Special feature

De cijfers die de echte graadmeter zijn voor de progressie van Ferrari

In de Formule 1 draait alles om prestaties en resultaten, maar bij Ferrari kijkt men verder: alles draait daar om progressie na het moeizame seizoen 2020. Teambaas Mattia Binotto neemt ons mee in de cijfers. 

Polesitter Charles Leclerc, Ferrari

Foto door: FIA Pool

Ferrari is bezig aan een sterke opmars. De Italiaanse renstal eindigde in 2020 na een dramatisch seizoen als zesde in het constructeurskampioenschap. Intern werden heel wat veranderingen doorgevoerd en dat betaalt zich langzaam maar zeker uit. Het team staat momenteel op de derde plaats bij de constructeurs en strijdt met McLaren om de positie van ‘best of the rest’. Toch is dat niet het ultieme doel voor de legendarische formatie. Diverse malen heeft teambaas Mattia Binotto al herhaald dat het draait om progressie en niet om de uiteindelijke klassering in het wereldkampioenschap.

Het beoordelen van progressie kan soms een vrij subjectieve zaak zijn, waardoor het voor buitenstaanders lastig is om te bepalen hoe goed het team ervoor staat. Er zijn natuurlijk een aantal overduidelijke resultaten, zoals de poles van Charles Leclerc in Monaco en Baku. Dat bewijst direct dat Ferrari op de goede weg is. Binotto kijkt echter liever naar andere cijfers om te beoordelen waar de Scuderia momenteel echt staat. En die cijfers stemmen hem uitermate tevreden.

De sprong voorwaarts in de WK-stand is voor iedereen zichtbaar. Met 163 punten staat Ferrari na elf races op de derde plaats bij de constructeurs, op gelijke hoogte met McLaren. Dat is een enorme stap ten opzichte van de 131 punten die het team in heel 2020 bijeen sprokkelde. Een jaar geleden stond de formatie uit Maranello na elf races op 80 punten. Binotto legt uit: “Het is meer dan verdubbeld in hetzelfde aantal races. Als we naar de gehele grid kijken, zijn wij degenen die de meeste winst geboekt hebben.”

 

Achterstand gehalveerd

Daarbij kijkt de kalme Italiaan verder dan alleen de punten: “Kijk naar de rondetijd en de pure prestatie van de auto. We nemen de kwalificatie omdat we daar allemaal maximaal presteren. Als we het gemiddelde van het gehele seizoen [vorig jaar] nemen, stonden we 1,4 seconde van de pole af. Nu is dat 0,7 seconde. Een gat van zeven tienden is nog steeds een afstand en niet verwaarloosbaar, daar zijn we ons terdege van bewust. Maar ik denk wel dat we het gat naar de top gehalveerd hebben. Dat is veelbelovend want het laat zien dat we op de juiste weg zijn.”

Een ander vlak waarop Binotto enorme verbeteringen waarneemt, is bij de pitstops. Volgens de teambaas nadert Ferrari ook daar de absolute top. “Een goede pitstop is naar mijn mening een stop onder de drie seconden tot ‘groen’, het moment waarop de rijder vertrekt”, legt hij uit. “Drie seconden lijkt veel maar ik benadruk altijd dat het voor de strategie van belang is om constant te zijn. Niet alleen snel maar constant. In een race krijg je soms te maken met een probleem waardoor je stop vijf of zes seconden duurt. Dat soort scenario’s kan heel erg lastig zijn. Dus als we naar de grens van drie seconden kijken, hoe vaak we in 2021 daaronder zijn gebleven, is dat tot op heden 84 procent. Vorig jaar was dat 48 procent. Dit laat zien dat we als team en als pitcrew onze tijd en kwaliteit zeker verbeterd hebben. Vorig jaar stonden we met ons percentage stops onder de drie seconden op de achtste plaats in het klassement. Zeven teams presteerden dus beter. Vandaag de dag staan we op P2. Er is dus slechts één team dat het qua stops onder de drie seconden beter doet. Dat zijn cijfers die de progressie ten opzichte van 2020 laten zien. En dat is veelbelovend.” 

 

Nog meer werk aan de winkel

Het halveren van de achterstand op Mercedes en Red Bull is zeker een veelbelovende ontwikkeling. Volgens Binotto komt dat voor 60 procent op het conto van de verbeterde power unit en 40 procent door het chassis. Maar hoe goed het halveren van de achterstand op de kop ook is, de realiteit is dat er nog steeds een grote stap gemaakt moet worden om de titelkandidaten op pure snelheid regelmatig te kunnen verslaan. Ferrari hoopt in de tweede helft van het seizoen met een ‘significante’ upgrade van de motor een eerste stap te kunnen zetten. “Er zijn nog achterstanden ten opzichte van de besten. Zoals gezegd zeven tienden in de kwalificatie. Die achterstand komt niet voort uit slechts één aspect. Het is een optelsom van aerodynamica, power unit en algehele systemen op de auto. Ik denk niet dat we op één vlak tekortschieten. Dat zou nog vervelender zijn, want dan moet je op dat specifieke vlak heel veel goed maken en dat kan nog veel moeilijker zijn. Het is dus een optelsom.”

Waardevolle Grand Prix van Frankrijk

Het moeilijkste moment van het jaar maakte Ferrari mee op Paul Ricard. Charles Leclerc en Carlos Sainz hadden de gehele zondagmiddag bandenproblemen en finishten buiten de punten. Dit legde duidelijk bloot hoeveel moeite de Scuderia heeft met het managen van de voorbanden. Direct werd in de fabriek in Maranello een uitgebreid onderzoek gestart. De reactie kwam snel en sindsdien vergaat het de rijders een stuk beter. Gevraagd naar wat het team ontdekt heeft tijdens het onderzoek, legt Binotto uit hoe diep men in de materie gedoken is: “We probeerden in Maranello te achterhalen of er qua concept een probleem was met de auto, met als gevolg een dergelijke bandenslijtage. Als we niet alleen naar Frankrijk kijken, maar ook naar alle races daarvoor, gemiddeld vergeleken met de gehele grid, dan hadden wij de meeste last van slijtage aan de voorbanden. Dus kwam dat voort uit het concept of lag het aan de set-up, of aan het bandenmanagement en de rijstijl? We hebben geprobeerd de parameters van het concept van de wagen te veranderen, zoals de geometrie van de ophanging, gewichtsverdeling en dergelijke. We voerden diverse simulaties uit, op en naast de baan, en we probeerden te achterhalen wat de invloed van het ontwerp van de auto is op de bandenslijtage. We wilden zien of we door het concept te veranderen de slijtage die we in Frankrijk hadden na konden bootsen. Vervolgens hebben we aan de afstelling gewerkt en ook daar alles aangepast wat er aangepast kan worden: hellingshoeken, camber, stijfheid, gewichtsdistributie, gewichtsbalans, aero-balans.”

 

De conclusie van dit uitgebreide onderzoek was dat de SF21, in een poging om de achterbanden te beschermen, vaak werd afgesteld met veel onderstuur. “Dan slijt de band doordat je glijdt. Zo simpel is het”, aldus de teambaas. “En als je glijdt, kan dat soms veroorzaakt worden door de afstelling. Je moet de achterkant beschermen tijdens het remmen, zodat je een goede stabiliteit hebt. Dat betekent onderstuur op medium/hoge of op lage snelheid. Het was een combinatie. We hebben onszelf aangepast, geprobeerd om een betere balans te vinden tussen onder- en overstuur. We probeerden de voorkant minder te laten glijden en zo de banden beter te managen. Dat bleek de juiste stap. In Oostenrijk, maar zeker in Engeland en ook in Hongarije, hebben we laten zien dat de slijtage van de voorbanden verbeterd is. Het lijkt niet meer zo kritiek als in Frankrijk.”

Beste line-up in de Formule 1

Er is één vlak waarover Ferrari zeer te spreken is: de rijders. In Maranello is men uitermate content met de optredens en inbreng van nieuwkomer Carlos Sainz. Binotto zorgde recentelijk voor de nodige gefronste wenkbrauwen door te stellen dat de Scuderia over de beste line-up in de F1 beschikt. “Dat is mijn persoonlijke beoordeling”, legt hij uit. “Ze zijn allebei nog erg jong. Dat is geweldig want we proberen een solide basis neer te leggen voor de toekomst. Desondanks hebben ze toch al de nodige ervaring. Charles doet het erg goed. Hij boekt nog steeds progressie, heeft enorm veel potentie en presteert nog niet op de toppen van zijn kunnen. Carlos is goed geïntegreerd in het team. De samenwerking met zijn teamgenoot en het team verloopt heel erg goed. De potentie is geweldig en er zit nog veel meer in het vat bij hem. In het kampioenschap hebben ze ongeveer evenveel punten gescoord: 83 en 80. Ik heb altijd gezegd dat beide rijders goed moeten presteren om het constructeurskampioenschap te kunnen winnen. Dat laten we nu zien. We hebben twee solide coureurs, twee solide racers. En op het moment dat ze de juiste auto ter beschikking krijgen, kunnen ze het allebei heel goed doen.”

En op basis van de cijfers van de progressie van Ferrari in 2021 is Binotto ervan overtuigd dat het niet lang meer duurt voordat zijn rijders die ‘juiste auto’ krijgen.

Lees ook:

Sluit je aan bij de Motorsport community

Praat mee
Vorig artikel Tost geeft AlphaTauri een 5 voor eerste helft F1-seizoen 2021
Volgend artikel Tussenrapport Kimi Raikkonen: Hoe lang mogen we nog genieten van de Fin?

Beste reacties

Er zijn nog geen reacties. Wil je er één schrijven?

Meld je gratis aan

  • Snel toegang tot je favoriete artikelen

  • Stel alerts in voor breaking news en je favoriete coureurs

  • Laat je horen met de reactiemodule

Motorsport prime

Ontdek premium content
Abonneer

Editie

Nederland