij teamorders gebruikte tussen de twee wagens. Andreas Seidl is een ingenieur in hart en nieren, maar ook een ervaren leider die moeilijke beslissingen durft te nemen. Geknipt dus voor de Formule 1. De Duitser moet grinniken wanneer we die opmerking maken. 

Je bent nu vier maanden actief bij McLaren. Hoe is het tot nu toe bevallen?

Andreas Seidl: Het was voor mij natuurlijk mooi dat we het positieve momentum binnen het team hadden, dat had niets met mij te maken. Deze wagen is een grote stap vooruit tegenover die van vorig jaar. Dat maakt het voor mij toch net even makkelijker om in dit verhaal te stappen. Daardoor heb ik de kans gehad om de voorbije maanden dieper in te gaan op de details. Begrijpen wat de sterke en zwakke punten van het team zijn. Ik heb veel gesprekken met onze technische directeur James Key. Dat proces is nog gaande en dan werken we een duidelijk plan uit en een heldere visie voor de toekomst van het team. We wachten natuurlijk ook op de definitieve regels voor 2021, want dat heeft een grote impact op het team.

Het is vast ook makkelijker om nu bij het team te komen in plaats van tijdens die rampzalige Honda-jaren.

Seidl: Het is nog altijd een uitdaging, hoor (lacht). Ik kan natuurlijk niet veel zeggen over wat er in het verleden is gebeurd en tot op zekere hoogte probeer ik me daar ook niet in te verdiepen. Het is vooral belangrijk om de huidige situatie van het team te analyseren en dan te definiëren hoe we vooruit willen. De realiteit is dat de kloof met de topteams nog altijd enorm is. Dat is mijn focus.

Helpt dat dat de reglementen voor 2020 stabiel blijven? Kan je dan de huidige wagen doorontwikkelen en plannen voor 2021?

Seidl: In zekere zin wel, omdat de wagen een evolutie is. Ik denk dat de grootste uitdaging voor iedereen in de paddock eruit bestaat om de middelen die je hebt te verdelen binnen het team. Hoelang blijf je verder werken aan deze wagen, wanneer schakel je volledig over op de wagen van volgend jaar? Door de grote veranderingen aan de reglementen voor 2021 moet je vroeger dan normaal beginnen met de ontwikkeling. Het is een grote uitdaging om die oefening te maken. We hebben nu een wagen die goed reageert op updates en we willen graag de vierde plaats bij de constructeurs behouden, maar tegelijk willen we ook volgend jaar de volgende stap zetten.

Reken je op dat budgetplafond om die kloof te kunnen verkleinen met een Mercedes, Ferrari of Red Bull?

Seidl: Ik ben optimistisch dat we volgend jaar hopelijk al een stap kunnen maken. De wagen voor volgend jaar is de eerste die volledig de verantwoordelijkheid is van James Key. Het is ook de eerste McLaren in lange tijd die in een normaal tijdsbestek wordt ontwikkeld.

Wat bedoel je daar mee?

Seidl: Dat wil zeggen dat we meteen na de wintertests, toen we de eerste zwakke plekken van deze wagen zagen, een concept hebben gemaakt voor de wagen van volgend jaar. Dat maakt me ook optimistisch dat we die stap kunnen zetten. We moeten realistisch zijn, magie bestaat niet. Maar het doel voor volgend jaar is duidelijk om de sprong te makken: ergens tussen waar we nu staan en de toppers. Het is voor het team belangrijk om te beseffen dat we het ook onder de huidige reglementen veel beter moeten doen met de solide budgetten die we hebben. De kloof met de toppers is een probleem natuurlijk, maar wij kunnen zelf ook nog veel dingen verbeteren. Dat gezegd hebbende, wil je natuurlijk een sport die duurzaam is en waarin je voor de knikkers kan vechten. De enige manier daarvoor is een budgetplafond. We kijken dus uit naar 2021. Het is de enige manier voor een team als dit om competitief en duurzaam te zijn.

Ga je door dat budgetplafond veel talent verliezen in de fabriek of kunnen die elders binnen McLaren terecht?

Seidl: Ik kan natuurlijk niet spreken voor de grote teams, want wij zitten ergens in het midden. Ik zou zeggen dat de nieuwe regels vanaf 2021 hopelijk de commerciële kant van alle teams verbeteren zodat ook de kleine teams duurzaam en competitief kunnen zijn. Misschien geeft dat hen de kans om te groeien of misschien zien we wel nieuwe teams toetreden. Het eerste gevolg van het budgetplafond zou kunnen zijn dat we personeel van de grote naar de kleinere teams zien verhuizen.

Jouw CEO Zak Brown denkt na over een eventueel WEC-programma van McLaren met een hypercar. Klopt hij dan bij jou aan voor advies?

Seidl: Natuurlijk praten Zak en ik er wel over, ja. Bij de koffiemachine. (lacht). Ik deel mijn ervaring in die business. Maar mijn focus ligt ook op de Formule 1. Dat is mijn verantwoordelijkheid en daarvoor krijg ik de steun en de vrijheid van Zak en de aandeelhouders om leiding te geven.

Het is tien jaar geleden dat je laatst in de Formule 1 actief was met BMW Sauber. Wat is het belangrijkste dat je sindsdien hebt geleerd bij Porsche?

Seidl: Ik heb altijd geluk gehad met mijn chefs dat ze me veel vrijheid en steun hebben gegeven om te laten zien wat ik kan. Dat pas ik altijd toe was wanneer ikzelf leiding geef aan mensen. Autosport is een team effort. Elk lid van het team moet meegaan in het verhaal en in de teamspirit. Het blijft een sport. Daarom beschouw ik elk individueel lid als een soort atleet.

Jouw twee atleten in de auto, Carlos Sainz en Lando Norris, schieten heel goed met elkaar op. Hoeveel dragen zij tot die teamspirit?

Seidl: Het belangrijkste is dat ze snel zijn. Ik heb liever moeilijke karakters die snel zijn dan leuke kerels die trager zijn. We zitten in een luxepositie met twee snelle kerels die ook goed met elkaar opschieten. Ze gaan ook buiten de auto heel goed met het team om. Carlos en Lando zijn heel goed in het op peil houden van het moreel en de positieve sfeer binnen het team. Daarom was het ook een makkelijke beslissing om hen al vroeg aan boord te houden voor volgend jaar. Dat geeft het team duidelijkheid en zo kunnen we ons vol concentreren op onze kerntaak, het produceren van een snellere auto.

De eerste keer dat we Lando spraken in de Formule 3 gaf hij een ontzettend gedetailleerde analyse over zijn kwalificatieronde. Ook Carlos heeft de reputatie van erg technisch onderlegd te zijn.

Seidl: Ja, het is heel indrukwekkend hoe die jonge kerels van vandaag er al bovenop zitten. Lando is natuurlijk nog ervaring aan het opdoen, maar als je Carlos soms in de wagen bezig hoort met de ingenieurs dan denk je soms dat hij zelf ook een gediplomeerd ingenieur is. Carlos heeft al de ervaring van twee Formule 1-teams in de tas. We staan misschien vierde in de stand, maar we hadden lang niet altijd de vierde snelste wagen. Dat is grotendeels te danken aan hoe onze jongens racen op zondag, hoe ze de strategie weten uit te voeren, hun positie verdedigen of wagens inhalen. Deze twee jongens zijn de toekomst van ons team. Hopelijk kunnen se samen met ons doorgroeien naar de top. Dat lukt alleen als we onze job doen en hen een wagen geven waarmee zo hogerop mee kunnen.

Volgens Carlos ben je duidelijk van de Duitse school, maar heb je ook een Latijnse passie in je. Wat zou hij daarmee bedoelen?

Seidl: Daar kan ik niet over praten! (schatert). Nee, ik heb natuurlijk een zekere stijl van leiderschap. Ik hou van deze sport omdat het ook een echte sport is. En in de sport is het belangrijk om die passie te hebben. Enthousiasme, emoties, af en toe stoten van adrenaline. Daarom hou ik ervan en dat probeer ik ook aan te wakkeren bij onze mensen. Het is belangrijk om een positieve teamspirit te hebben en geen cultuur waarin je elkaar de schuld geeft. Wat me elke ochtend uit bed haalt, is het voorrecht om deel uit te maken van de Formule 1 en van McLaren. En hopelijk maken we allemaal deel uit van de generatie die het volgende succesvolle hoofdstuk schrijft van McLaren in de Formule 1.