Interview

Interview: Fans in coronatijd? Zo is het toch gelukt bij DTM Assen

Het DTM-weekend in Assen is naar wens verlopen. Op sportief vlak zeker met de zege van thuisrijder Robin Frijns op zaterdag en een vermakelijke regenrace op zondag. Minstens zo belangrijk is dat er voor het eerst in coronatijd weer fans op de tribune zaten bij het DTM-spektakel. In gesprek met Lee van Dam, promotor van het DTM-weekend in Drenthe.

René Rast, Audi Sport Team Rosberg, Audi RS 5 DTM, Loic Duval, Audi Sport Team Phoenix, Audi RS 5 DTM

Foto door: ITR eV

"Het is fijn om eindelijk weer fans op de tribune te zien, dat geeft toch net wat extra sfeer", laten Frijns, René Rast en ook Philipp Eng bijna in koor weten. Het is nog altijd niet het 'oude normaal' maar valt wel als een stap in de goede richting te beschouwen. Per dag waren er tienduizend toeschouwers welkom en ondanks dat die er niet allemaal zaten, is de symbolische uitstraling enorm. "Ja, en dat is belangrijk. Voor ons, maar ook zeker belangrijk voor Nederland als geheel om weer zo’n groot evenement met publiek te kunnen hosten", reageert Van Dam.

De expeditie om fans te mogen verwelkomen

Het eindresultaat is dus mooi, maar hoe heeft de weg ernaartoe er uitgezien? LDP International, de promotor van het evenement, plande in eerste instantie een weekend zoals vorig jaar, toen de DTM voor het eerst een bezoek bracht aan de Drentse hoofdstad. Een raceweekend mét toeschouwers dus en zonder anderhalve meter. Corona besloot anders, waarna het onvermijdelijke persbericht 'DTM Assen zonder publiek' volgde. Vooral uit voorzorg, zo bleek later, om te voorkomen dat tienduizenden mensen met aangeschafte kaarten zaten en er een 'refund'-procedure op gang moest komen. Begin augustus volgde tot slot het verlossende bericht: wel fans, maar in beperkte mate en met anderhalve meter afstand. "We gingen er zeker vanuit dat we zonder publiek moesten rijden, totdat er toch ineens mogelijkheden kwamen om het met fans te doen. Maar dat was wel een moeilijk traject, kan ik je verzekeren."

Van Dam legt vanaf het TT Circuit haarfijn uit waarom het aardig wat voeten in aarde had om een racefeest met fans mogelijk te maken. "Om te beginnen is dat voor het circuit al lastig, want moet je dat wel willen met publiek in deze tijd? Het is ook moeilijk om alle overheden mee te krijgen, al gaf onze Minister-President gelukkig aan dat er na 1 september weer evenementen mochten plaatsvinden met inachtneming van de COVID-regels. Daarvoor hebben wij samen met het circuit en de horeca een omvangrijk plan ingediend, maar zoiets opstellen kost al heel veel geld", aldus Van Dam tegenover Motorsport.com. "En dan heb je ook nog de kosten van de uitvoering, ook die zijn hoog. Zo hebben we een bedrijf uit Assen ingehuurd om de routing en alle bestickering voor ons te doen. We hadden in totaal vijf kilometer aan hekken staan en ook ingangen geblokt om de verplichte routes te creëren en aan alle voorwaarden te voldoen."

Tekst gaat door onder de foto:

 

Ook anderhalve meter op de tribune

Deze investeringen hoopte men logischerwijs terug te verdienen met de kaartverkoop. De twintigduizend toegestane toeschouwers zijn er echter niet geweest. "Dat waren er minder, inderdaad. Ik denk dat er ongeveer negenduizend mensen zijn geweest over het hele weekend, dus over twee dagen, waarbij de zondag de drukste dag was", zo vervolgt Van Dam. "Dat was ook te wijten aan een fout in het boekingssysteem van de DTM trouwens. Daar zat geen functie in om met iDEAL te betalen en juist dat doen Nederlanders normaliter. Tot maandag elf uur konden Nederlanders en ook de tienduizenden Polen in Nederland [voor Robert Kubica] niet boeken. Dat was jammer en heeft zeker geld gekost. Maar voor de rest is het goed verlopen."

Waar Van Dam over het 'boekingssysteem' praat, wordt al snel duidelijk dat alle toeschouwers online een kaartje moesten kopen. Dat om alle bezoekers in kaart te brengen voor een eventueel bron- en contactonderzoek en om iedereen van een genummerde zitplek te voorzien. Alleen zo kon ook op de tribunes de onderlinge afstand worden gewaarborgd. Zelfs voor mensen die tot hetzelfde huishouden behoren. "Ja, want dat kun je via de computer heel moeilijk nagaan en niet in het systeem opnemen. Er moest bij iedere plek drie stoeltjes tussen zitten, ook bij familieleden. Duitsers bleken daar heel disciplinair in, maar de rest iets minder. Op zaterdag hebben we qua handhaving moeten opschalen, maar op zondag ging het prima."

Qua draaiboek is het dus naar wens verlopen. "Hiermee ligt er een blauwdruk en hebben we laten zien dat het mogelijk is. We hebben samen met het circuit aan de overheden getoond dat we in staat zijn om zo’n evenement te organiseren in deze tijd." Dat is belangrijk voor de korte maar zeker ook voor de middellange termijn. "We hebben over ruim twee weken de Gamma Racing Day, dat zal op nagenoeg dezelfde manier gaan, alleen zonder mondkapjes in de paddock. Maar goed: we weten ook niet hoe het volgend jaar wordt. Voor hetzelfde geld zet dit door met COVID, dan zijn wij al klaar voor de toekomst", concludeert de voorman van LDP.

Racen in Assen als garantie op Nederlands succes

Van Dam heeft persoonlijk al veel ervaring als promotor, maar erkent dat het organiseren van deze DTM-race hoog op zijn lijstje met 'uitdagingen' staat. "Ja, deze komt zeker hoog. Maar ach, we houden hier wel van een uitdaging. Ik persoonlijk ook wel, zo heb ik in 1995 de MotoGP van Brazilië georganiseerd waarvoor de hele boel eerst nog geasfalteerd moest worden. Wat betreft de DTM was ik om te beginnen al positief verrast toen ze ons twee jaar geleden belden met de vraag of we dit samen zouden willen organiseren. En voor dit jaar: het was in deze omstandigheden zeker lastig om het met publiek te doen, maar we hadden het geluk dat er in Assen 55.000 tribuneplaatsen zijn. Ruimte zat dus. Uiteindelijk is het allemaal behoorlijk gelukt met ons plan en heeft dit Assen weer op een goede manier op de kaart gezet."

Dat Frijns voor eigen publiek zijn eerste DTM-zege pakte, maakte het feest vanuit sportief oogpunt compleet. Van Dam ziet daar met een knipoog trouwens nog wel een trendlijn in. "Nou inderdaad, ik moet zeggen: we hebben hier ook twee jaar de motorcross gehad. Het eerste jaar werd Herlings wereldkampioen en vorig jaar werd Nederland kampioen bij de Motocross of Nations. Dit past daar goed bij en is voor Frijns natuurlijk ook een hele mooie opsteker." Rest de vraag of we Frijns en co volgend jaar nog weer in actie zien op het TT Circuit, de toekomst van de Duitse merkenklasse is immers onzeker door het vertrek van Audi. "Of we hier volgend jaar ook nog DTM hebben? Het contract is voor drie jaar, dus normaal gezien wel. En volgens Gerhard Berger [DTM-voorman] gaat het ook gebeuren, al kon hij me de concrete invulling van zijn toekomstplannen nog niet vertellen."

VIDEO: Samenvatting van de DTM-zegetocht van Frijns op het TT Circuit Assen

Sluit je aan bij de Motorsport community

Praat mee
Vorig artikel Frijns doet goede zaken in Assen: "Erg tevreden over dit weekend"
Volgend artikel Frijns titelkandidaat in DTM? "Dit was zeker niet zijn laatste zege"

Beste reacties

Er zijn nog geen reacties. Wil je er één schrijven?

Meld je gratis aan

  • Snel toegang tot je favoriete artikelen

  • Stel alerts in voor breaking news en je favoriete coureurs

  • Laat je horen met de reactiemodule

Motorsport prime

Ontdek premium content
Abonneer

Editie

Nederland