F1 past regels rond blauwe vlaggen aan voor Baku

Coureurs die op een ronde gezet worden, moeten volgens de regels zo snel mogelijk plaatsmaken voor de passerende wagens wanneer er met een blauwe vlag gezwaaid wordt. Sinds dit seizoen is het systeem veranderd en krijgen de achterblijvers al eerder een teken op hun dashboard dat er een snellere rijder aanstaande is. Dit bericht krijgt de betreffende coureur op het moment dat het gat met de achtervolger drie seconden bedraagt. Daarna volgt een officiële melding voor de blauwe vlag. Dit gebeurt zodra de achteropkomende rijder zich binnen een seconde bevindt. Voorheen was dat op anderhalve seconde achterstand.

Het feit dat de achteropkomende coureur nu dichter achter de achterblijver moet rijden - wat met de nieuwe wagens een stuk lastiger is geworden - heeft dit seizoen al geresulteerd in de nodige kritiek. Enkele topcoureurs vinden het te lastig geworden om achterblijvers in te halen. Ferrari-coureur Kimi Raikkonen was tijdens de rijdersbriefing in Canada behoorlijk uitgesproken over problemen die hij had in de Grand Prix van Monaco. Eerder dit jaar was Max Verstappen kritisch in China, waar hij naar zijn mening bijna van het podium viel door een achterblijver. De achterblijvers brengen daar tegenin dat zij te veel tijd kunnen verliezen in hun eigen duels wanneer ze te vroeg plaatsmaken. 

Na de coureurs te hebben gehoord, heeft wedstrijdleider Charlie Whiting besloten om het systeem iets aan te passen. Vanaf het raceweekend in Baku krijgen de achterblijvers een melding op 1,2 seconde in plaats van op 1,0 seconde. De FIA zal na het weekend beoordelen wat de impact van deze aanpassing is, alvorens een definitieve beslissing te nemen. In een bericht aan de teams stelde Whiting: “Wanneer een snellere auto binnen 1,2 seconde van de op een ronde te zetten auto rijdt, worden er blauwe vlaggen getoond (bovenop de blauwe lichtpanelen, blauwe cockpitlampjes en een bericht op de timing monitor). De rijder moet de achteropkomende coureur de gelegenheid geven om bij de eerst beschikbare mogelijkheid in te halen.”

Met medewerking van onze Formule 1-verslaggever Jonathan Noble