Glock: "Van F1 naar DTM is niet eenvoudig"

Afgelopen weekend racete Timo Glock voor het eerst in tien jaar weer over het circuit van Zandvoort. In 2003, een jaar voordat hij zijn Formule 1-debuut maakte bij Jordan, knokte hij er in de F3 Euroseries tegen Nico Rosberg, Robert Kubica, Christian Klien en Robert Doornbos, nu was hij er voor een ronde in de DTM, waarin hij na zijn vertrek bij Marussia aan de slag kon. GPUpdate.net zocht hem op.

"Het is zo'n tien jaar geleden dat ik hier voor het laatst een race heb gereden, maar het kostte me weinig moeite om deze baan weer in de vingers te krijgen. Het probleem dat ik dit jaar alleen heb, is dat elke baan die ik ken uit de Formule 1 of Formule 3 totaal anders is in een DTM-auto. Je moet heel anders rijden. Je hebt bovendien maar anderhalf uur om daaraan te wennen én de auto goed afgesteld te krijgen. Daar heb ik soms nog wat moeite mee. In de Formule 1 wordt geklaagd over een tekort aan baantijd, maar ze moeten eens bij ons komen! Wij testen nauwelijks. Iedere coureur heeft maar vier of vijf dagen in de auto voordat het seizoen van start gaat. Daarna hebben we tien races en nog een of twee testsessies tijdens het seizoen. Dat is gewoon niet voldoende."

Is er in de DTM ook een discussie gaande over of er meer getest moet worden?

"Ik roep voortdurend dat ik vaker wil testen en meer tijd in de auto wil doorbrengen. Maar de reglementen zijn nou eenmaal zo. Dit maakt het voor mij wel lastiger om het op te nemen tegen ervaren jongens als Bruno Spengler, Martin Tomczyk en al die anderen. En zelfs zij hebben het soms nog moeilijk. In het verleden hebben andere coureurs al wel aangetoond dat het niet gemakkelijk is om van de Formule 1 terug te gaan naar de DTM, omdat deze auto's om een heel andere rijstijl vragen."

"Het grootste verschil is dat een Formule 1-auto de helft lichter is dan een DTM-wagen en veel meer downforce heeft. De banden die in de Formule 1 gebruikt worden, geven ook meer grip. Dat maakt dat het rijden met een DTM totaal anders is. In de Formule 1 kun je heel agressief de bochten induiken, maar in de DTM kan dat niet. Het tegenovergestelde is het geval, je moet heel voorzichtig zijn met remmen en heel rustig insturen. Je kunt in een DTM ook niet beide tegelijk doen, wat in een Formule 1-auto wel kan. Je komt vijftig tot zestig kilometer per uur langzamer bij een bocht aan, maar je moet wel veel eerder in de ankers. Om in je hoofd die omschakeling te maken, is niet eenvoudig. Je hebt juist de neiging om later te remmen omdat het voor je gevoel zo langzaam gaat. Na vijf, zes jaar met een Formule 1-auto te hebben gereden, is dat best lastig."

Hoe kijk je terug op het DTM-seizoen tot dusver?

"We hebben veel ups en downs gehad, maar BMW Team MTEK is een nieuw team, dus dat is normaal. Alles bij elkaar genomen ben ik erg tevreden. Helaas is de volgende race in Hockenheim alweer de laatste. Het seizoen is veel te snel voorbij gegaan. We hebben meer races en tests nodig en daar maak ik me hard voor."

"Dat weet ik eigenlijk niet, maar ik was daar in het verleden ook sterk in de Formule 3. Ik heb het gewoon altijd wel naar mijn zin op die baan en het circuit bleek onze wagen ook wel te liggen. In de kwalificatie worstelde ik nog wel, maar in de race wist ik een heel goed tempo te rijden. Ik was voor een groot deel van de race bijna de snelste man op de baan. Ik was erg blij om daar op het podium te staan. Dat was een geweldig resultaat voor mijn team en BMW als geheel. En voor mijzelf natuurlijk. Om in een kampioenschap te komen en in je derde race al op het podium te staan, is best iets om trots op te zijn."

Jouw teamgenoot, Marco Wittmann, is ook nieuw in de DTM. Hij heeft een tweede plek weten te scoren en stond in Zandvoort op pole. Wat vind je van hem?

"Ik ken hem heel goed. Hij maakte deel uit van de Deutsche Post Speed Academy, waar ik instructeur voor was. Hij is heel snel en weet wat hij moet doen in zo'n auto. Zijn voordeel is dat hij vorig jaar een seizoen in de DTM heeft getest. Bovendien is hij van de Formule 3 naar de DTM gegaan en is de rijstijl in de Formule 3 niet heel anders dan in de DTM. Voor de Formule 3-jongens is het dus veel makkelijker om aan een DTM-auto te wennen dan voor de coureurs die uit de Formule 1 komen. Dat is nu eenmaal zo. Ik ben echter erg gemotiveerd om mezelf te verbeteren."

Je hebt een Nederlandse teambaas, Ernest Knoors. Hoe bevalt de samenwerking?

"Zeer goed. Hij heeft erg veel ervaring en heeft ook in de Formule 1 gewerkt. Het is indrukwekkend wat hij in korte tijd heeft opgebouwd. Hij is iemand die precies weet wat hij wil en daar ook vol voor gaat. Maar het hele team doet het momenteel heel erg goed. Iedereen werkt hard om bijvoorbeeld beter te worden in de pitstops en de wagen nog sneller te maken. De jongens leveren tot dusver uitstekend werk."

Wat zijn de plannen voor volgend jaar?

"We zullen zien. Ik heb een contract voor de lange termijn met BMW. Hopelijk kunnen we ons nog verder verbeteren en de auto stap voor stap nog sneller maken voor volgend jaar, zodat we dan consistent voor plekken in de top-vijf kunnen vechten."

Behoort een Formule 1-rentree tot de mogelijkheden?

"Op dit moment ben ik daar niet echt mee bezig, omdat het te ver weg is en volgens mij is de situatie in de Formule 1 momenteel ook erg lastig. De kleine teams hebben moeite om hun budget rond te krijgen. Als een van de topteams naar me toekomt en zegt dat ze mij graag als coureur willen hebben, zal ik er misschien over nadenken, al moet ik dan wel eerst met BMW praten. Ik concentreer me nu echter op mijn huidige job en hoop op een lange en succesvolle samenwerking met BMW."

"Ja. Vorig jaar waren we tiende tot de laatste race in Brazilië. Helaas verloren we die plek toen op het allerlaatste moment. Ik hoop dat ze Caterham nu wel voor kunnen blijven, al lijkt dat team op dit moment iets sneller te zijn. Zij hebben echter een chaotische race zoals vorig jaar in Brazilië nodig om Marussia te kunnen verslaan. Maar het zou goed voor Marussia zijn als ze de tiende plek kunnen vasthouden en zo aan het einde van het jaar wat geld op hun rekening gestort kunnen krijgen."

De breuk met Marussia, begin dit jaar, lijkt vrij pijnloos te zijn verlopen.

"Ja, dat was het ook wel. Als je voor een klein team rijdt dat elk jaar worstelt om de eindjes bij elkaar te knopen, moet je overal rekening mee houden, ook met wat er kan gebeuren als het team het budget een keer niet rond krijgt. Ik had er daardoor geen problemen mee. Zij waren er heel open over naar mij toe en ik was heel open naar hen. Ze zeiden me dat ze niet genoeg geld hadden om met me verder te gaan en vervolgens zijn we samen op zoek gegaan naar een goede manier om uit elkaar te gaan, wat dus is gelukt. Gelukkig kreeg ik daarna snel een telefoontje van Jens Marquardt van BMW met de vraag of ik bij dit team aan de slag wilde gaan."

Hoe vind je dat Giedo van der Garde het doet?

"Hij doet het tot dusver heel goed. Hij heeft zich gedurende het seizoen goed weten te verbeteren en lijkt op dit moment een stuk sterker te zijn dan zijn teamgenoot, die vorig jaar nog mijn teammaat was. Sinds de banden zijn veranderd, passen ze duidelijk beter bij de rijstijl van Giedo, waardoor hij nu goed weet te presteren."