Gelanceerde Ericsson wint crashfestijn in Nashville, VeeKay valt uit

De allereerste IndyCar-race in de straten van Nashville zal de geschiedenisboeken ingaan als een van de meest bizarre races ooit in de Amerikaanse raceklasse. Na negen neutralisaties en twee rode vlaggen wist de coureur die in de openingsfase nog metershoog door de lucht vloog de race op zijn naam te schrijven.

Marcus Ericsson, Chip Ganassi Racing Honda

Foto door: IndyCar Series

Een gloednieuw stratencircuit in Nashville was dit weekend het decor voor de elfde ronde van het IndyCar-seizoen 2021. Het rondje van 3,5 kilometer, dat de coureurs onder andere heen en weer voert over de Korean War Veterans Memorial Bridge, was voorafgaand aan de race al veelbesproken. De vele hobbels op het circuit veroorzaakten in de trainingen en kwalificatie al flink wat incidenten en crashes, ondervond ook Rinus van Kalmthout. De Nederlander moest de race als 22ste aanvangen nadat hij in de kwalificatie licht de muur had geraakt.

De enige coureur die het stratencircuit van Nashville meteen onder de duim leek te hebben was Colton Herta. De jonge Amerikaan was vanaf de trainingen een klasse apart en mocht de race ook van pole-position aanvangen. De Andretti-rijder had een goede start en kreeg al snel teamgenoot Alexander Rossi achter zich aan, nadat deze in de eerste bocht brutaal de als tweede vertrokken Scott Dixon had gepasseerd.

Crashfestijn

Het duurde niet lang voordat de gele vlag voor het eerst tevoorschijn kon worden getoverd. Nog voordat de race goed en wel onderweg was kwam de auto van Dalton Kellett namelijk stil te vallen. Het bleek de voorbode van een chaotische race vol incidenten, crashes en neutralisaties.

Nadat de auto van Kellett weer op gang was geholpen werd de race hervat, maar opnieuw ging het al voordat het hele veld goed en wel onderweg was weer mis. Deze keer was het Marcus Ericsson die iets te gretig op het gas ging en achterop de auto van Sebastien Bourdais vloog. De Ganassii-Honda van Ericsson vloog metershoog door de lucht en kwam met een flinke klap weer terug op het asfalt, maar wonder boven wonder had de Zweed alleen zijn voorvleugel beschadigd bij de crash. Na een bezoekje aan de pits kon de Ganassi-rijder zijn weg dan ook weer vervolgen, al kreeg hij voor de aanvaring wel nog een drive-through penalty aan zijn broek. Voor Bourdais betekende de aanvaring wel een vroegtijdig einde van de race.

 

In de tiende ronde werd het hele veld onder aanvoering van Herta weer losgelaten en was de eerste volledige raceronde op snelheid eindelijk een feit. Het zou echter niet lang duren voordat de gele vlag voor de derde keer zou worden gezwaaid. Na welgeteld zeven rondjes onder groen tikte Ed Jones de Penske van Scott McLaughlin in de rondte en doken de eerste rijders de pits in voor een bandenwissel. Na een korte neutralisatie ging het bij de herstart vervolgens helemaal mis: een ietwat ambitieuze inhaalactie van Will Power op teamgenoot Simon Pagenaud zorgde ervoor dat laatstgenoemde zijn Penske in de bandenstapels parkeerde. De achteropkomende coureurs konden geen kant op, met een enorme opstopping en een rode vlag als gevolg.

Onder andere Rinus van Kalmthout en klassementsleider Alex Palou waren slachtoffer van de file in de eerste bocht. De auto van Van Kalmthout raakte zelfs beschadigd, wat de Nederlander na de herstart een aantal ronden achterstand opleverde. Nadat de monteurs van Ed Carpenter Racing de beschadigde ophanging hadden gerepareerd werd de coureur uit Hoofddorp weer op pad gestuurd, maar zonder al te veel succes: Van Kalmthout eindigde namelijk al snel in de bandenstapels, waarmee hij voor de vijfde neutralisatie zorgde en definitief kon uitstappen.

 

De crash van Van Kalmthout bracht opnieuw de safety car op de baan en zorgde daarmee ook voor de nodige actie in de pitstraat. Onder andere wedstrijdleider Colton Herta had de pits opgezocht voor een nieuwe lading brandstof en een vers setje banden, waardoor de eerder gecrashte Ericsson plots aan de leiding kwam te liggen. De Zweed had dankzij de vele neutralisaties de opgelopen achterstand al snel weg weten te poetsen, waarna hij de coureurs voor hem een voor een de pits in zag duiken en hij in de 37ste ronde het veld aanvoerde bij de volgende herstart.

In de tweede fase van de race konden de IndyCar-coureurs iets meer in een ritme komen, al moest ‘driver of the day’ Oriol Servia alsnog meerdere malen de baan op worden gestuurd met de safety car. Will Power zorgde namelijk voor neutralisatie nummer zes toen hij na zijn eerdere actie op Pagenaud, deze keer ook bij teamgenoot McLaughlin een veel te ambitieuze inhaalactie probeerde. McLaughlin spinde daardoor voor de tweede keer waarna hij ook nog eens geraakt werd door Kellett. Power kreeg met een drive-through een tik op de vingers voor zijn overambitieuze inhaalpoging.    

De zevende neutralisatie volgde toen Patricio O’Ward in ronde 50 zonder succes Alexander Rossi probeerde in te halen. Niet veel later volgde neutralisatie nummer acht, nadat debutant Cody Ware zijn auto had laten afslaan na een spin.

Herta eindigt jacht op de zege in de muur

In de 58ste ronde werd het hele veld opnieuw losgelaten en was het Herta die zich langs Felix Rosenqvist, teamgenoten Ryan Hunter-Reay en James Hinchcliffe en titelverdediger Soctt Dixon naar de tweede plaats knokte. Raceleider Marcus Ericsson bood echter dapper weerstand en liet zich niet zo makkelijk passeren door Herta. De 21-jarige Amerikaan probeerde de voormalig Formule 1-coureur in een foutje te dwingen, maar het was uiteindelijk Herta die zelf de fout maakte. De coureur die het hele weekend zo sterk was gooide zelf de kans op de overwinning weg toen hij met nog zes ronden te gaan met een blokkerend wiel rechtdoor ging in bocht 9 en in de muur eindigde. Zwaar teleurgesteld klom de coureur uit zijn Andretti, waarna de race voor de tweede keer werd stilgelegd voor de nodige reparaties aan de bandenstapels.

Na de negende neutralisatie en tweede rode vlag van de race werd het hele veld met nog twee ronden te gaan nog één keer losgelaten. Ericsson controleerde de herstart en pakte zo – 2 uur en 40 minuten nadat hij met zijn Ganassi door de lucht was gevlogen – zijn tweede IndyCar-zege. Teamgenoot Scott Dixon bezorgde het team van Chip Ganassi Racing een 1-2, en deed met zijn tweede plek tevens goede zaken in de strijd om het kampioenschap. James Hinchcliffe kwam in de schemering als derde aan de finish en mocht zo in een tot dusver teleurstellend verlopen seizoen voor de Canadees voor het eerst dit jaar naar het podium. Hunter-Reay kwam als vierde aan de finish, voor Graham Rahal op plek vijf.

Ed Jones wist in de voorlaatste ronde nog de zesde plek af te pakken van Felix Rosenqvist, die vervolgens ook nog Alex Palou langszij zag komen. Indy 500-winnaar Helio Castroneves kwam achter de Zweed als negende aan de finish. Josef Newgarden maakte met een beschadigde Penske de top-tien compleet.

Palou blijft klassementsleider

Na de chaos in Nashville staat de IndyCar-coureurs komende zaterdag op het GP-circuit van Indianapolis alweer de volgende race te wachten. Palou verdedigt er de klassementsleiding, maar zag zijn voorsprong in Nashville slinken tot 42 punten. Dixon is na zijn podiumfinish namelijk de nieuwe nummer twee in het kampioenschap voor Pato O’Ward, die 48 punten achterstand heeft op Palou. Newgarden staat vierde op 75 punten achterstand, gevolgd door Ericsson op de vijfde plek.

Uitslag Music City Grand Prix

Sluit je aan bij de Motorsport community

Praat mee
Vorig artikel McLaren neemt meerderheidsbelang in IndyCar-team Arrow McLaren SP
Volgend artikel VeeKay baalt van uitvalbeurt, maar focus alweer op Indianapolis

Beste reacties

Er zijn nog geen reacties. Wil je er één schrijven?

Meld je gratis aan

  • Snel toegang tot je favoriete artikelen

  • Stel alerts in voor breaking news en je favoriete coureurs

  • Laat je horen met de reactiemodule

Motorsport prime

Ontdek premium content
Abonneer

Editie

Nederland