Roerige tijden voor Van Amersfoort: “Goed dat onduidelijkheid voorbij is”

Van Amersfoort viste naast het net toen de FIA de startbewijzen voor het nieuwe Formule 3-kampioenschap - het vroegere GP3 - in het F1-programma verdeelde. De equipe zette in op de Formula European Masters, dat met de originele wagens uit het EK Formule 3 zou rijden. De interesse bleek echter te beperkt, waardoor de organisatie afgelopen week besloot de stekker eruit te trekken. Een tegenvaller voor Van Amersfoort Racing, maar de knop is snel omgezet.

“Soms moet je uitdagingen niet uit de weg gaan. Het is nou eenmaal zo dus we kijken hier ook wel weer enorm naar uit”, legde Van Amersfoort uit aan Motorsport.com over de deelname aan het FIA Formula Regional European Championship. “Eigenlijk hadden we deze stap al veel eerder moet maken maar we wilden ook loyaal blijven aan de DTM-mensen. Ik heb veel te danken aan Gerhard Berger en hij en zijn team zijn echt heel hard bezig geweest om de klasse in leven te houden. Die loyaliteit vind ik belangrijk, vandaar dat we lang gewacht hebben. Ik ben ‘old school’, ik voel loyaliteit voor mensen die me in het verleden geholpen hebben. Tegenwoordig is dat niet meer zo gebruikelijk maar laat mij maar lekker ‘old school’ blijven. Het is goed dat de onduidelijkheid nu gewoon voorbij is: er is duidelijkheid en we kunnen verder, nieuwe stappen maken.”

Keuze met het oog op de toekomst

Die stap komt er met het FIA Formula Regional European Championship. Daar gaat het team uitkomen met de rappe dame Sophia Flörsch. Van Amersfoort legt de achterliggende gedachte uit: “De voornaamste beweegreden is dat het Formule 4-veld zich gigantisch aan het ontwikkelen is, vooral in Italië. Daar staan 38 auto’s aan de start. De regionale F3 is een logisch vervolg voor die jongens en meisjes. Dit is voor ons dus ook een keuze met het oog op de markt. Een ander feit is dat de Dallara F312 aan het eind van dit jaar gewoon uitgerangeerd is. De homologatie loopt af. Dan is het beter om meteen maar met iets nieuws te beginnen.”

De teambaas bevestigt dat er nog naarstig gezocht wordt naar meer rijders, maar gezien de tijdsdruk is dat niet zo eenvoudig: “Over twee weken staat de eerste race al op het programma. Het doel is om er minstens nog twee rijders bij te vinden. Realistisch gezien is de kans aanzienlijk dat het er voorlopig nog even eentje blijft. We zijn her en der wel in gesprek.”

Nieuwe uitdaging

Na een jarenlange samenwerking met chassisbouwer Dallara moet Van Amersfoort Racing nu aan de slag met een F3-chassis van Tatuus. Een nieuwe uitdaging voor de monteurs en engineers, maar daar heeft Van Amersfoort wel weer zin in: “Ik heb de auto nog niet van dichtbij gezien, hij is nog warm uit de fabriek. De komende twee dagen gaan we testen, dus dat wordt een nieuwe kennismaking. We hebben sinds 2012 samengewerkt met Dallara dus we zullen echt wel een paar dingen moeten leren. Dat maakt het ook wel weer leuk. Het is een moderne auto, met een halo. In de Formule 1 zijn ze inmiddels ook aan dat ding gewend en het is goed voor de veiligheid, dus daar moeten we op zich blij mee zijn. We gaan hard werken en hopen dat we dit tot een succes kunnen maken.”