Analyse: Hoe F1 kan veranderen na de Franse wake-up call

Zelfs diehard fans zullen diep in hun geheugen moeten graven om in de voorbije jaren een mindere Grand Prix te vinden dan de Franse van afgelopen weekend. Dit dieptepunt komt tijdens een seizoen waar de vonken sowieso nog niet vanaf spatten. Motorsport.com analyseert en denkt mee over mogelijke verbeteringen.

Valtteri Bottas, Mercedes AMG W10, Charles Leclerc, Ferrari SF90 en Max Verstappen, Red Bull Racing RB15 bij de start

Mark Sutton / Motorsport Images

Laten we vooropstellen dat dominantie en saaie races van alle tijden zijn. Die elementen horen tot op zekere hoogte bij de Formule 1 als een soort golfbeweging, noem het conjunctuur. Tegelijkertijd is die constatering nog geen vrijbrief om bij de pakken neer te zitten en de boel maar gewoon de boel te laten. Het neemt namelijk niet weg dat de huidige Formule 1 steken laten vallen op cruciale punten. De koningsklasse van de autosport moet met andere woorden weer aan grandeur winnen.

De sleutel hiervoor ligt op het circuit zelf en niet zoals Liberty ons soms wil laten geloven daarnaast. De Grand Prix van Frankrijk was het levende bewijs. Foeilelijke bokalen – die na afloop ook nog met droge ogen aan de podiumfinishers werden overhandigd – stonden centraal in een show voor aanvang van de race. Het moest het publiek warmdraaien voor de echte show, maar die kwam nooit. Wat volgde was een optocht met grote verschillen en nauwelijks actie. Dat Paul Ricard eigenlijk een testcircuit is met de uitstraling van een doorsnee parkeerplaats hielp ook niet mee.

Lees ook:

F1-fans riepen na afloop in koor ‘2021’, een soort code die door geplande reglementsveranderingen bijna mythische proporties heeft aangenomen. Deze reactie onderstreept de roep om verandering: het roer moet om volgens vele raceliefhebbers. Maar voordat het zover is, moet de eerste verandering er eentje in mentaal opzicht zijn. De Formule 1 hoeft voor liefhebbers namelijk niet altijd een kwestie van snel, sneller, snelst te zijn. Natuurlijk moet de koningsklasse een bron van vooruitstrevende technologie blijven, maar de pure hang naar snelheid kan op zichzelf funest zijn.

Ingreep 1: downforce halveren

Het heeft namelijk geleid tot auto’s met extreem veel downforce, waarmee je allerlei ronderecords uit de boeken kunt rijden maar niet fatsoenlijk kunt vechten. Een deel van de malaise ligt bij Pirelli – dat altijd de kop van Jut is maar vaak levert wat wordt gevraagd – maar een fundamenteler probleem zit in de auto’s zelf. De huidige bolides zijn dermate gevoelig voor vuile lucht, dat zelfs het volgen van een voorganger op anderhalve seconde al consequenties heeft. Hierdoor zijn rondenlange gevechten een unicum. Inhalen is nog slechts in twee scenario's mogelijk: a. het verschil in rondetijden is dermate groot dat nauwelijks nog van een echt gevecht te spreken valt of b. het kunstmatige middel DRS (dat in het middenveld trouwens even vaak ter verdediging dient) moet eraan te pas komen.

Tekst gaat verder onder de video:

Hierdoor lijkt de suggestie van Franz Tost een goede. De Toro Rosso-teambaas ziet weinig heil in het versimpelen van wat vleugeltjes – hetgeen voor dit jaar is gebeurd – maar pleit voor een rigoureuze ingreep: het downforceniveau halveren. Dit heeft twee voordelen. Allereerst zijn de auto’s minder gevoelig voor vuile lucht, waardoor ‘echte’ gevechten weer mogelijk moeten worden. Ten tweede zal het de auto’s minder op rails laten lopen. Hierdoor komt meer op de coureurs aan en zien we piloten ook weer meer worstelen – lees: glijden – met hun auto’s. De rondetijden zullen door deze ingreep iets oplopen, maar daar ligt nagenoeg niemand wakker van. De Formule 1 is bovenal een sport en moet derhalve de kerntaak van 'sport' niet verloochenen. Die is namelijk sinds al de Romeinen – ‘geef het volk brood en spelen’ – vermaak.

Ingreep 2: stabiliteit in reglementen

Als men deze richting voor 2021 – of zo snel mogelijk – kiest, is het tijd voor de volgende stap: stabiliteit in de reglementen creëren. De Formule 1 is onbetwist kampioen in het voortdurend veranderen van de spelregels. Het gevolg is dat het ene team – vaak met veel geld – beter met de omwenteling omgaat dat het andere. Het resultaat? Juist ja, grotere verschillen. Als men de reglementen eens langdurig intact laat, treedt vanzelf de wet van de remmende voorsprong op. De dominante factor – in dit geval Mercedes – zal tegen de grens van het mogelijke aanlopen, terwijl concurrenten door te leren en kopiëren juist dichterbij komen. Het is dan ook niet toevallig dat de mooiste F1-seizoenen vaak aan het eind van een reglementenperiode zaten. Denk redelijk recent maar eens aan de jaargangen 2007 en 2008.

Om tot deze richting te komen, is idealiter een strakker budgetplafond en bovenal enige consensus nodig. En daar ligt alweer een volgend pijnpunt in de Formule 1. Teams hebben veel te veel macht. Iedereen preekt voor eigen parochie – wat vanuit hun positie ook best logisch is – waardoor de sport als geheel niet wordt gediend. Het veto van Ferrari is helemaal uit de tijd, terwijl Mercedes ook al aardig wat in de melk te brokkelen heeft. Het wekt dan ook weinig verbazing dat Toto Wolff de eerste was om tegen allerlei vergaande veranderingen te pleiten. Logisch, maar het staat echte vooruitgang misschien wel in de weg.

Tekst gaat verder onder de video:

Ingreep 3: Racen in plaats van advocatuur

Als dit deel van het wetboek op orde is, komen we bij het sportieve gedeelte. De stewards zijn de afgelopen weken bijna meer besproken dan de coureurs en dat is niet zonder reden. Die reden ligt niet eens zozeer bij de stewards zelf, als wel bij het wetboek dat zij hanteren. Door talloze regels toe te voegen, is nu op nagenoeg ieder gevecht wel iets aan te merken. Je kunt er dan ook iedere race de klok op gelijk zetten dat er weer vijf seconden straftijd worden uitgedeeld. Een slechte zaak waarmee je vele gevechten al in de kiem smoort. In Canada besliste het de wedstrijd, in Frankrijk vermoordde het de enige actie van de zondagmiddag.

Ook hier lijkt de Formule 1 te zijn vergeten waar het in essentie om draait: vermaak. Natuurlijk is veiligheid het allerbelangrijkste en moeten die elementen altijd in balans zijn, maar veel van de recent uitgedeelde straffen hebben daar bar weinig mee te maken. Het is vaak straffen om het straffen, een slechte zaak. Of zoals Max Verstappen het omschreef: “Een beetje wheel-bangen doet geen pijn.” Dit gaat misschien wat ver, maar nu grijpt men vaak al in voordat er überhaupt iets dreigt te gebeuren. Natuurlijk ben je de ene keer spekkoper met een gewaagde actie en sta je de andere keer met lege handen, maar dat is onderdeel van het spelletje. Het draait hier om de sport als geheel.

Als alle partijen zich dat beseffen en bij aanstaande besluiten – die cruciaal zijn voor de toekomst van de sport – meenemen, dan zijn we al een heel eind op weg. Al het bovenstaande is namelijk niets meer dan een suggestie voor mogelijke verbeteringen. De belangrijkste kernboodschap luidt: stel de fans centraal en probeer aan de hand daarvan de sport vooruit te helpen. Niets of niemand mag namelijk zijn of haar afkomst verloochenen, zelfs de koningsklasse van de autosport niet. Ze leeft bij de gratie van haar fans en moet dat – blijven – beseffen. Meer dan dat nu het geval is.

Sluit je aan bij de Motorsport community

Praat mee
Vorig artikel FIA heeft geen begrip voor frustratie Perez over tijdstraf
Volgend artikel Honda hoopt nog steeds op zege in F1-seizoen 2019

Beste reacties

Er zijn nog geen reacties. Wil je er één schrijven?

Meld je gratis aan

  • Snel toegang tot je favoriete artikelen

  • Stel alerts in voor breaking news en je favoriete coureurs

  • Laat je horen met de reactiemodule

Motorsport prime

Ontdek premium content
Abonneer

Editie

Nederland