Interview Job van Uitert: "Ik laat mezelf niet gek maken"

Als 2018 het jaar van de ontdekking was, dan is 2019 het jaar van de doorbraak van Job van Uitert. De 20-jarige Nederlander maakte dit seizoen met succes de overstap naar de LMP2 in de European Le Mans Series en liet ook knappe dingen zien in de 24 uur van Le Mans.

Met de door TDS gerunde Oreca van G-Drive pakte hij aan de zijde van rijders als Roman Rusinov, Norman Nato en Jean-Eric Vergne overwinningen in Monza en Barcelona. Hij debuteerde met het team ook in het WEC in Spa en pakte daar een tweede plek. In Le Mans lag het trio Van Uitert/Rusinov/Vergne op kop toen het met een technisch probleem alle zegekansen verloor. Van Uitert liet na afloop zijn emoties de vrije loop, maar liet zich in 2019 naast zijn snelheid vooral opmerken door zijn mentale kracht.  

“Ik sta er wel om bekend dat ik mezelf niet gek laat maken”, vertelt Van Uitert aan Motorsport.com. ”Je weet dat je bij een team komt waar je moet winnen en dus zit er wel enige druk op. Ik wist niet helemaal wat ik kon verwachten, maar ik ging er zelf redelijk rustig in. Het was best wel weer een goed seizoen. In Paul Ricard begon het minder omdat ons pakket minder goed werkte, maar Spa en Monza waren twee heel leuke weekends en Barcelona ging ook heel goed. Le Mans was dan weer jammer, maar iedereen heeft gezien wat we daar konden.” 

 

Als 20-jarige is het een zegen om een zitje te delen met Vergne, tweevoudig Formule E-kampioen en vier jaar in de Formule 1 bij Toro Rosso. Ook de Rus Roman Rusinov, de man achter G-Drive, heeft veel ervaring en kent de business van de autosport als geen ander. Van Uitert kan dus van beide collega’s heel wat leren. “Het is heel mooi om met hen te kunnen werken”, stelt hij ."Met Vergne heb je een van de snelste rijders op de grid naast je. Het is heel fijn dat je jezelf daarmee mag vergelijken. Ik haal ook veel informatie uit de manier waarop hij de auto beschrijft tegenover de engineers. Hij vertelt niet alleen wat hij voelt, maar wijst ook deels aan waar op de auto het probleem ligt. Dat zijn dingen die niet altijd in je opkomen. Dat heeft allemaal met ervaring te maken, als je al in tweeduizend debriefings hebt gezeten. Dat komt gewoon met meters maken. Ook qua carrièrekeuze leer ik veel van hem. Hij heeft al veel meegemaakt en daar kan ik lessen uit trekken."

Van Uitert bereidt zich voor op een druk laatste weekend van augustus. In Silverstone verdedigt hij met G-Drive zijn leiding in de ELMS. Het WEC begint dan ook aan het nieuwe seizoen 2019-2020. Aan de zijde van Frits van Eerd en Giedo van der Garde vervangt Van Uitert in de Silverstone 4 Hours Nyck de Vries bij Racing Team Nederland. De Vries is dan op Spa actief in de Formule 2. Beide inschrijvingen rijden met een Oreca gerund door het Franse team TDS, dus kan Van Uitert makkelijk instappen bij RTN. “Die extra race bij Racing Team Nederland is heel leuk om te doen. Ik ben blij dat ik de kans krijg van Frits [van Eerd]. Het is een leuke omgeving en uiteindelijk is dat met TDS hetzelfde team.” 

Het team met de gele Jumbo-wagen kwam met veel ambitie uit de WEC Prologue van Barcelona, de tweedaagse test voor het nieuwe seizoen. Van Uitert denkt wel dat het trio een perfecte race moet rijden om op het podium te kunnen staan in Silverstone. Eigenaar en gentleman driver Van Eerd mag dan grote stappen gezet hebben, toch zijn er concurrenten met een erg snelle derde rijder. “Het hele team, maar vooral Frits, heeft tijdens de test grote stappen gezet en leert de nieuwe auto met elke gereden meter beter kennen maar de concurrentie is heel sterk en dus moet het allemaal wel onze kant opvallen. Vooral teams als United Autosports en DC Racing hebben drie vrijwel gelijkwaardige coureurs en dat zorgt ervoor dat succes niet vanzelfsprekend is. We zullen foutloos moeten zijn en moeten profiteren van fouten van anderen, maar het zit er zeker in."

Van Uitert maakt er geen geheim van dat hij ook al met 2020 bezig is. Hij wil zich blijven richten op de prototypes en dan is een deelname aan de 24 uur van Daytona een mooi doel om na te jagen. Daar rijden fabrieksteams in de DPi-klasse met een prototype gebaseerd op de LMP2 die Van Uitert zo goed onder de knie heeft. “Daar ben ik zeker mee bezig”, bevestigt hij. "Daytona is absoluut een doel. Ik ben naar de race op Road America geweest om mezelf te introduceren. Het is best lastig om mezelf in Amerika op de kaart te zetten. Als Europeaan ben je tegenover Amerikanen onbekend, want het is toch een andere wereld. Veel topteams zijn al bezet maar je weet nooit welke kansen er zijn. Het zijn allemaal teams die al een eigen budget hebben, maar ik ben pas 20 en ze moeten alles verantwoorden tegenover het bestuur van hun merk. Als ze dan moeten kiezen tussen iemand van 20 en iemand met 15 jaar ervaring die misschien langzamer is, dan is die in hun ogen misschien de veiligere optie. Daar moet je doorheen weten te prikken. Mijn bedoeling is om eerst mijn hoofdprogramma in de ELMS rond te krijgen. Er zijn gesprekken gaande, maar het is nog te vroeg om er veel over te zeggen."