Horner rekent op financiële steun van Liberty Media voor F1-teams

De Formule 1 wordt net als alle sporten behoorlijk geraakt door de mondiale COVID19-uitbraak. Geen actie betekent immers geen inkomsten. Het deel dat teams uit de 'hosting fees' van races zouden krijgen, valt weg en voor de TV-gelden gaat exact dezelfde vlieger op. Meerdere teams hebben hun personeel al met verlof moeten sturen, maar of dat voldoende is om het hoofd boven water te houden, valt te bezien. Andere vaste lasten gaan immers wel 'gewoon' door.

Voor teams die het echt lastig krijgen, rekent Horner op een soort van vangnet vanuit Liberty Media. "Om hun eigen bedrijf te beschermen, denk ik dat ze wel te hulp schieten. Dat betekent in de praktijk betalen, zodat die noodlijdende teams volgend jaar ook nog kunnen racen", aldus Horner in gesprek met The Guardian. Hoe dit er praktisch uit moet zien, is nog niet bekend. Maar Horner zinspeelt op een situatie waarbij teams in nood zelf moeten aankloppen bij Liberty voor steun.

Dit kan broodnodig zijn, omdat Horner ook niet kan garanderen of er in 2020 überhaupt wel wordt gereden. "Dat zou een enorme klap zijn en op een gegeven moment moet de promotor [Liberty] dan toch met een besluit komen', vervolgt de Brit. "Het is hun business, zij hebben alle teams nodig om te blijven racen. Dus zij moeten ook besluiten hoe ze die teams overeind willen houden. De Liberty-mannen zullen er in ieder geval alles aan doen om ervoor te zorgen dat alle tien de teams volgend jaar ook nog op de grid staan."

Het blijft echter de vraag of met zo'n steunpakket alle problemen worden afgewend. Naast noodlijdende teams als Williams, die dus aanspraak kunnen maken op steun, is er ook nog een andere dreiging voor de koningsklasse. Doordat er nog geen nieuw Concorde Agreement ligt, kunnen grote autoconcers als Renault of Daimler immers besluiten de sport eind 2020 vaarwel te zeggen. Het gaat dan niet direct om acute financiële problemen binnen het F1-team, als wel om een bedrijfsmatige keuze om de beschikbare middelen in crisistijd anders te verdelen.

Discussie over budgetplafond is een sportieve discussie

Een tweede en meer structurele oplossing om het financiële leed iets te verzachten, schuilt in het budgetplafond - dat vanaf 2021 van kracht is. De grens was daarvoor in eerste instantie vastgesteld op 175 miljoen dollar, maar is vanwege de coronacrisis teruggebracht naar 150 miljoen. Een stap in de goede richting, maar voor de meeste teams nog niet voldoende. Naar verluidt willen meerdere teams een extra reductie, maar zijn Ferrari en Red Bull Racing hierop tegen. Zij vrezen voor hun eigen concurrentiepositie.

Het is dan ook weinig verrassend dat Horner de sportieve kaart trekt bij dit onderwerp: "Teams zijn competitief ingesteld en kijken dus altijd naar haakjes [om te profiteren]. De discussie over een budgetcap gaat dan ook niet over geld, maar over competitieve aspecten. Het gaat erom dat men de topteams wil terugbrengen tot een niveau waar ook de middenvelders zich mee kunnen meten. Maar de realiteit is nou eenmaal dat er in sport altijd bepaalde teams vooraan moeten rijden en andere achteraan."